Перевод: с английского на все языки

со всех языков на английский

Со всех языков на:
Английский
С английского на:
Нидерландский

kaartspel

Толкование Перевод

21 piquet

n. piket (kaartspel)

piquet, picquet

[ pikket]

1 piket 〈 kaartspel〉

English-Dutch dictionary > piquet
22 poker

n. pook; poker ( kaartspel)

poker

[ pookə]

1 kachelpook ⇒ pook

2 poker 〈 kaartspel〉

English-Dutch dictionary > poker
23 pontoon

n. ponton (amphibische brug); banken (kaartspel)

pontoon

[ pontoe:n]

1 ponton ⇒ brugschip

2 schuit met platte bodem ⇒ praam

3 drijver 〈 van watervliegtuig〉

4 〈Brits-Engels; kaartspel〉 eenentwintigen

English-Dutch dictionary > pontoon
24 renege

v. een belofte niet nakomen

renege¹

[ rinnie:g, rinneeg] 〈 zelfstandig naamwoord〉〈 kaartspel〉

1 verzaking

————————

renege²

〈 werkwoord〉

1 een belofte verbreken

2 〈 kaartspel〉 verzaken

♦voorbeelden:

1 〈 informeel〉 renege on one's word • zijn woord breken

English-Dutch dictionary > renege
25 rummy

n. rummy (kaartspel)

rummy

[ rummie] 〈 kaartspel〉

1 rummy

English-Dutch dictionary > rummy
26 spade

n. spade, schop; schoppen (kaartspel)
--------
v. scheppen

spade¹

[ speed] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 spade ⇒ schop

2 〈voornamelijk meervoud; kaartspel〉 schoppen(s)

3 〈Amerikaans-Engels; slang; beledigend〉 nikker

♦voorbeelden:

2 the five of spades • schoppen vijf

¶ call a spade a spade • het beestje bij zijn naam noemen

————————

spade²

〈 werkwoord〉

1 (om)spitten

English-Dutch dictionary > spade
27 tarot

n. tarot (kaartspel gebruikt voor waarzegging)

tarot

[ tæroo] 〈 kaartspel〉

1 tarot ⇒ tarok

English-Dutch dictionary > tarot
28 whist

n. whist (kaartspel)

whist

[ wist]

1 whist 〈 kaartspel〉

English-Dutch dictionary > whist
29 meld

n. aankondiging (bij kaartspel)
--------
v. melden (bij een kaartspel)

English-Dutch dictionary > meld
30 ace

n. specialist; kampioen; aas (bij kaarten); begin slag zonder reactie (bij tennis)
--------
v. een ster zijn, de winner zijn; punt scoren door opslag die niet kan worden teruggespeeld

ace

[ ees]

1 〈 kaartspel〉 aas ⇒ één; 〈 figuurlijk〉 troef

2 〈 sport, voornamelijk tennis〉 ace

3 〈 informeel〉 aasje ⇒ ziertje, beetje

4 〈 informeel〉 uitber

5 〈 slang〉 dollarbiljet

♦voorbeelden:

1   ace of hearts • hartenaas

     〈 Brits-Engels〉 ace up one's sleeve • troef achter de hand

3   within an ace of death • de dood nabij

4   an ace at arithmetic • een hele piet in het rekenen

¶ have/hold all the aces • de touwtjes in handen hebben

English-Dutch dictionary > ace
31 auction

n. veiling
--------
v. verkoop bij veiling

auction¹

[ o:ksjn] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 veiling ⇒ verkoop bij opbod

2 〈 kaartspel〉 bieding ⇒ biedverloop

♦voorbeelden:

1   auction of an estate • veiling van een nalatenschap, boedelveiling

     sell by auction, put up for auction • veilen, verkopen bij opbod

————————

auction²

〈 werkwoord〉

1 veilen ⇒ verkopen bij opbod

♦voorbeelden:

1   auction off • bij opbod verkopen

English-Dutch dictionary > auction
32 baccarat

n. baccarat (kaartspel)

baccarat, baccara

[ bækəra:]

1 baccarat(spel)

English-Dutch dictionary > baccarat
33 banker

n. iemand die in een bank werkt; bankier; cassière; deler die de bank in het casino houdt; iemand die verantwoordelijk is voor de bank in een kaartspel; steviggebouwde houten of stenen werkbank gebruikt door beeldhouwers om hun werk te steunen tijdens het kerven of door steenhouwers gebruikt om hun werk te houwen; (Nieuw Zeeland en Australië) rivier die buiten zijn oevers treedt (Informeel)

banker

[ bængkə]

1 bankier

2 〈 kansspel〉 bankhouder

English-Dutch dictionary > banker
34 bid up

hoger bieden (bij een kaartspel)

bid up

opbieden

English-Dutch dictionary > bid up
35 bid

n. bod, prijsopgave, offerte
--------
v. zegenen, toewensen; een prijs voorstellen; verhandelen; bestellen

bid¹

[ bid] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 bod

2 prijsopgave ⇒ offerte

3 〈 kaartspel〉 bod ⇒ beurt (om te bieden)

4 poging 〈 om iets te verkrijgen〉 ⇒ gooi

♦voorbeelden:

