-
1 vent
vent [vã]〈m.〉1 wind ⇒ lucht(verplaatsing), windrichting♦voorbeelden:vent du large • zeewindun vent de révolte • een revolutionaire geestvent arrière • rugwind, wind in de rugquel bon vent vous amène? • hoe komt u hier opeens?bon vent! • goede reis!; 〈 schertsend〉opgeruimd staat netjes!vent contraire • tegenwindvent coulis • tochtaux quatre vents • uit alle windstrekenaller comme le vent, plus vite que le vent • vliegensvlug zijnavoir vent de • lucht krijgen van〈 spreekwoord〉 autant en emporte le vent 〈 dat zijn ijdele beloften〉fendre le vent • haast hebben〈 spreekwoord〉 qui sème le vent récolte la tempête • die wind zaait, zal storm oogstenvendre du vent et de la fumée • loze beloften doenil y a du vent, il fait du vent • het waaittourner, virer à tout vent, à tous les vents, au moindre vent • met alle winden meedraaien, erg wispelturig zijnle vent était à l'optimisme • er was een neiging tot optimismeau vent • met wind meevenir au vent • oploevencontre vent(s) et marée(s) • ondanks alle moeilijkheden, tegenkanting, tegen wind en stroomêtre dans le vent • in de mode zijn〈 scheepvaart〉 avoir le vent dans le dos, dans les voiles, en poupe • de wind mee hebben 〈 ook figuurlijk〉〈 figuurlijk〉 avoir du vent dans les voiles • in de wind, olie zijnc'est du vent, ce n'est que du vent • dat stelt niets voorm -
2 air
air [er]〈m.〉2 wind3 uiterlijk ⇒ voorkomen, houding, manieren4 wijsje ⇒ lied, melodie, deuntje♦voorbeelden:air conditionné • airconditioningêtre libre comme l'air • zo vrij zijn als een vogeltje in de luchten plein air, au grand air • in de open luchtelle a besoin de changer d'air • ze moet er even uitdonner de l'air, mettre à l'air • luchtens'élever dans l'air, les airs • opstijgenon manque d'air ici • het is hier benauwd〈 informeel〉 avec un air de dire … • met zo'n gezicht van …, zo met een gezicht van …il y a de la bagarre dans l'air • er zit ruzie in de luchtidées dans l'air • eigentijdse ideeënbâtir en l'air • luchtkastelen bouwence sont des contes en l'air • dat is uit de lucht gegrepen〈 argot〉 s'envoyer en l'air • neuken, vrijen〈 informeel〉 envoyer, flanquer, foutre en l'air • wegdoen, -gooien, -smijtenparler en l'air • in het wilde weg pratenavoir toujours un pied en l'air • altijd druk in de weer zijn, opgewonden zijnpromesses en l'air • vage beloftenregarder en l'air • omhoog kijkenêtre une tête en l'air • verstrooid, vergeetachtig zijnavoir (un) grand air • stijl hebben, er voornaam uitzienil a un drôle d'air • hij ziet er vreemd uitil a un faux air de qn. que je connais • hij lijkt een beetje op iemand die ik kenprendre de grands airs (avec qn.) • verwaand, hooghartig zijn (jegens iemand)ça en a tout l'air • het ziet er wel naar uitavoir l'air (de) • lijken, schijnen, er uitziensans avoir l'air de rien • alsof er niets aan de hand isprendre un air • een (voorname) houding aannemenprendre des airs • een hooghartige houding aannemend' un air décidé • vastbesloten4 il en a l'air et la chanson • hij, het lijkt niet alleen zo, hij, het is ook zoairs à boire • drinkliederenairs de danse • dansliederenm1) lucht2) wind3) sfeer4) voorkomen, uiterlijk5) deuntje -
3 apaiser
apaiser [aapezzee]2 〈 honger, verlangen enz.〉 stillen ⇒ 〈 strijd, twist〉 sussen ⇒ 〈 pijn, leed〉 verzachten ⇒ 〈 strijd〉 bijleggen1. v1) kalmeren, geruststellen2) stillen [honger]3) sussen [strijd]4) verzachten [pijn]5) bijleggen [ruzie]2. s'apaiserv1) tot rust komen, bedaren2) gaan liggen [wind]3) wegebben [pijn, geluid] -
4 aigre
aigre [egr]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉2 scherp ⇒ vinnig, fel, schril, snerpend♦voorbeelden:le lait tourne à l' aigre • de melk wordt zuurvent aigre • gure windla discussion tourne à l' aigre • de gesprekstoon wordt steeds venijnigeradj1) zuur, wrang2) scherp, vinnig, fel [wind, toon] -
