-
21 sinds
-
22 toen
-
23 tot
tot1〈 voorzetsel〉1 [algemeen]jusque, jusqu'à2 [naar] à3 [m.b.t. een bestemming, bedoeling] de⇒ à4 [m.b.t. een toestand, vorm, functie] comme5 [tegen] à♦voorbeelden:tot bladzijde drie • jusqu'à la page troisvan huis tot huis gaan • aller de maison en maisonik wachtte tot middernacht • j'ai attendu jusqu'à minuitvertragingen van 10 tot 50 minuten • retards (allant) de 10 à 50 minutestot de laatste man • jusqu'au dernier hommetot de volgende keer • à la prochaine foistot bovenaan toe • jusqu'en hautdat is tot daar aan toe • passe encoretot dusver • jusqu'icitot heden • jusqu'à aujourd'huitot hier toe • jusqu'icihet zit me tot hier! • j'en ai jusque-là!tot nu toe • jusqu'icitot spoedig • à bientôttot straks • à tout à l'heuretot in tienduizendsten nauwkeurig • au dix millième prèstot op de cent • au centime prèstot voor drie maanden • il y a trois mois encoretot en met 31 december • jusqu'au 31 décembre (inclus)van 9 tot 12 uur • de neuf heures à miditot en met pagina 8 • jusqu'à la page 8 inclusetot drie maal toe • par trois fois→ link=nemen nemenhet teken tot de aanval • le signal de l'attaquetot functie hebben • avoir comme fonction————————tot2〈 voegwoord〉♦voorbeelden:blijf hier tot wij je roepen • reste ici jusqu'à ce que nous t'appelions -
24 voor
voor1I 〈 het〉♦voorbeelden:II 〈de〉♦voorbeelden:————————voor2〈 bijwoord〉1 [aan de voorzijde] devant2 [m.b.t. een volgorde] avant3 [m.b.t. een gezindheid] pour4 [meer dan] de plus♦voorbeelden:de auto staat voor • 〈 geparkeerd〉 l'auto se trouve devant la porte; 〈 is voorgereden〉 la voiture est avancéehij is voor in de dertig • il a dépassé de peu la trentaine2 het is meneer voor en meneer na • c'est monsieur par-ci, monsieur par-làsoep voor eten • manger le potage en entréezijn boot was voor • son bateau avait de l'avancezij zijn ons voor geweest • ils nous ont devancésargumenten voor en tegen • arguments pour et contre————————voor3〈 voorzetsel〉1 [algemeen] pour2 [niet achter; in tegenwoordigheid van] devant3 [vroeger dan; ook m.b.t. een volg-, rangorde] avant♦voorbeelden:voor zijn moeite • pour sa peinehij is voor een paar dagen naar zijn ouders • il est parti pour quelques jours chez ses parentsvoor september is het veel te koud • il fait beaucoup trop froid pour un mois de septembredat is goed voor de koorts • c'est bon contre la fièvreik ben voor X • je suis pour Xik zal voor mijn zoon betalen • je vais payer pour mon filsiemand voor zijn gedrag prijzen • féliciter qn. pour sa conduitevoor de minister stemmen • voter en faveur du ministrevoor een wet stemmen • voter une loihet brood voor zijn gezin verdienen • gagner le pain de sa familledat is net iets voor hem • 〈 passend voor hem〉 c'est tout à fait ce qu'il lui faut; 〈 typisch voor hem〉 c'est bien luidat is niets voor mij • cela ne m'intéresse pasik zeg u eens en voor altijd • je vous le dis une fois pour touteswaar doet hij het voor? • qu'est-ce que ça lui apporte?wat is dat voor een ding? • qu'est-ce que c'est que ce truc-là?voor een vergadering spreken • s'adresser à une assembléevoor zeven uur • avant sept heureskapitein komt voor majoor • capitaine vient avant commandanttien voor zeven • sept heures moins dixik voor mij • quant à moi————————voor4〈 voegwoord〉♦voorbeelden:voor hij het wist was hij al weer buiten • avant même d'avoir réalisé ce qui s'était passé, il se retrouva dehorsvertel het voor hij het van iemand anders hoort • dis-le avant qu'il (ne) l'apprenne de qn. d'autrevoor ik vertrok, heb ik alles opgeruimd • j'ai tout rangé avant de partir -
25 waar
waar1〈de〉♦voorbeelden:waar voor zijn geld krijgen, willen • en avoir, vouloir pour son argent————————waar21 vrai♦voorbeelden:1 een waar beeld geven van iets • donner une représentation fidèle de qc.de ware oorzaak • la cause réelledaar is geen woord van waar • il n'y a pas un mot de vrai dans tout celahet is maar al te waar • ce n'est que trop vrai't is toch niet waar! • ce n'est pas vrai?dat is waar gebeurd • c'est authentiquehet is te mooi om waar te zijn • c'est trop beau pour être vraihet bleek waar te zijn • cela s'avéra justeeerlijk waar! • (ma) parole (d'honneur)!niet waar? • n'est-ce pas?zo waar (als) ik leef, (als) ik hier sta • aussi vrai que je m'appelle Xiets niet voor waar aannemen • ne pas tenir qc. pour vraiwaar of niet? • vrai ou non?II 〈 bijwoord〉1 [algemeen]où♦voorbeelden:een probleem waar hij niet aan gedacht had • un problème auquel il n'avait pas penséwaar woon je? • où habites-tu?waar (dan) ook • où que ce soitwaar kom je vandaan? • d'où viens-tu?————————waar3〈 voegwoord〉 -
26 wanneer
wanneer1〈 bijwoord〉1 quand♦voorbeelden:1 wanneer heb je haar gezien? • quand est-ce que tu l'as vue?wanneer dan ook • n'importe quand————————wanneer2〈 voegwoord〉1 [algemeen] quand2 [indien] si♦voorbeelden:2 hij zou beter opschieten, wanneer hij meer zijn best deed • il progresserait s'il s'appliquait davantage -
27 want
-
28 zo
zo1〈 bijwoord〉1 [overeenstemmend met een werkelijkheid] ainsi3 [op deze wijze] comme ça4 [aanstonds] bientôt5 [zeer] si♦voorbeelden:dat is zo • c'est effectivement le caszo iemand • une personne pareillezo iets heb ik nog nooit gezien • je n'ai jamais vu une chose pareilleik zoek zo iets • je cherche qc. comme çaen zo verder • et ainsi de suiteeen jaar of zo • à peu près un anzo groot is hij nou ook weer niet! • il n'est pas si grand que ça!zo helder als kristal • aussi clair que du cristalzo koud is het nog niet geweest • il n'a pas encore fait si froid que çahij is zo oud als ik • il a le même âge que moihij is zo verstandig geweest om … • il a eu la sagesse de …, il a été assez sage pour …minstens (zeker, net) zo interessant • tout aussi intéressantonze vijver is ongeveer zo bij zo • notre étang fait à peu près tant sur tantom zo en zo laat • à telle heure3 o, gaat dat zo! • ah! c'est comme ça qu'on fait!zo moet je het doen • c'est ainsi qu'il faut fairehet is zo gebeurd • ce sera fait en un instantik kom zo • j'arrive tout de suite5 is het al zo laat? • il est déjà si tard?die fiets is nog zó • cette bicyclette est encore en excellent étatdie vrouw is zó • cette femme est fantastiquedat heb ik al zo dikwijls gehoord • je l'ai déjà entendu (dire) si souvent————————zo2〈 voegwoord〉1 si♦voorbeelden:zo ja, waarom, zo nee, waarom niet • si oui, pourquoi?, si non, pourquoi pas?zo niet, dan … • sinon …————————zo31 [verrassing, verwondering] tiens!2 [voldaanheid] bien!♦voorbeelden:1 hoe zo? • comment cela?o zo • tu parles!2 zo, dat is dat! • voilà! c'est fait! -
29 zoals
zoals1〈 bijwoord〉1 comment♦voorbeelden:1 het is verbazend zoals die jongen vooruitgegaan is • il est étonnant de voir combien ce garçon a fait des progrès————————zoals2〈 voegwoord〉1 comme♦voorbeelden:zoals gewoonlijk • comme d'habitude -
30 zolang
zolang1〈 bijwoord〉————————zolang2〈 voegwoord〉1 tant que♦voorbeelden:zolang de voorraad strekt • jusqu'à épuisement des stocks -
31 zover
zover1〈 bijwoord〉♦voorbeelden:¶ ben je zover? • tu es prêt?zover ben ik nog niet • je n'en suis pas encore làvoor het zover is … • d'ici là …zover zal het toch eens moeten komen • il faudra bien en arriver là〈 figuurlijk〉 in zoverre zijn we het eens, dat … • ce sur quoi nous sommes d'accord, c'est que …tot zover zijn we het eens • jusqu'ici nous sommes d'accordvoor zover mogelijk • dans la mesure du possible————————zover2〈 voegwoord〉♦voorbeelden:(voor) zover ik weet • (pour) autant que je sache→ link=oog oog
Страницы
- 1
- 2