-
1 Wars of the Roses
Rozenoorlog 〈in Engeland; 16e eeuw〉 -
2 war
adj. oorlogs---------n. oorlog--------v. oorlog voeren; strijdenwar1[ wo:] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 war of attrition • uitputtingsoorlog, slijtageslagwar of nerves • zenuw(en)oorlog〈 voornamelijk figuurlijk〉 carry the war into the enemy's camp/country • tot de tegenaanval overgaandeclare war on • de oorlog verklaren (aan)go to war • ten strijde trekkenat war with • in oorlog met→ great great/————————war2〈werkwoord; warred〉♦voorbeelden:1 war against/for • strijden tegen/voor
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский