-
1 WIJD
1) Религия: What Is Jesus Doing? -
2 Wide Area Network
wijd communicatie netwerk, een communicatie netwerk dat bedoeld is om verbinding te vormen tussen ver van elkaar verwijderde lokale netwerken, WAN -
3 wide scope
wijd terrein van werkzaamheden (mogelijkheid om te funktioneren) -
4 wide area network: WAN
wijd netwerk -
5 wide
adj. wijd, breed; in de breedte van; verbreed; verruimd; ver weg van het doel; sluw (i.d. spreektaal)--------adv. wijd, breed; ver weg; grootscheeps; in het geheel--------n. Een bal die het doel mist (bij cricket); ruimtewide1————————wide2♦voorbeelden:a wide public • een breed publiekwide of the mark • compleet ernaast, irrelevanthis answer was wide of the mark • hij sloeg de plank helemaal misgive someone/something (a) wide berth • iemand/iets uit de weg blijven————————wide3〈 bijwoord〉♦voorbeelden: -
6 widely
adv. wijd en zijd; zeer[ wajdlie]1 → wide wide/4 sterk ⇒ heel, erg♦voorbeelden:widely read • zeer belezen -
7 agape
-
8 roomy
-
9 divaricate
adj. zich wijd vertakkend--------v. vertakken; zich wijd vertakken -
10 abroad
adv. in het buitenland; in de ruimte[ əbro:d]1 in/naar het buitenland♦voorbeelden:the matter has got abroad • de zaak is bekend/ruchtbaar geworden -
11 agape with surprise
agape with surprise -
12 baggy pants
-
13 baggy
-
14 bell-bottoms
bell-bottoms〈meervoud; werkwoord steeds meervoud〉1 (strakke) broek, met wijd uitlopende pijpen -
15 blazon
n. blazoen, schild; uitbazuinen--------v. versieren; rondbazuinenblazon1[ bleezn] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————blazon2〈 werkwoord〉1 blazoeneren ⇒ (wapenschilden) samenstellen/beschrijven -
16 bouffant
-
17 broad
adj. breed; ruim, wijd; globaal--------n. vrouw, meisje (platte taal)broad1[ bro:d] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 the broad of the back • het achterste, het ondereind van de rug————————broad2〈 broadness〉1 breed(gebouwd) ⇒ uitgestrekt, in de breedte2 ruim(denkend) ⇒ liberaal, vrijzinnig3 gedurfd ⇒ onbekrompen, royaal4 duidelijk ⇒ evident, direct5 grof ⇒ plat, lomp♦voorbeelden:broad bean • tuinboonbroad fields • uitgestrekte veldenbroad shoulders • brede schoudersbroadly speaking • in zijn algemeenheidbroad views • ruime opvattingen, liberale denkbeeldenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉1 ruim ⇒ globaal, ruw♦voorbeelden: -
18 call
n. roep; telefoontje; visite, bezoek; bel; uitnodiging; aanklacht; moeten--------v. roepen; schreeuwen; uitnodigen; telefoneren; bezoekencall1[ ko:l] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 〈 benaming voor〉 signaal ⇒ 〈 leger〉 verzamelsignaal 〈op bugel e.d.〉; 〈 jacht〉 hoornsignaal; (met lokfluitje) nagebootste dierenroep; 〈 brandweer〉 alarm4 (kort/formeel/zakelijk) bezoek5 beroep ⇒ aanspraak, claim6 oproep(ing) ⇒ sommatie, roep(ing); appel, voorlezing van presentielijst 〈 school, parlement e.d.〉; 〈 geldwezen〉 oproep tot aflossing van een schuld, aanmaning7 reden ⇒ aanleiding, noodzaak, behoefte10 telefoontje ⇒ (telefoon)gesprek, belletje♦voorbeelden:within call • binnen gehoorsafstandpay a call on someone • iemand een kort bezoek brengen, bij iemand langsgaanthe actors received a call for eight o'clock • de acteurs moesten om acht uur ophave at/on one's call • tot zijn (onmiddellijke) beschikking hebben〈 geldwezen〉 money at/on call, loan on call • callgeld, daggeldleningthere's no call for you to worry • je hoeft je niet ongerust te makenthere's not much call for figs • er is niet veel vraag naar vijgen→ close close/————————call21 (even) langsgaan/komen ⇒ (kort) op bezoek gaan, aanwippen; stoppen 〈 op station〉♦voorbeelden:〈 informeel〉 call by • (even) aan/binnenwippenplease call in this afternoon • kom vanmiddag even langs alsjeblieftdo call round again • kom vooral nog eens langsthe ship calls at numerous ports • het schip doet talrijke havens aan3 roepen 