-
41 to cure
afbindenbakkenhardenuithardenverharden -
42 to harden
afbindenhardenuithardenverharden -
43 to set
afbindenafregelenafstelleninstellenregelenschrankenstellentoekennenuithardenvaststellenverhardenzetten -
44 делать твёрдым
vgener. aanharden, harden, verharden, verstijven (òæ. doen verstevigen), hard maken, vereelten -
45 закаливать
vgener. afkletsen (погружением в воду), verharden, aanharden, schrikken -
46 закаливаться
vgener. verharden, aanharden -
47 закоренеть
-
48 затвердевать
vgener. hoornen (о каучуке), vereelten, verharden -
49 зачерстветь
vgener. verharden -
50 калить
vgener. verharden -
51 ожесточать
vgener. aanharden, verharden, verstenen, verbitteren -
52 ожесточаться
vgener. verharden, verstenen -
53 твердеть
vgener. aanharden, verharden, versterven, aandikken, hard worden -
54 bestraten
-
55 ausbauen
ausbauen2 vergroten, verruimen, uitbreiden♦voorbeelden:eine Technik ausbauen • een techniek verbeteren -
56 befestigen
-
57 betonieren
betonieren -
58 eine Straße ausbauen
-
59 härten
Страницы