-
1 exclure
exclure [ekskluur]♦voorbeelden:v -
2 disqualifier
disqualifier [dieskaaliefjee]1. v1) diskwalificeren, uitsluiten2. se disqualifiervzich blameren, blijk geven van ongeschiktheid -
3 communion
communion [kommuunjõ]〈v.〉3 overeenstemming ⇒ eensgezindheid, het zich één voelen♦voorbeelden:exclure de la communion • van de kerkgemeenschap uitsluitenêtre en communion avec la nature • zich één voelen met de natuur→ tablef1) gemeenschap, gemeente2) communie [religie]3) overeenstemming, eensgezindheid -
4 exclusif
exclusif [ekskluuzief]♦voorbeelden:1 être exclusif de • uitsluiten, onverenigbaar zijn metune exclusive • uitzonderingsmaatregel, veto= exclusive; adj1) uitsluitend, alleen2) apart, niet alom verkrijgbaar3) allesoverheersend, absoluut -
5 index
-
6 excepter
excepter [ekseptee]〈 werkwoord〉1 uitzonderen ⇒ een uitzondering maken voor, uitsluiten♦voorbeelden:sans excepter personne • zonder uitzondering -
7 exclure de la communion
exclure de la communion -
8 lock-outer
lock-outer [lokkaawtee]〈 werkwoord〉 -
9 mettre qn. à l'index
mettre qn. à l'index -
10 être exclusif de
être exclusif deuitsluiten, onverenigbaar zijn met
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский