-
101 blijven
1 [voortgaan te bestaan] remain3 [niet verder gaan] be ⇒ keep4 [sterven] perish, be left/remain behind♦voorbeelden:het blijft altijd gevaarlijk • it is always/will always be dangerous2 twee commissieleden blijven, de rest neemt ontslag • two committee members are staying on, the rest are resigninghet antwoord schuldig blijven • have no answerblijven leven/logeren/eten/wonen • stay alive/the night/for dinner/on (in the house)blijven wachten/hopen • go on waiting/hopingik blijf werken • I'll go/keep on workingblijven zitten/liggen • remain sitting/lyingen daar blijft het bij! • and that's final!en daarbij bleef het • and that was it, and that ended the matterik blijf erbij, dat … • I still think that …blijft u even aan de lijn? • hold the line, pleasebij iets blijven • stick to somethinghet bleef bij plannen • it never got beyond the planning stageblijf bij de reling vandaan • keep clear of the railingsbij de tijd blijven • keep up with the timeshij blijft bij zijn weigering • he persists in his refusallaat dit onder ons blijven • let this go no furtherje moet op het voetpad blijven • you have to keep to the footpathhet wil niet blijven zitten/op zijn plaats blijven • it won't stay put/in its placewaar blijf je toch? • what's keeping you?waar blijf je nou met je bewijzen? • so where is your evidence?; 〈 bij weerlegging〉 so much for all your evidencewaar zijn wij gebleven? • where were we?waar is mijn portemonnee gebleven? • where has my purse got to?waar blijft het geld? • where does the money go?ik blijf daarbuiten • I'll keep out of thatblijf maar! • don't bother, I'll take/do it!blijf van mijn lijf • keep your hands to yourselfhij is op zee gebleven • he died at seaII 〈 koppelwerkwoord〉♦voorbeelden:1 het blijft de vraag of … • the question remains whether …beleefd blijven • remain politeernstig/rustig blijven • remain serious, keep quietdeze appel blijft lang goed • this apple keeps welljong blijven • stay younghet weer blijft mooi • the fine weather is holding -
102 blootgesteld aan weer en wind
blootgesteld aan weer en windVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > blootgesteld aan weer en wind
-
103 crisis
1 crisis♦voorbeelden:de economische crisis verergert • the economic crisis is getting worsede crisis brak uit • the crisis came/set ineen crisis doormaken • go through a crisiseen crisis doorstaan • weather a crisis -
104 de beslissing is afhankelijk van het weer
de beslissing is afhankelijk van het weerthe decision is dependent on/depends on the weatherVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de beslissing is afhankelijk van het weer
-
105 de planken zaten vol spleten door het weer
de planken zaten vol spleten door het weerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de planken zaten vol spleten door het weer
-
106 de vooruitzichten voor donderdag en vrijdag zijn: mooi lenteweer
de vooruitzichten voor donderdag en vrijdag zijn: mooi lenteweerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de vooruitzichten voor donderdag en vrijdag zijn: mooi lenteweer
-
107 de weergoden waren ons niet gunstig gezind
de weergoden waren ons niet gunstig gezindVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de weergoden waren ons niet gunstig gezind
-
108 de werkzaamheden werden geremd door het slechte weer
de werkzaamheden werden geremd door het slechte weerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de werkzaamheden werden geremd door het slechte weer
-
109 dienen
1 [geschikt, gunstig zijn voor] serve2 [middel/werktuig zijn] serve as/for ⇒ be used as/for♦voorbeelden:dat dient nergens toe • that is of no usedie feiten dienen tot bewijs van zijn onschuld • those facts are evidence of his innocenceals basis dienen voor • serve as a basis fordient dit als asbak? • is this what you use as an ashtray?u dient onmiddellijk te vertrekken • you are to leave immediately4 wanneer dient die zaak voor de rechtbank? • when does this case come up in court?II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 [zich wijden aan] serve5 [geven] 〈zie voorbeelden 5〉♦voorbeelden:3 gemak dient de mens • why do things the hard way?waarmee kan ik u dienen? • can I help you?; 〈 in winkel〉 are you being served?hij was er niet mee gediend • that did not suit his purpose, he did not like that(iemand) van repliek dienen • come right back (at someone)om u te dienen! • at your service! -
110 dit weer maakt dorstig
dit weer maakt dorstigVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dit weer maakt dorstig
-
111 door het slechte weer
door het slechte weerbecause of/owing to the bad weatherVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door het slechte weer
-
112 door
