-
1 Anmarsch
Anmarsch〈m.〉♦voorbeelden:1 im Anmarsch auf, gegen eine Festung sein • naar, tegen een vesting oprukken -
2 auflaufen
auflaufenI 〈onovergankelijk werkwoord; sein〉4 〈 scheepvaart〉vastlopen, stranden♦voorbeelden:2 die Schuld ist auf 10.000 Mark aufgelaufen • de schuld is tot 10.000 mark opgelopen3 auflaufendes Wasser • stijgend water, opkomend tij♦voorbeelden: -
3 heranrücken
-
4 marschieren
marschieren〈 sein〉♦voorbeelden:etwas marschiert in die gute Richtung • iets gaat de goede kant uitdie Firma marschiert in die roten Zahlen • de firma komt in de rode cijfers terecht -
5 nachstoßen
-
6 trennen
trennen4 〈 communicatie(media)〉onder-, verbreken♦voorbeelden:ein getrennter Eingang • een aparte ingangauf Dauer, ständig getrennt • duurzaam gescheidengetrennt marschieren, vereint schlagen • (a) van verschillende kanten oprukken, maar verenigd slag leveren; 〈 (b) figuurlijk〉 los van elkaar toch hetzelfde doel nastrevenBegriffe sauber trennen • begrippen zuiver uit elkaar houdenetwas in zwei Teile trennen • iets in twee delen scheiden, verdelen, iets in tweeën delen〈 taalkunde〉 nach Silben trennen • in lettergrepen verdelen, splitsendie Person von der Sache trennen • persoon en zaak uit elkaar houdendas Trennende zwischen den Menschen • (dat) wat de mensen scheidt3 loslaten, zich losmaken, opgeven ⇒ laten varen, van zich afzetten♦voorbeelden:die Mannschaften trennten sich unentschieden 1:1 • de ploegen, teams hebben één-één gelijk gespeeld2 er trennte sich von seiner Frau • hij ging van zijn vrouw weg, af, verliet zijn vrouw3 ich konnte mich nicht trennen • ik kon er niet van loskomen, scheidenich möchte mich von meinem Auto trennen • ik zou van mijn auto af willensich von jeglichem Besitz trennen • van alle bezit afstand doen -
7 vorgehen
vorgehen1 vooroplopen, vooropgaan4 voorgaan, voorrang hebben♦voorbeelden:1 die Uhr geht vor • de klok, het horloge loopt voorgerichtlich gegen jemanden vorgehen • iemand gerechtelijk vervolgen -
8 vorpreschen
vorpreschen1 naar voren stormen, oprukken -
9 vorrücken
vorrücken2 vorderen, vooruitgaan♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vooruitschuiven, naar voren schuiven -
10 zur Spitze auflaufen
zur Spitze auflaufen
См. также в других словарях:
German declaration of war against the Netherlands — At 6:00 AM (Amsterdam Time) on 10 May 1940, during the Battle of the Netherlands, the German envoy Count Zech von Burkensroda gave Dutch minister of foreign affairs Van Kleffens the following German declaration of war. It was only later… … Wikipedia