5 couper
couper [koepee]♦voorbeelden:¶ couper court à • een eind maken aan, de kop indrukkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (door)snijden ⇒ afsnijden, opensnijden, knippen, (om)hakken, maaien6 stopzetten ⇒ tegenhouden, versperren♦voorbeelden:le froid coupe les mains, les lèvres • de kou doet je handen afvriezen, doet je lippen splijtencouper un organe • een orgaan verwijderenle vent coupe le visage • de wind snijdt in je gezichtle village a été coupé du reste du monde • het dorp is van de rest van de wereld afgesnedencouper avec les dents • af-, doormidden bijtencouper avec une scie • af-, doormidden zagencouper à travers champs • de kortste weg nemencouper l'eau, le courant • het water, de stroom afsluitencouper la fièvre • de koorts doen dalencouper le mal à, dans la racine • het kwaad met wortel en tak uitroeiencouper la retraite à l'ennemi • de vijand de terugtocht afsnijdencouper le vent • tegen de wind beschermença vous la coupe! • dat verbaast je!coupez! • stop! 〈 film-, geluidsopname〉〈 telefoon〉 ne coupez pas, s.v.p. • blijft u aan de lijn a.u.b.♦voorbeelden:il se couperait en quatre pour lui • hij gaat door het vuur voor hem1. v1) snijden, scherp zijn3) (door)snijden, afsnijden, knippen, omhakken, maaien4) amputeren5) schrappen [tekst]6) verwonden7) splitsen8) stopzetten9) tegenhouden10) aanlengen11) afnemen [kaarten]12) castreren2. se couperv1) zich/elkaar verwonden3) zichzelf tegenspreken, zich verraden -
6 lever
lever1 [ləvee]〈m.〉♦voorbeelden:au lever du rideau • bij het opgaan van het doek————————lever2 [ləvee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (op)heffen ⇒ oprichten, optillen2 opheffen ⇒ een einde maken aan, wegnemen♦voorbeelden:lever un fardeau • een last optillenlever les glaces • de raampjes omhoogdraaienlever les lettres • de brievenbus lichtenlever le poing • zijn vuist opheffenlever les yeux, la tête, le visage, le nez • opkijkenlever des impôts • belastingen heffenlever un lièvre • een haas opjagen♦voorbeelden:→ pied1. m2) (het) opkomen [zon]3) opslag, opmaat [muziek]4) opmeting2. v1) rijzen [deeg]2) ont-kiemen3) opheffen5) opmeten6) oproepen3. se leverv1) opstaan, gaan staan2) omhooggaan3) opkomen [zon, maan]5) opsteken [wind] -
7 nez
nez [nee]〈m.〉1 neus♦voorbeelden:nez d'un animal • snuit van een diernez en bec d'aigle • haviksneusnez en pied de marmite • brede mopsneusnez en trompette • wipneusle nez au vent • met onbezonnen uitdrukking, neus in de wind 〈 jachthond〉nez aquilin • haviksneusfaux nez • feestneusnez fin • fijne neus, speurneusça sent les roses à plein nez • het ruikt hier sterk naar rozenavoir le nez pris • verkouden zijnnez retroussé • wipneusallonger le nez • teleurgesteld kijkenavoir du nez • een fijne neus (voor iets) hebbenbaisser le nez • zich schamenil s'est cassé le nez • hij is misluktse casser le nez à la porte de qn. • z'n neus stoten bij iemandfaire un (long) nez, drôle de nez • op zijn neus kijkense manger le nez • elkaar in de haren vliegenmontrer le nez • zich even laten ziencela lui pend au nez • dat hangt hem, haar boven het hoofd〈 informeel〉 tordre le nez • de neus optrekken, ontevreden zijnil fourre son nez partout • hij steekt overal zijn neus inse trouver nez à nez • plotseling voor iemands neus staandire qc. au nez de qn. • iemand iets recht in zijn gezicht zeggenau nez et à la barbe de qn. • waar iemand bijstaatparler du nez • door de neus sprekenpasser qc. sous le nez de qn. • iemand iets door de neus borenpasser sous le nez de qn. • iemands neus voorbijgaancela se voit comme le nez au milieu de la figure • dat is zonneklaarm1) neus2) kaap, punt -
