-
1 klasseren
1 [in een klasse onderbrengen; geordend opbergen] classerII 〈wederkerend werkwoord; zich klasseren〉1 [sport en spel] se classer♦voorbeelden:zich als eerste klasseren • se classer premier -
2 klasseren
1 [in een klasse onderbrengen, geordend opbergen] classifyII 〈wederkerend werkwoord; zich klasseren〉♦voorbeelden:zich als eerste klasseren • come first -
3 klasseren
-
4 zich als eerste klasseren
zich als eerste klasseren -
5 zich klasseren voor de finale
zich klasseren voor de finale -
6 zich als eerste klasseren
zich als eerste klasserenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich als eerste klasseren
-
7 zich klasseren voor de finale
zich klasseren voor de finaleVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich klasseren voor de finale
-
8 классифицировать
vgener. classificeren, klasseren, rangschikken -
9 разбивать на классы
vgener. klasseren -
10 разделять
vgener. delen, splitsen, klasseren, scheiden, verdelen (in-íà), verenkelen -
11 plaatsen
1 [algemeen] placer2 [techniek] poser4 [sport en spel][klasseren op een plaatsingslijst] classer♦voorbeelden:enkele schoolverlaters kunnen plaatsen • pouvoir placer quelques jeunes bacheliersiets (niet) kunnen plaatsen • 〈 ruimte〉 (ne) pouvoir caser qc.; 〈 begrijpen〉 (ne pas) comprendre qc.iemand niet kunnen plaatsen • 〈 niet herkennen〉 ne pas pouvoir se remettre qn.; 〈 niet kunnen inschatten〉 ne pas pouvoir situer qn.zich voor moeilijkheden geplaatst zien • se voir placé devant des difficultésII 〈wederkerend werkwoord; zich plaatsen〉1 [sport en spel] se qualifier♦voorbeelden: -
12 plaatsen
1 [een plaats geven aan, zetten, stellen] place ⇒ put, situate 〈 gebouw〉, put/set up 〈 machine〉, install 〈 machine〉2 [met betrekking tot geld] invest3 [in dienst nemen] employ ⇒ 〈 aan betrekking helpen〉 place, 〈 aan betrekking helpen〉 find a place/position for4 [een standplaats toewijzen] give a place (to)♦voorbeelden:een artikel plaatsen 〈 in krant〉 • print a(n) story/articleeen opmerking plaatsen • make a remarkeen telefoon plaatsen • put in/install a telephonein een inrichting plaatsen • put in an institutioneen kantoorgebouw naast een kerk plaatsen • situate an office building next to a churchnaast elkaar plaatsen • put/place next to one anotherde ladder tegen het schuurtje plaatsen • lean/put the ladder against the sheduit elkaar plaatsen • separateeen order plaatsen • place an orderII 〈wederkerend werkwoord; zich plaatsen〉1 [sport] qualify (for)♦voorbeelden:
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский