-
1 Wut
〈v.; Wut〉1 woede, drift, razernij3 het woeden, tekeergaan♦voorbeelden:Wut steigt in jemandem auf, packt, überkommt jemanden • iemand ontsteekt in toorn, woedeseine Wut an jemandem auslassen • zijn woede op iemand koeleneine Wut auf jemanden bekommen, haben • woedend op iemand worden, zijnin heller Wut • ziedend van woede -
2 seine Wut an jemandem auslassen
seine Wut an jemandem auslassen————————Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > seine Wut an jemandem auslassen
-
3 colère
colère [koller]〈v.〉♦voorbeelden:mettre en colère • kwaad makense mettre en colère • kwaad wordenrentrer sa colère • zijn kwaadheid bedwingenen colère • woedendpasser sa colère sur qn. • zijn woede op iemand koelen, afreagerenpiquer, prendre une colère • een woedeaanval krijgenfwoede(aanval), drift(bui) -
4 auslassen
auslassen5 〈 ambachtelijk〉langer, ruimer maken♦voorbeelden:keine Chance auslassen • geen kans laten voorbijgaan♦voorbeelden:1 sich negativ über etwas, jemanden auslassen • zich negatief over iets, iemand uitlaten -
5 unleash
v. loslaten, losmaken; vrijlaten, bevrijden[ unlie:sj]♦voorbeelden:unleash one's rage (up)on someone • zijn woede op iemand koelen -
6 unleash one's rage (up)on someone
unleash one's rage (up)on someoneEnglish-Dutch dictionary > unleash one's rage (up)on someone
-
7 passer sa colère sur qn.
passer sa colère sur qn.zijn woede op iemand koelen, afreagerenDictionnaire français-néerlandais > passer sa colère sur qn.
-
8 Mütchen
Mütchen〈o.〉♦voorbeelden: -
9 austoben
austobenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 uitwoeden, uitrazenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 uitwoeden, uitrazen ⇒ zich uitleven♦voorbeelden: -
10 sein Mütchen an jemandem kühlen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > sein Mütchen an jemandem kühlen
-
11 seine Wut an jemandem austoben
seine Wut an jemandem austobenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > seine Wut an jemandem austoben
-
12 vent
n. (lucht)opening, (ventilatie)gat--------v. vrij uitspreken, woede lossenvent1[ vent]1 (lucht)opening ⇒ (ventilatie)gat, luchtgat♦voorbeelden:————————vent2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:2 vent something on someone/something • iets afreageren op iemand/ietsvent one's fury on • zijn woede koelen op
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский