-
1 lomp
lomp1〈de〉————————lomp2♦voorbeelden:zich lomp bewegen • move clumsily/in an ungainly manner3 iemand lomp behandelen • treat someone rudely, be uncivil to someone -
2 feest
1 [fuif, partij] party3 [viering] celebration ⇒ 〈 voornamelijk religie〉 festival, feast, 〈 voornamelijk meervoud〉 festivity♦voorbeelden:dat feest gaat niet door • you can put that (idea) right out of your head -
3 water
1 [vloeistof] water3 [vaarwater] water 〈voornamelijk territoriale wateren; voornamelijk meervoud〉; 〈 waterweg〉 waterway4 [in algemeen zin als element] water6 [vloeistof die er als water uitziet] water8 [doorzichtigheid] water♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 op water en brood zitten/leven • be/live on bread and waterdat kan al het water van de zee niet afwassen • nothing can get rid of the shame/guilt (of it) 〈enz.〉; all the water of the sea couldn't wash that off/awaymet warm en koud stromend water • with hot and cold (running) waterzwaar water • heavy waterbang zijn zich aan (koud) water te branden • get cold feetwater bij de wijn doen • 〈 letterlijk〉 water the wine; 〈 figuurlijk〉 compromise, moderate one's demandsde bloemen water geven • water the flowers〈 met betrekking tot een schip〉 water maken/innemen • make/take in waterwater uit de bron/pomp/zee • well water, water from the pump, seawatereen smal/diep/ondiep water • a narrow/deep/shallow waterwayde Zeeuwse wateren • the waters/estuaries of Zeelandbij hoog water • at high water/tidebij laag water • at low water/tidestil water • dead/slack waterstromend water • running waterboven water komen • 〈 letterlijk〉 surface, come up for air; 〈 ook figuurlijk〉 (re)surface; 〈 figuurlijk ook〉 turn up (again)iets boven water halen • 〈 figuurlijk〉 unearth/dig up somethingeen schip te water laten • launch a shipiemands water bekijken • check someone's urinezijn water laten lopen • wet oneself/one's pantswater in de knie hebben • have water on the knee6 iets op sterk water zetten 〈 ook figuurlijk〉 • 〈 letterlijk〉 preserve something in formalin/alcohol; 〈 figuurlijk〉 keep something on icediamant van het zuiverste water • diamond of the first/purest water -
4 consumptieartikel
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > consumptieartikel
-
5 baggerlaars
-
6 banaliteit
-
7 cent
1 [muntstuk] cent2 [kleine waarde] 〈 informeel〉 penny, farthing, sou♦voorbeelden:iemand tot op de laatste cent betalen • pay someone to the fulldeze sigaar kost tachtig cent • this cigar costs eighty cents2 hij heeft/bezit geen rooie cent • he hasn't got two half pennies to rub together, he hasn't got a penny to his namehij deugt voor geen cent • he is a bad lotik geef geen cent meer voor zijn leven • I wouldn't give a penny for his lifedat kan mij geen cent schelen • I couldn't care lessik ben er geen cent wijzer van geworden • I was none the wiser for itik vertrouw hem voor geen cent • I don't trust him an inchbulken van de centen • roll in moneyhij is erg op de centen • he's very careful with his moneyniet op een cent kijken • be generous, spare no expensezonder een cent zitten • be penniless -
8 eerbewijs
♦voorbeelden: -
9 feestelijkheid
2 [festiviteit] 〈 voornamelijk meervoud〉 festivity, celebration -
10 gemeenzaamheid
-
11 hartstocht
♦voorbeelden:de hartstochten laaiden hoog op • feelings were running highzich door zijn hartstochten laten meeslepen • let oneself be swayed by emotionhij heeft een hartstocht voor de muziek • he has a passion for music -
12 herfstkleur
-
13 klauw
♦voorbeelden:iemand redden uit de klauwen van de dood • rescue someone from the jaws of deathuit de klauwen lopen • get out of hand/control -
14 kuiperij
-
15 meerdere
meerdere1〈de〉1 superior ⇒ 〈 leger〉 superior officer, 〈voornamelijk meervoud; iemand die wijzer, meer ervaren enz. is〉 better♦voorbeelden:hij is mijn meerdere in kracht • he is my superior in strength————————meerdere2♦voorbeelden: -
16 ongedierte
♦voorbeelden: -
17 oudheid
1 [het oud-zijn] antiquity♦voorbeelden:uit de oudheid • (from) ancient (times)de Oudheid • antiquity, ancient times -
18 papier
1 [beschrijfbaar materiaal] paper2 [vel] (piece/sheet of) paper♦voorbeelden:gelinieerd papier • ruled/lined paperiets aan het (witte) papier toevertrouwen • commit something to paper/writingzijn gedachten op papier zetten • put one's thoughts down on paperop papier klopt het perfect • it adds up/works perfectly on paperop papier zitten er 30 kinderen in de klas • on paper, there are 30 children in the classvan papier spreken • speak from notes3 kort/lang papier • short(-dated/-term)/long(-dated/-term) paper/bondssolide papieren • sound paperszijn papieren rijzen • his stock is risinghet loopt aardig in de papieren • it (soon) mounts uppapier aan toonder • bearer paper4 〈 figuurlijk〉 goede papieren hebben • have good credentials; 〈 veel kans maken〉 stand a good chance -
19 primaat
-
20 sambabal
- 1
- 2