Перевод: с английского на все языки

со всех языков на английский

Со всех языков на:
Английский
С английского на:
Все языки
Африкаанс
Нидерландский

oorsprong

Толкование Перевод

1 current source

oorsprong van stroom (in elektriciteit)

English-Dutch dictionary > current source
2 disengagement originator

oorsprong van de ontkoppeling

English-Dutch technical dictionary > disengagement originator
3 source

oorsprong, ontspring, bron

English-Afrikaans dictionary > source
4 origin

n. oorsprong; origine

origin

[ orridzjin] 〈 vaak meervoud met enkelvoud betekenis〉

1 oorsprong ⇒ origine, ontstaan; bron; afkomst, herkomst; oorzaak

♦voorbeelden:

1   country of origin • land van herkomst

     the origin of a fight • de oorzaak van een ruzie

     the origin of a river • de bron(nen) van een rivier

     a word of Greek origin • een woord van Griekse oorsprong

English-Dutch dictionary > origin
5 root

n. wortel; oorsprong
--------
v. wortel schieten; geworteld zijn; wroeten, woelen; te voorschijn halen, opscharrelen

root¹

[ roe:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 oorsprong ⇒ wortel, basis

2 kern ⇒ het wezenlijke

3 〈 plantkunde〉 wortel ⇒ hechtwortel

4 〈 medicijnen, geneeskunde, wiskunde〉 wortel

♦voorbeelden:

1   the root of all evil • de wortel van alle kwaad

2   get to the root of the problem • tot de kern van het probleem doordringen

3   strike root, take root • wortel schieten; 〈 figuurlijk〉 ingeburgerd raken 〈 van ideeën〉

¶ root and branch • met wortel en tak, grondig

     pull up one's roots • een ander leven beginnen

     put down roots • zich vestigen, zich thuis gaan voelen

     strike at the roots of • een vernietigende aanval doen op

————————

root²

, 〈 Brits-Engels in betekenis I, 3 en II 3 ook〉 rootle [ roe:tl]

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 wortelschieten ⇒ wortelen; 〈 figuurlijk〉 zich vestigen

2 wortelen ⇒ zijn oorsprong hebben

3 wroeten ⇒ graven, woelen

♦voorbeelden:

3   the pigs were rooting about in the earth • de varkens wroetten rond in de aarde

¶ root for the team • het team toejuichen/steunen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 planten ⇒ doen wortelschieten

2 vestigen ⇒ doen wortelen

3 uitgraven ⇒ ontwortelen

♦voorbeelden:

2   a deeply rooted love • een diepgewortelde liefde

¶ she stood rooted to the ground/spot • ze stond als aan de grond genageld

→ root out root out/

English-Dutch dictionary > root
6 authorship

n. schrijverschap; oorsprong van literair werk

authorship

[ o:θəsjip]

1 auteurschap ⇒ schrijverschap; oorsprong van literair werk/idee

♦voorbeelden:

1 the authorship of this play is much debated • wie de auteur is van dit (toneel)stuk is omstreden

English-Dutch dictionary > authorship
7 extraction

n. (het) uittrekken,(het) trekken (van een kies), (het) vertrekken,(het) wegtrekken; afkomst, oorsprong, afstamming

extraction

[ ikstræksjn]

I 〈 telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 extractie ⇒ trekking

2 ontfutseling ⇒ afpersing

3 extract ⇒ concentraat

♦voorbeelden:

1   I need two extractions • er moeten bij mij twee kiezen getrokken worden

2   extraction of some extra money • het loskrijgen van wat extra geld

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 het onttrekken 〈van (delf)stoffen e.d.〉 ⇒ afscheiding, winning

2 afkomst ⇒ oorsprong

3 〈 wiskunde〉 het trekken 〈 van wortels〉

♦voorbeelden:

1   the extraction of coal • de steenkoolwinning

2   Americans of Polish and Irish extraction • Amerikanen van Poolse en Ierse afkomst

3   extraction of roots • het worteltrekken

English-Dutch dictionary > extraction
8 germ

n. oorsprong; ziektekiem, bacil
--------
v. kiem

germ

[ dzjə:m]

1 〈 biologie〉 kiem ⇒ geslachtscel, (broed)knop; 〈 figuurlijk〉 oorsprong, begin

2 〈 medicijnen, geneeskunde〉 ziektekiem ⇒ bacil

English-Dutch dictionary > germ
9 parent

n. ouder; vader, moeder; voorvader; dier of plant dat of die voortplant; oorzaak, oorsprong; beschermer; bewaker
--------
v. zich als ouder gedragen; kinderen opvoeden; ontstaan

parent

[ peərənt]

1 ouder ⇒ vader, moeder

2 voorouder

3 〈vaak attributief; biologie〉 moederdier ⇒ moederplant; 〈 figuurlijk〉 moederinstelling

4 oorsprong ⇒ oorzaak, bron

♦voorbeelden:

4 the parent of evil • de bron van alle kwaad

English-Dutch dictionary > parent
10 rise

n. opslag, verhoging; stijging; opkomst
--------
v. opstaan; opgaan; stijgen

rise¹

[ rajz]

I 〈 telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 helling ⇒ verhoging, hoogte

2 stijging 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ verhoging; 〈 beurs〉 hausse

3 〈 Brits-Engels〉 loonsverhoging

♦voorbeelden:

2   wages on the rise • stijgende lonen

¶ get/take a/the rise out of someone • iemand op de kast jagen

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 het rijzen ⇒ het omhooggaan

2 het opgaan ⇒ opgang, opkomst 〈 van hemellichaam〉

3 oorsprong ⇒ begin

4 opkomst ⇒ groei

♦voorbeelden:

3   the rise of a river • de oorsprong van een rivier

     give rise to • aanleiding geven tot

————————

rise²

〈werkwoord; rose [ rooz], risen [rizn]〉

1 opstaan 〈 ook uit bed〉

2 (op)stijgen 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ (op)klimmen

3 opkomen ⇒ opgaan, rijzen 〈 van hemellichaam〉

4 promotie maken ⇒ bevorderd worden

5 opdoemen ⇒ verschijnen

6 toenemen 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ stijgen 〈 van prijzen〉

7 in opstand komen ⇒ rebelleren

8 ontstaan 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ ontspringen

9 uiteengaan ⇒ op reces gaan 〈 van vergadering〉

♦voorbeelden:

1   my hair rose in terror • de haren rezen mij te berge van schrik

     〈 schertsend〉 rise and shine • sta op en wees het zonnetje in huis

     rise again • uit de dood opstaan

     rise to one's feet • opstaan

2   good teamworkers should rise above personal jealousies • goede teamgenoten moeten boven persoonlijke naijver staan

     the curtain rises on a Victorian room • het gordijn gaat op en toont een Victoriaanse kamer

     〈 figuurlijk〉 rise to the occasion • zich tegen de moeilijkheden opgewassen tonen

     he rose to the suggestion • hij begreep de wenk

4   rise in the world • vooruitkomen in de wereld

     rise to the rank of lieutenant • bevorderd worden tot luitenant

6   the good news made her spirits rise • het goede nieuws vrolijkte haar op

7   rise in arms • de wapens opnemen

English-Dutch dictionary > rise
11 spring

adj. lenteachtig, van de lente; veerkrachtig
--------
n. lente; bron; veer; oorsprong; sprong; huppel; veerkrachtigheid
--------
v. springen; ontstaan uit; uit de grond schieten; schieten

spring¹

[ spring]

I 〈 telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 〈 vaak meervoud〉 bron 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ oorsprong, herkomst

2 (metalen) veer ⇒ springveer

3 sprong

♦voorbeelden:

1   hot springs • geisers, warme springbronnen

3   make a spring at • springen naar

II 〈 telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 lente 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ voorjaar

♦voorbeelden:

1   the spring of life • de lente van het leven

     in (the) spring • in het voorjaar

III 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉〈 ook figuurlijk〉

1 veerkracht ⇒ energie

————————

spring²

〈sprang [ spræng]/Amerikaans-Engels ook sprung [ sprung], sprung〉

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 (op)springen

2 (terug)veren

3 〈vaak +up〉 ontspringen ⇒ ontstaan, voortkomen

4 openspringen ⇒ barsten, splijten

♦voorbeelden:

1   spring to life • plotseling tot leven komen

     the first thing that springs to one's mind • het eerste wat je te binnen schiet

     spring to one's feet • opspringen

3   spring from • afstammen van

     spring from/out of • voortkomen/ontstaan uit

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 doen opspringen

2 springen over 〈 van paard, hindernis〉

3 plotseling bekendmaken

4 opjagen 〈 wild〉

5 doen (open)springen ⇒ opblazen

♦voorbeelden:

3   〈 informeel〉 spring something on someone • iemand met iets verrassen/overvallen

English-Dutch dictionary > spring
12 uhlan

n. lansruiter van een lichter cavalerie-eenheid met oorsprong uit Poolse leger); lids van zware cavalerie-eenheid (met oorsprong in Duitsland en West Europa)

English-Dutch dictionary > uhlan
13 Anglo-

Anglo-

[ ænggloo] 〈 ook anglo-〉

1 Engels

2 van Engelse oorsprong

English-Dutch dictionary > Anglo-
14 Romance languages

Romaanse talen (algemene naam voor Europese talen waarvan de oorsprong de latijnse taal is, zoals Italiaans, Frans, Spaans, Portugees)

Romance languages

Romaanse talen

English-Dutch dictionary > Romance languages
15 Saxon

adj. Angelsaksisch; Saksisch
--------
n. Angelsaksisch; Saksisch

Saxon

[ sæksn]

1 Angelsaksisch ⇒ Oud-Engels, van Angelsaksische oorsprong

2 Saksisch

♦voorbeelden:

1 Saxon architecture • (voor-Normandische) Angelsaksische architectuur

English-Dutch dictionary > Saxon
16 a word of Greek origin

a word of Greek origin

een woord van Griekse oorsprong

English-Dutch dictionary > a word of Greek origin
17 aubergine

n. aubergine, plant van Oost-Indische oorsprong met eetbare vrucht; eiervormige vrucht van de aubergine die als groente wordt gegeten, donkerpaars van kleur

aubergine

[ oobəzjie:n] 〈 voornamelijk Brits-Engels〉

1 aubergine

English-Dutch dictionary > aubergine
18 behind

adv. achteraan
--------
n. achterste
--------
prep. achter

behind¹

[ bihhajnd] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 〈 informeel, eufemistisch〉 achterste

————————

behind²

〈 bijwoord〉

1 〈 beweging, plaats of ruimte〉 erachter ⇒ achteraan/op/in/om, voorbij

2 〈 vertraging of achterstand〉 achterop ⇒ achter, achterstallig

♦voorbeelden:

1   you in front and the children behind • jij vooraan en de kinderen achteraan

     look behind • omkijken

     he came from behind • hij kwam van achteren

2   my watch is behind • mijn horloge loopt achter

     they fell behind • ze raakten achter 〈 ook figuurlijk〉

     behind in my work • achterop met mijn werk

     be behind with the rent • achter zijn met de huur

————————

behind³

〈 voorzetsel〉

1 〈 plaats, richting of tijd; ook figuurlijk〉 achter ⇒ voorbij, verder dan, om

2 〈 vertraging of achterstand〉 achter op ⇒ later dan, onder

3 achter ⇒ aan de oorsprong van

4 achter ⇒ ter ondersteuning van

♦voorbeelden:

1   the house behind the church • het huis achter de kerk

     my best years are behind me • mijn beste jaren heb ik gehad

     put one's problems behind one • zijn problemen van zich afzetten

2   our profits are behind last year's • onze winsten liggen lager dan die van vorig jaar

     the bus is behind schedule • de bus heeft vertraging

     behind the times • niet mee met zijn tijd

3   the real reasons behind the quarrel • de echte redenen voor de ruzie

     behind the wheel • aan/achter het stuur

     who is behind this? • wie is hiervoor verantwoordelijk?