door1〈 bijwoord〉1 through♦voorbeelden:de hele dag door • all day long, throughout the dayde kast kan de deur niet door • the cupboard won't go through the doorzijn hele leven door • his whole life long, throughout his lifemijn schoenen zijn door • my shoes are worn outde tunnel gaat onder het water door • the tunnel passes under the waterik ben door en door nat/koud • I'm wet through (and through), I'm chilled to the bonezij kent het land door en door • she knows the country like the back of her handdoor en door slecht • rotten to the core, thoroughly bad————————door2〈 voorzetsel〉1 [met betrekking tot een zijde/ruimte/opening/doorgang] through3 [middels] by (means of)5 [in passieve zinnen] by♦voorbeelden:door rood/oranje rijden • jump the lighthij vertrok door de tuin • he left via/through the gardenalles lag door elkaar • everything was in a messdoor haar heb ik hem leren kennen • it was thanks to her that I met him4 door het slechte weer • because of/owing to the bad weatherdoor ziekte verhinderd • prevented by illness from coming/attending/goingdat komt door jou • that's (all) because of youdoor wie is het geschreven? • who was it written by?door de week • through the week -
113 dorstig
♦voorbeelden: -
114 drukkend weer
drukkend weer -
115 drukkend
-
116 een crisis doorstaan
een crisis doorstaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een crisis doorstaan
-
117 een ongeluk toeschrijven aan het slechte weer
een ongeluk toeschrijven aan het slechte weerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een ongeluk toeschrijven aan het slechte weer
-
118 een periode van mooi weer
een periode van mooi weerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een periode van mooi weer
-
119 een verweerd gezicht
een verweerd gezichtVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een verweerd gezicht
-
120 en nu het weeroverzicht
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > en nu het weeroverzicht
См. также в других словарях:
Weather — Weath er, n. [OE. weder, AS. weder; akin to OS. wedar, OFries. weder, D. weder, we[^e]r, G. wetter, OHG. wetar, Icel. ve[eth]r, Dan. veir, Sw. v[ a]der wind, air, weather, and perhaps to OSlav. vedro fair weather; or perhaps to Lith. vetra storm … The Collaborative International Dictionary of English
Weather — Weath er, a. (Naut.) Being toward the wind, or windward opposed to lee; as, weather bow, weather braces, weather gauge, weather lifts, weather quarter, weather shrouds, etc. [1913 Webster] {Weather gauge}. (a) (Naut.) The position of a ship to… … The Collaborative International Dictionary of English
Weather — Weath er, v. t. [imp. & p. p. {Weathered}; p. pr. & vb. n. {Weathering}.] [1913 Webster] 1. To expose to the air; to air; to season by exposure to air. [1913 Webster] [An eagle] soaring through his wide empire of the air To weather his broad… … The Collaborative International Dictionary of English
weather — [weth′ər] n. [ME weder < OE, akin to ON vethr, Ger wetter < IE base * we , * awe , to blow > WIND2, OSlav vedro, fair weather] 1. the general condition of the atmosphere at a particular time and place, with regard to the temperature,… … English World dictionary
weather — (n.) O.E. weder, from P.Gmc. *wedran (Cf. O.S. wedar, O.N. veðr, O.Fris., M.Du., Du. weder, O.H.G. wetar, Ger. Wetter storm, wind, weather ), from PIE *we dhro , weather, from root *we to blow (see WIND (Cf … Etymology dictionary
Weather or No — is a one act comic opera, styled a musical duologue , by Bertram Luard Selby with a libretto by Adrian Ross and William Beach. It was produced at the Savoy Theatre from 10 August 1896 to 17 February 1897 as a companion piece to The Mikado , and… … Wikipedia
weather — ► NOUN 1) the state of the atmosphere at a place and time as regards temperature, wind, rain, etc. 2) (before another noun ) denoting the side from which the wind is blowing; windward. Contrasted with LEE(Cf. ↑lee). ► VERB 1) wear away or change… … English terms dictionary
weather — weath‧er [ˈweDə ǁ ər] verb [transitive] if a company, business etc weathers a difficult situation, it manages to come through it safely: • Small businesses were less able to weather the recession. • The company has weathered the slump better than … Financial and business terms
Weather — assisted migration blizzaster climate porn Fogust geomythology gigantic jet Marchuary megacryometeor … New words
Weather — Weath er, v. i. To undergo or endure the action of the atmosphere; to suffer meteorological influences; sometimes, to wear away, or alter, under atmospheric influences; to suffer waste by weather. [1913 Webster] The organisms . . . seem… … The Collaborative International Dictionary of English
weather — [n] atmospheric conditions climate, clime, elements; concepts 522,524 weather [v] endure acclimate, bear the brunt of*, bear up against*, become toughened, brave, come through, expose, get through, grow hardened, grow strong, harden, make it,… … New thesaurus