-
1 citerne
citerne [sietern]〈v.〉1 regenton ⇒ regenput, -bak, -tank5 tankschuitje ⇒ water-, olieschuit♦voorbeelden:1 eau de citerne • regenwater, water uit de regentonf1) regenbak2) tank, reservoir3) tank(auto, -boot, -wagon)
См. также в других словарях:
Bach — 1. Alle kleinen Bäche laufen in die grossen. – Körte, 357. Holl.: De kleine beken loopen in de groote. (Harrebomée, I, 37.) 2. Aus einem kleinen Bach wird ein grosser Fluss. Holl.: De beek is eene rivier geworden. – Wat eerst eene beek was, wordt … Deutsches Sprichwörter-Lexikon