4   we are/stand behind you • wij staan achter je/steunen je

English-Dutch dictionary > behind
19 birth

n. geboorte; geboortesnelheid; origine
--------
v. bevallen, baren, ter wereld brengen

birth

[ bə:θ]

I 〈 telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 geboorte ⇒ 〈 figuurlijk〉 ontstaan, begin, oorsprong

♦voorbeelden:

1   give birth to • het leven schenken aan

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 afkomst ⇒ afstamming

♦voorbeelden:

1   of noble birth • van adellijke afkomst

     he is French by birth • hij is Fransman van geboorte

English-Dutch dictionary > birth
20 born

adj. geboren

born

[ bo:n]

1 geboren ⇒ van geboorte/oorsprong/origine

2 geboren ⇒ voorbestemd, in de wieg gelegd

3 geboren ⇒ van nature

4 geboren ⇒ ontstaan, voortgekomen

♦voorbeelden:

1   she was born French • ze was van huis uit Française

     born and bred • geboren en getogen

     born again • herboren

     not born yesterday • niet op z'n achterhoofd gevallen

2   (as) to the manner born • voor iets geknipt/in de wieg gelegd

     born to be a leader • voor het leiderschap in de wieg gelegd

3   a born lunatic • een volslagen krankzinnige

     he is born a performer • hij is een rasartiest

     born idle/tired • liever lui dan moe/aartslui

4   his behaviour was born of resentment • zijn gedrag was uit wrok ontstaan

¶ all my born days • al mijn levensdagen

→ silver silver/

English-Dutch dictionary > born

Страницы

См. также в других словарях:

oorsprong — rutu … Woordenlijst Sranan
Hotel Restaurant `de Oorsprong´ — (Синт Николасга,Нидерланды) Категория отеля: 3 звездочный отель Адрес: Huister … Каталог отелей
Leo Apostel — (Antwerp, 4 September 1925 Ghent, 10 August 1995) was a Belgian philosopher and professor at the Vrije Universiteit Brussel and the Universiteit Gent. Apostel was an advocate of interdisciplinary research and the bridging of the gap between exact … Wikipedia
Harry Sacksioni — (* 23. Oktober 1950 in Amsterdam) ist ein niederländischer Gitarrist und Komponist. Inhaltsverzeichnis 1 Wirken 2 Diskografie 2.1 Alben 2.2 … Deutsch Wikipedia
Sacksioni — Harry Sacksioni (* 23. Oktober 1950 in Amsterdam) ist ein niederländischer Gitarrenvirtuose und Komponist. Den Höhepunkt seines Erfolgs erreichte Sacksioni in den 1970er Jahren. Seine bekanntesten Werke sind Meta Sequoia, Vensters, Elixer oder… … Deutsch Wikipedia
Pieter Corneliszoon Hooft — For the Dutch ocean liner, see MV Pieter Corneliszoon Hooft. P.C. Hooft … Wikipedia
1626 in literature — The year 1626 in literature involved some significant events.Events*Izaak Walton marries Rachel Floud. *John Beaumont is made a baronet.New books*Francis Bacon The New Atlantis *Robert Fludd Philosophia Sacra *Marie de Gournay Les Femmes et Grief … Wikipedia
Abraham Kuyper — Infobox Prime Minister name =Abraham Kuyper caption = Portrait of Abraham Kuyper by Jan Veth order =Prime Minister of the Netherlands term start = 1 August 1901 term end = 17 August 1905 deputy = predecessor = Nicolaas Pierson successor = Theo de … Wikipedia
IJ (digraph) — Dutch grammar series Dutch grammar Dutch verbs Dutch conjugation t kofschip T rules Dutch nouns Dutch declension Gender in Dutch grammar Dutch orthography Dutch dictionary IJ Dutch phonology … Wikipedia
Harry Sacksioni — (born 23 October 1950 in Amsterdam) is a composer and guitar virtuoso of Dutch origin. The peak of his fame was during the 1970s, some famous works of this period include Meta Sequoia , Vensters , Elixer and Thee bij tante Josephine . Sacksioni s … Wikipedia
Jan Frans Willems — (March 11, 1793 June 24, 1846), Flemish writer and father of the Flemish movement.Willems was born in the Belgian city of Boechout, while that was under French occupation. He started his career in the office of a notary in Antwerp.He devoted his… … Wikipedia

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

oorsprong

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

oorsprong

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: