-
1 pétrolier
pétrolier [peetroljee],pétrolière [peetroljer]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉♦voorbeelden:1 un pétrolier • olietanker, (olie)tankschip, -bootun pétrolier géant • supertankerun pétrolier • (aard)oliedeskundige; (aard)oliemagnaatm1) olietanker3) oliemagnaat -
2 oil
n. olie; vet--------v. insmeren; oliënoil1[ ojl]♦voorbeelden:1 paint in oils • in/met olieverf schilderen♦voorbeelden:1 oil of vitriol • zwavelzuur, vitrioolmineral oil • minerale olieessential/volatile oil • vluchtige oliefatty/fixed oil • vette/niet-vluchtige oliepour oil on the flames • olie op het vuur gooien, de gemoederen ophitsenpour oil on the waters/on troubled waters • olie op de golven gooien, de gemoederen bedaren1 olies ⇒ oliewaarden, petroleumaandelen————————oil2〈 werkwoord〉1 smeren ⇒ (be)oliën, insmeren, invetten♦voorbeelden: -
3 pétrolifère
-
4 pétrole
-
5 Rohöl
-
6 Ölindustrie
-
7 essence
essence [essãs]〈v.〉1 benzine2 essentie ⇒ wezen, natuur3 essence ⇒ extract, olie♦voorbeelden:prendre de l'essence • benzine tankenl'essence de la philosophie marxiste • de kern van de marxistische filosofiepar essence • per definitieessence de térébenthine • terpentijn(olie)essence de viande • vleesextractf1) benzine2) essentie, wezen3) extract, olie4) boomsoort -
8 un pétrolier
un pétrolierolietanker, (olie)tankschip, -boot————————un pétrolier(aard)oliedeskundige; (aard)oliemagnaat -
9 make up
n. zich opmaken; zich verzoenen; opmaken; bijleggen, verzoenen; vergoeden; verzinnen; vormen, samenstellen; maken, bereiden; opmaken (bed); aanleggen (vuur); asfalteren; karakter, aard; opbouw--------v. construeren; constitueren; uitvinden, samenstellen; vergeven en vergeten; leveren wat ontbreekt; van cosmetica gebruik laten maken; compenseren voor iemand gemist heeft (zoals in: " Ik heb het examen gemist, kan ik het inhalen?")make up♦voorbeelden:¶ make up for • weer goed maken, vergoedenthis will make up into two pairs of trousers • hier kan men twee broeken uit makenmake up to someone • bij iemand in de gunst zien te komenmake up to someone for something • iemand iets vergoeden; iets goedmaken met/bij iemandhow can we ever make up to them for this? • hoe kunnen we hen dit ooit doen vergeten?II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 volledig/voltallig maken ⇒ aanvullen4 vergoeden ⇒ goedmaken; teruggeven, terugbetalen8 maken ⇒ opstellen, klaarmaken 〈 medicijn〉, bereiden; maken tot (pakje); (kleren) maken (van), naaien♦voorbeelden:make up a four at a game of scrabble • de vierde man zijn in een spelletje scrabble®make up a loss • een verlies goedmakenmake up the money you owe him • geef hem het geld terug dat je hem schuldig bent7 forty men and thirty-seven women made up the whole tribe • veertig mannen en zevenendertig vrouwen vormden de hele stamthe group was made up of four musicians • de groep bestond uit vier muzikantenmother made us up a sandwich lunch • moeder maakte voor ons een lunchpakket klaarmake up a shirt • een overhemd maken/naaienhe made his old books up into two small parcels • hij maakte van zijn oude boeken twee kleine pakjes
См. также в других словарях:
Johannes le Francq van Berkhey — (auch: Joannes le Franc van Berkhey; * 23. Januar 1729 in Leiden; † 13. März 1812 ebenda) war ein niederländischer Naturforscher, Dichter und Maler. I … Deutsch Wikipedia