-
1 fuck up
v. (vulgaire spreektaal) problemen veroorzaken, verkloten, verpesten, naar de kloten helpen; een geweldige fout maken, een grote blunder begaan; risicoloos handelen, dom handelenfuck up〈 vulgair〉 -
2 balls up
n. (Brits-Engelse Slang) rotzooi, troep; puinhoop als gevolg van een foutballs up1 verpesten ⇒ naar de knoppen helpen, verzieken -
3 bugger up
-
4 foul up
-
5 louse up
v. ergens een puinhoop van maken; vernietigen; kapot maken, bederven (Slang) -
6 pollute
v. vervuilen; bezoedelen; verontreinigen[ pəloe:t] -
7 queer
adj. vreemd; raar; naar gevoel hebbend; geschift; homosexueel--------n. homosexueel; rare; vreemd mens--------v. (het voor een ander) bederven; in gevaar brengenqueer1————————queer2〈bijvoeglijk naamwoord; queerness〉1 vreemd ⇒ raar, zonderling♦voorbeelden:¶ 〈 ook queer street, voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 be in Queer Street • in moeilijkheden zitten; 〈 in het bijzonder〉 schulden hebben————————queer3 -
8 sink
n. gootsteen; plaats waar leden van onderwereld samenkomen--------v. verzinken, zinken, ondergaan; tot zinken brengen; vallen; parachuutspringen; indringen; van honger omkomensink1[ singk] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 wasbak♦voorbeelden:————————sink21 (weg)zinken ⇒ (weg)zakken, verzakken3 afnemen ⇒ verflauwen, verdwijnen♦voorbeelden:sunken road • verzakte/holle wegsink to the ground • op de grond neerzijgenhis voice sank to a whisper • zijn stem daalde tot op fluisterniveausink in one's estimation • in iemands achting dalen5 his words will sink in • zijn woorden zullen inslaan/doordringenthe news finally sank into his mind • het nieuws drong eindelijk tot hem doorII 〈 overgankelijk werkwoord〉4 (bal) in gat/korf krijgen 〈 golf, basketbal enz.〉♦voorbeelden:sink one's head into one's hands • zijn hoofd in zijn handen laten zakkensink a pole into the ground • een paal de grond in drijvenbe sunk • reddeloos verloren zijn -
9 spoil
n. verrotting; plundering--------v. bederven; verwennen; kapot makenspoil1[ spojl] 〈zelfstandig naamwoord; vaak meervoud met enkelvoud betekenis〉1 buit ⇒ geplunderde/geroofde goederen————————spoil2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 bederven ⇒ beschadigen, verpesten2 bederven ⇒ verwennen, vertroetelen♦voorbeelden: -
10 louse up a test
v. examen grondig verpesten
См. также в других словарях:
verpesten — ↑ Pest … Das Herkunftswörterbuch
verpesten — V. (Oberstufe) etw. mit schädlichen Stoffen verschmutzen Synonyme: mit Schadstoffen belasten, verunreinigen (geh.) Beispiele: Der Unrat hat das Wasser des Flusses verpestet. Mit seinem Zigarettenrauch hat er die ganze Luft in dem Zimmer verpestet … Extremes Deutsch
verpesten — ver|pes|ten [fɛɐ̯ pɛstn̩], verpestete, verpestet <tr.; hat: mit Gestank erfüllen, mit schädlichen, übel riechenden Stoffen verderben: die Luft in der Stadt wird durch die Fabriken verpestet; mit deiner Zigarre verpestest du das ganze Zimmer;… … Universal-Lexikon
verpesten — Gestank verbreiten, unerträglich machen, verderben, vergiften, verräuchern; (ugs.): verstänkern; (ugs. abwertend): vermiefen, verstinken. * * * verpesten(abwert):umg:verstänkern·verräuchern·vermiefen·vollstänkern♦salopp:vollmiefen verpesten… … Das Wörterbuch der Synonyme
verpesten — ver·pẹs·ten; verpestete, hat verpestet; [Vt] jemand / etwas verpestet etwas pej; jemand / etwas füllt die Luft mit einem unangenehmen Geruch oder mit schädlichen Stoffen <die Luft, ein Zimmer verpesten>: Die Fabrik verpestet (mit ihren… … Langenscheidt Großwörterbuch Deutsch als Fremdsprache
verpesten — verpeste … Kölsch Dialekt Lexikon
verpesten — ver|pẹs|ten … Die deutsche Rechtschreibung
verräuchern — ↑ verpesten. * * * verräuchern:⇨verpesten verräuchern→verpesten … Das Wörterbuch der Synonyme
vermiefen — verderben, vergiften, verräuchern; (abwertend): verpesten; (ugs.): verstänkern; (ugs. abwertend): verstinken. * * * vermiefen:⇨verpesten vermiefen→verpesten … Das Wörterbuch der Synonyme
stänkern — Stunk machen (umgangssprachlich); Unruhe stiften; Streit suchen; Unruhe (in etwas) bringen; Unfrieden stiften; Gestank machen; Gestank erzeugen * * * stän|kern [ ʃtɛŋkɐn] <itr.; hat (ugs.) … Universal-Lexikon
Verpestung — Ver|pẹs|tung 〈f. 20; unz.〉 Verbreitung von Gestank ● Verpestung der Luft durch die Industrie * * * Ver|pẹs|tung, die; , en <Pl. selten>: das Verpesten; das Verpestetwerden. * * * Ver|pẹs|tung, die; , en <Pl. selten>: das Verpesten … Universal-Lexikon