8 refuser
refuser [rəfuuzee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 weigeren ⇒ afwijzen, afslaan♦voorbeelden:refuser sa porte à qn. • iemand niet willen ontvangen♦voorbeelden:1 se refuser à l'évidence • zich niet gewonnen geven, zich niet willen laten overtuigenv1) schralen [wind]2) weigeren, afwijzen3) ontzeggen -
9 rugir
rugir [ruuzĵier]1 brullen ⇒ schreeuwen, tierenII 〈 overgankelijk werkwoord〉v1) brullen2) loeien [wind] -
10 rugissement
-
11 souffle
souffle [soefl]〈m.〉2 inspiratie ⇒ bezieling, kracht6 drukgolf♦voorbeelden:avoir le souffle court • kortademig zijncouper le souffle • de adem benemen; paf doen staanmanquer de souffle • kortademig zijnperdre le souffle • buiten adem rakenêtre à bout de souffle • buiten adem zijnd' un seul souffle • in één ademon le renverserait d' un souffle • je blaast hem zo omverapporter un second souffle à qc. • iets nieuw leven inblazenm1) adem2) inspiratie3) zuchtje [wind]4) geruis [medisch] -
12 pet
-
13 balayer
balayer [baaleejee]〈 werkwoord〉1 bezemen ⇒ aan-, op-, uit-, wegvegen2 gaan over, langs ⇒ slepen, strijken langs, aftasten3 verjagen ⇒ verdrijven, wegvagen, uit de weg ruimen♦voorbeelden:vent qui balaie la plaine • wind die over de vlakte jaagtv1) (aan-, op-, schoon-, weg)vegen2) aftasten, scannen3) gaan (over, langs), strijken (langs) -
14 boeuf
boeuf1 [buf],boeufs [beu]〈m.〉1 rund ⇒ os, stier♦voorbeelden:1 boeuf gras • carnavalsos, paasosboeuf à la mode • ragout van rundvleesfort comme un boeuf • sterk als een paard, ossouffler comme un boeuf • hijgen als een paardtravailler comme un boeuf • werken als een paardil fait un vent à décorner les boeufs • er staat een keiharde wind————————boeuf2 [buf]1 denderend ⇒ daverend, hartstikke goed, reuze-, moord-♦voorbeelden:1. m1) os, rund2) rundvlees3) sterke vent2. adjdenderend, hartstikke goed, reuze- -
15 brin
brin [brẽ]〈m.〉2 takje ⇒ twijgje, loot3 beetje ⇒ stukje, ziertje♦voorbeelden:faire un brin de toilette • een kattenwasje doenil n'y a pas un brin de vent • er is geen zuchtje windbrin à brin • stukje bij beetjem1) halmpje, sprietje2) takje, twijgje3) rijs, haar [bezem]4) vezel [draad]5) beetje, greintje, zier -
16 calmer
calmer [kaalmee]1 kalmeren ⇒ tot rust brengen, (doen) bedaren, geruststellen♦voorbeelden:calmer ses passions • zijn hartstochten intomencalmer une querelle • een ruzie sussencalmer les soupçons de qn. • iemands achterdocht wegnemenje vais te calmer! • ik zal je mores leren!1 kalmeren ⇒ bedaren, tot rust komen, rustig(er) worden2 afnemen ⇒ verminderen, minder worden, luwen♦voorbeelden:1 calme-toi! • rustig maar!1. v1) kalmeren, geruststellen2) stillen, verlichten [pijn, honger]2. se calmerv1) bedaren, rustig worden2) afnemen, verminderen -
17 caresse
caresse [kaares]〈v.〉1 liefkozing ⇒ streling, aai♦voorbeelden:couvrir qn. de caresses • iemand met liefkozingen overstelpenfaire des caresses à un animal • een dier aaienfliefkozing, aai -
18 cesser
cesser [sessee]1 ophouden ⇒ stoppen, uitscheiden♦voorbeelden:le vent a cessé • de wind is gaan liggenfaire cesser • doen ophouden, een einde maken aanne pas cesser • doorgaan, niet aflaten, voortdurenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 ophouden met ⇒ staken, afbrekenvophouden (met), stoppen -
19 changer