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ zijn roep uiten 〈 van vogel〉; lokken 〈 door nabootsing van dierengeluid〉; 〈 in het bijzonder〉 ritmisch roepen 〈 instructies〉; bij dans♦voorbeelden:call (something) (out) to someone • iemand (iets) toeroepenEdith will call (you) tonight • Edith belt (je) vanavondduty calls (me) • de/mijn plicht roept4 did Joan call (hearts) at all? • hééft Joan wel (harten) geboden?1 afroepen ⇒ oplezen, opsommen3 afkondigen ⇒ bijeenroepen, proclameren4 wakker maken ⇒ wekken, roepen7 het houden op ⇒ zeggen, (een bedrag) afmaken op♦voorbeelden:call to witness • als getuige oproepencall down/in/over • (naar) beneden/(naar) binnen/bij zich roepencall a meeting • een vergadering beleggen/bijeenroepenhow can you call yourself my friend? • hoe kun je beweren dat je mijn vriend(in) bent?call someone a liar • iemand uitmaken voor leugenaaryou call that hard? • noem/vind je dat moeilijk?call (something) one's own • (iets) bezitten, (iets) zijn eigendom (kunnen) noemen〈 informeel〉 what d'you call it? • hoe-heet-het-ook-weer?, dingesbe called after one's grandfather • vernoemd zijn naar zijn grootvadercall away • wegroepencall forth • oproepen, (naar) boven brengencall forward • naar voren roepen -
19 capacious
-
20 far and wide
См. также в других словарях:
WIJD — Infobox Radio station name = WIJD city = Prichard, Alabama area = Mobile, Alabama branding = slogan = Christian Talk airdate = frequency = 1270 kHz format = Religious power = 5,000 watts (day) 103 watts (night) class = D facility id = 53144… … Wikipedia
WIJD — What Is Jesus Doing? (Community » Religion) * AM 1270, Pensacola, Florida (Community » Radio Stations) … Abbreviations dictionary
White Rhinoceros — White Rhinoceros[1] White rhinoceros in Kruger Park Conservation status … Wikipedia
Gentil Theodoor Antheunis — Activités Compositeur Juge de paix Poète Naissance 9 septembre 1840 … Wikipédia en Français
Liste der Biografien/Wij — Biografien: A B C D E F G H I J K L M N O P Q … Deutsch Wikipedia
Maul — 1. Alle Mäuler sind Schwesterkinder. Sie essen alle gern etwas Gutes. It.: Tutte le bocche sono sorelle. (Pazzaglia, 34, 10.) 2. Besser, dass ma dem Mul e Brötli chaufe, as all schwätze. (Appenzell.) Besser dem Munde einen guten Bissen geben, als … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Welt — 1. A Wearelt as trinj üsch n Hingsthaad, man egh üschen Pankuuk. – Johansen, 29. Die Welt ist rund wie ein Pferdekopf, aber nicht wie ein Pfannkuchen. 2. Ade Welt, du bist mir langweilig, ich gehe ins Kloster. – Klosterspiegel, 24, 16. 3. Ade… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Far and wide — Wide Wide (w[imac]d), a. [Compar. {Wider} ( [ e]r); superl. {Widest}.] [OE. wid, wyde, AS. w[=i]d; akin to OFries. & OS. w[=i]d, D. wijd, G. weit, OHG. w[=i]t, Icel. v[=i][eth]r, Sw. & Dan. vid; of uncertain origin.] 1. Having considerable… … The Collaborative International Dictionary of English
Wide — (w[imac]d), a. [Compar. {Wider} ( [ e]r); superl. {Widest}.] [OE. wid, wyde, AS. w[=i]d; akin to OFries. & OS. w[=i]d, D. wijd, G. weit, OHG. w[=i]t, Icel. v[=i][eth]r, Sw. & Dan. vid; of uncertain origin.] 1. Having considerable distance or… … The Collaborative International Dictionary of English
Wide gauge — Wide Wide (w[imac]d), a. [Compar. {Wider} ( [ e]r); superl. {Widest}.] [OE. wid, wyde, AS. w[=i]d; akin to OFries. & OS. w[=i]d, D. wijd, G. weit, OHG. w[=i]t, Icel. v[=i][eth]r, Sw. & Dan. vid; of uncertain origin.] 1. Having considerable… … The Collaborative International Dictionary of English
Wider — Wide Wide (w[imac]d), a. [Compar. {Wider} ( [ e]r); superl. {Widest}.] [OE. wid, wyde, AS. w[=i]d; akin to OFries. & OS. w[=i]d, D. wijd, G. weit, OHG. w[=i]t, Icel. v[=i][eth]r, Sw. & Dan. vid; of uncertain origin.] 1. Having considerable… … The Collaborative International Dictionary of English