-
1 rash
adj. overhaast; onbesuisd; onbezonnen--------n. uitslag (op huid)rash1[ ræsj] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk enkelvoud〉♦voorbeelden:————————rash2〈bijvoeglijk naamwoord; rashness〉♦voorbeelden: -
2 rash move
bliksemsnelle beweging -
3 a rash of criticism
-
4 come out in a rash
-
5 excitement brings him out in a rash
excitement brings him out in a rashals hij opgewonden is, krijgt hij uitslagEnglish-Dutch dictionary > excitement brings him out in a rash
-
6 he's coming out in spots/a rash
he's coming out in spots/a rash -
7 heat rash
-
8 in a rash moment
-
9 nettle rash
-
10 scarlet rash
-
11 break out in a rash
hij kreeg een huiduitslag -
12 gave him a rash
gaf hem uitslag -
13 bring out
uiten; bekend maken; tonenbring out3 duidelijk doen uitkomen ⇒ releveren, expliciteren4 vrijer laten spreken/handelen ⇒ doen loskomen, ontdooien5 het werk laten neerleggen ⇒ doen staken, in staking laten gaan♦voorbeelden:5 the shop-stewards brought out the steelworkers • de vakbondsvertegenwoordigers hebben de metaalarbeiders het werk laten neerleggen¶ excitement brings him out in a rash • als hij opgewonden is, krijgt hij uitslag -
14 come out
uitkomen, naar buiten komen, uitlekken, aan het licht komen, verschijnen; verdwijnen, vervagencome out1 uitkomen ⇒ eruit komen, naar buiten komen3 〈 benaming voor〉 verschijnen ⇒ te voorschijn komen, gepubliceerd worden 〈 van boek〉, uitlopen, bloeien 〈 van planten, bomen〉, doorkomen 〈 van zon〉, uit de mond komen 〈 van woorden〉, uitbreken 〈 van ziekte〉4 ontdekt/bekend worden6 duidelijk worden/zijn ⇒ goed uitkomen, er goed op staan 〈 foto〉8 zich voor/tegen iets verklaren9 haar/zijn debuut maken 〈op het toneel; in de wereld, voornamelijk met betrekking tot meisje uit hogere stand〉♦voorbeelden:8 the Government came out strong(ly) against the Russian invasion • de regering protesteerde krachtig tegen de Russische invasie¶ come out badly/well • het er slecht/goed afbrengencome out of nowhere • uit het niets opkomencome out right/wrong • goed/slecht aflopencome out for someone/something • iemand/iets zijn steun toezeggen -
15 scarlet
См. также в других словарях:
rash — rash … Dictionnaire des rimes
Rash — Rash, a. [Compar. {Rasher} ( [ e]r); superl. {Rashest}.] [Probably of Scand. origin; cf. Dan. & Sw. rask quick, brisk, rash, Icel. r[ o]skr vigorous, brave, akin to D. & G. rasch quick, of uncertain origin.] 1. Sudden in action; quick; hasty.… … The Collaborative International Dictionary of English
rash — [ raʃ ] n. m. • 1800; mot angl., p. ê. du moy. fr. ra(s)che « teigne » ♦ Méd. Éruption cutanée transitoire, lors de maladies fébriles (ordinairement non éruptives). ⇒ érythème. Des rashs ou des rashes. ● rash, rashs ou rashes nom masculin ( … Encyclopédie Universelle
Rash — Rash, n. [OF. rasche an eruption, scurf, F. rache; fr. (assumed) LL. rasicare to scratch, fr. L. radere, rasum, to scrape, scratch, shave. See {Rase}, and cf. {Rascal}.] (Med.) A fine eruption or efflorescence on the body, with little or no… … The Collaborative International Dictionary of English
rash — rash1 [rash] adj. [ME rasch, prob. < OE * ræsc, akin to ON röskr, Ger rasch] 1. too hasty or incautious in acting or speaking; reckless 2. characterized by too great haste or recklessness [a rash act] 3. Obs. bringing quick results rashly adv … English World dictionary
rash — dermat. Erupción en la piel propia de muchas reacciones alérgicas y enfermedades eruptivas como las que se producen en el sarampión y la escarlatina. Medical Dictionary. 2011. rash … Diccionario médico
RASH — Saltar a navegación, búsqueda La palabra rash puede referirse a: Una alteración de la piel. El acrónimo de la organización anarquista y comunista Red Anarchist Skin Heads. Obtenido de RASH Categoría: Wikipedia:Desambiguación … Wikipedia Español
Rash — [ræʃ, englisch] der, s/ s, Vor|exanthem, flüchtige Hautrötung an den Innenseiten beider Oberschenkel vor Ausbruch einer Infektionskrankheit (z. B. bei Windpocken, bei Masern oder bei Scharlach). * * * Rash [ræʃ], der; [es], s [engl. rash <… … Universal-Lexikon
rash — Ⅰ. rash [1] ► ADJECTIVE ▪ acting or done impetuously, without careful consideration. DERIVATIVES rashly adverb rashness noun. ORIGIN Germanic. Ⅱ. rash [2] … English terms dictionary
rash|er — «RASH uhr», noun. a thin slice of bacon or ham for frying or broiling. ╂[origin uncertain; perhaps < obsolete rash to cut, slash] … Useful english dictionary
Rash — Rash, n. [Cf. F. ras short nap cloth, It. & Sp. raso satin (cf. {Rase}); or cf. It. rascia serge, G. rasch, probably fr. Arras in France (cf. {Arras}).] An inferior kind of silk, or mixture of silk and worsted. [Obs.] Donne. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English