changer [sĵãzĵee]2 veranderen (van) ⇒ (ver)wisselen, omruilen♦voorbeelden:le vent a changé • de wind is gedraaidchanger en mieux, en pire • ten goede, ten kwade veranderenpour changer • voor de veranderingchanger d' air • er tussenuit gaanchanger de couleur • van kleur verschietenchanger de mains • in andere handen overgaanchanger de train • overstappenchanger de vêtement • zich verkledenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (ver)wisselen ⇒ (om)ruilen, vervangen♦voorbeelden:changer une chose contre, pour une autre • iets tegen, voor iets anders ruilenchanger sa voix • zijn stem verdraaienvous n'y changerez rien • daar valt niets aan te verhelpenchanger qc. à qc. d'autre • iets aan iets anders veranderenchanger les idées à qn. • iemands gedachten verzettenchanger qc. en • iets veranderen inchanger qc. en bien • iets ten goede veranderen♦voorbeelden:se changer en • veranderen in1. v1) veranderen, (zich) wijzigen2) omruilen3) vervangen, (ver)wisselen4) verschonen [bed]2. se changerv -
20 chasser
chasser [sĵaasee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verjagen ⇒ wegjagen, verdrijven2 jagen op ⇒ jacht maken op, vervolgen♦voorbeelden:v1) (ver)jagen, wegjagen2) vervolgen4) komen aandrijven [wolk]5) blazen [wind]6) slippen [anker]
См. также в других словарях:
Wind — von etwas bekommen (kriegen): heimlich davon erfahren, eine Ahnung von etwas haben.{{ppd}} Die Redensart stammt aus der Jägersprache. Das Wild bekommt vom Jäger Wind, d.h. ›Witterung‹; der Wind bringt seiner feinen Nase den Geruch des Jägers… … Das Wörterbuch der Idiome
Wind — (w[i^]nd, in poetry and singing often w[imac]nd; 277), n. [AS. wind; akin to OS., OFries., D., & G. wind, OHG. wint, Dan. & Sw. vind, Icel. vindr, Goth winds, W. gwynt, L. ventus, Skr. v[=a]ta (cf. Gr. ah ths a blast, gale, ah^nai to breathe hard … The Collaborative International Dictionary of English
wind — wind1 [wīnd] vt. wound or Rare winded, winding [ME winden < OE windan, akin to ON vinda, Ger winden < IE base * wendh , to turn, wind, twist > Arm gind, a ring] 1. a) to turn, or make revolve [to wind a crank] b) to move by or as if by… … English World dictionary
Wind It Up — Single par Gwen Stefani extrait de l’album The Sweet Escape Sortie 31 octobre 2006 (Amérique du Nord) décembre 2006(monde) Enregistrement 2005 Durée 3:09 … Wikipédia en Français
Wind It Up — Veröffentlichung März 1993 Länge 4:33 (Album) 3:29 (Single Edit) Genre(s) Big Beat, Breakcore Autor(en) Liam Howlett … Deutsch Wikipedia
Wind — Wind, v. t. [imp. & p. p. {Wound} (wound) (rarely {Winded}); p. pr. & vb. n. {Winding}.] [OE. winden, AS. windan; akin to OS. windan, D. & G. winden, OHG. wintan, Icel. & Sw. vinda, Dan. vinde, Goth. windan (in comp.). Cf. {Wander}, {Wend}.]… … The Collaborative International Dictionary of English
wind — Ⅰ. wind [1] ► NOUN 1) the perceptible natural movement of the air, especially in the form of a current blowing from a particular direction. 2) breath as needed in physical exertion, speech, playing an instrument, etc. 3) Brit. air swallowed while … English terms dictionary
wind — wind, breeze, gale, hurricane, zephyr are comparable rather than synonymous terms that can all basically mean air in motion. Wind is the general term referable to any sort of natural motion whatever its degree of velocity or of force {a strong… … New Dictionary of Synonyms
Wind it up — «Wind it Up» Sencillo de Gwen Stefani del álbum The Sweet Escape Formato CD, sencillo físico Descarga digital disco de vinilo Grabación 2005 Género(s) Pop … Wikipedia Español
Wind — Wind: Das gemeingerm. Substantiv mhd. wint, ahd. wind, got. winds, engl. wind, schwed. vind gehört mit Entsprechungen in anderen idg. Sprachen zu der unter ↑ wehen dargestellten idg. Wurzel, vgl. z. B. tochar. A wänt »Wind«, lat. ventus »Wind« (↑ … Das Herkunftswörterbuch
Wind'It — is a wind power implantation concept, developed by the French design office Elioth with the architects team Encore Heureux. Principle Wind It s principle is simple : using electricity pylons to host wind turbines. Those wind turbines would be… … Wikipedia