1   make a bid at an auction for • op een veiling een bod doen op

3   raise the bid • het bod (in dezelfde kleur) verhogen

     no bid • pas

4   a bid for the presidency • een gooi naar het presidentschap

————————

bid²

〈werkwoord; bid [ bid], bid〉

1 bieden ⇒ een bod doen (van)

2 een prijsopgave indienen ⇒ een offerte inzenden

3 dingen

♦voorbeelden:

1   bid up • opbieden

3   bid for the public's favour • naar de gunst van het publiek dingen

————————

bid³

〈werkwoord; bade [bæd, beed]/bid, bid [ bid]/bidden [bidn]〉〈 formeel〉

1 bevelen ⇒ gelasten

2 heten ⇒ zeggen

3 (uit)nodigen

♦voorbeelden:

2   bid someone farewell • iemand vaarwel zeggen

     bid someone welcome • iemand welkom heten

English-Dutch dictionary > bid
36 biddable

adj. gezeglijk

biddable

[ biddəbl] 〈 biddably〉

1 inschikkelijk ⇒ volgzaam, mak

2 〈 kaartspel〉 biedbaar ⇒ waarmee geboden kan worden

English-Dutch dictionary > biddable
37 card game

kaartenspel

card game

1 kaartspel

English-Dutch dictionary > card game
38 card

n. kaart (ook in computers); (speel)kaart; anzichtskaart; (in computers) uitbreidingskaart; ponskaart; zeef
--------
n. kaartenvoorraad, hoeveelheid van stijf papier in verschillende dikte verkrijgbaar
--------
v. op kaartsysteem brengen, ficheren; schiften

card¹

[ ka:d] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 kaart

2 〈meervoud; werkwoord soms enkelvoud〉 kaartspel

3 〈meervoud; werkwoord soms enkelvoud; Brits-Engels; informeel〉 werknemerspapieren 〈 beheerd door de werkgever〉

4 programma 〈 in het bijzonder van sportwedstrijd〉

5 scorestaat/kaart 〈 bijvoorbeeld van cricket, golf〉

6 (wind)roos ⇒ kompasroos

7 〈 informeel〉 kwibus ⇒ vreemde snoeshaan

8 〈 informeel〉 grappenmaker

9 (wol)kaarde

♦voorbeelden:

1   house of cards • kaartenhuis

     card-carrying member • geregistreerd/stemgerechtigd lid 〈 bijvoorbeeld van politieke partij, vakbond, e.d.〉

     hold/keep/play one's cards close to one's/the chest • zich niet in de kaart laten kijken, terughoudend zijn

     leading card • troefkaart 〈 ook figuurlijk〉

     read (the) cards • de kaart leggen

2   play cards • kaarten

     win a fortune at cards • met kaarten een vermogen verdienen

3   ask for/be given one's cards • zijn ontslag nemen/krijgen

7   a cool card • een ijskoude

     queer card • rare kwibus

¶ the cards were in their hands • ze hadden alle troeven in handen

     have a card up one's sleeve • (nog) iets achter de hand/in petto hebben

     count (up)on one's cards • de toekomst vol vertrouwen tegemoet zien

     have all the cards • alle troeven in handen hebben

     he played his cards right/well • hij heeft zijn kansen goed benut

     put (all) one's cards on the table • open kaart spelen

     〈Brits-Engels; informeel〉 it's on the cards, 〈 Amerikaans-Engels〉it's in the cards • het zit er in

→ best best/, sure sure/, unlucky unlucky/

————————

card²

〈 werkwoord〉

1 kaarden 〈 wol〉

2 voorzien van een kaart

3 ficheren ⇒ op kaartsysteem brengen

English-Dutch dictionary > card
39 club

adj. van een club
--------
n. club; knots; sociëteit; klaver (bij kaartspel)
--------
v. knuppelen

club¹

[ klub] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 knuppel ⇒ knots

2 golfstok

3 klaveren 〈 één kaart〉

4 clubgebouw ⇒ clubhuis

5 〈 werkwoord enkelvoud of meervoud〉 club ⇒ sociëteit, vereniging

♦voorbeelden:

3 clubs are trumps • klaveren (zijn) troef

5 〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 ‘I've lost my money.’ ‘Join the club!’ • ‘Ik heb mijn geld verloren.’ ‘Jij ook al!’

¶ 〈 slang〉 in the club • in verwachting

————————

club²

〈 clubbed〉

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 een bijdrage leveren

♦voorbeelden:

¶ his friends clubbed together to buy a present • zijn vrienden hebben een potje gemaakt om een cadeautje te kopen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 knuppelen

English-Dutch dictionary > club
40 crib

n. wieg, babybed; trog; krat; kopie; diefstal; vertaling
--------
v. spieken, afkijken, jatten, overschrijven

crib¹

[ krib]

I 〈 telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 〈 voornamelijk Amerikaans-Engels〉 ledikantje ⇒ bedje, wieg

2 krib ⇒ voederbak, ruif

3 〈 voornamelijk Brits-Engels〉 kerststal

4 〈 Amerikaans-Engels〉maïsschuur/kist ⇒ voorraadschuurtje

5 〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉afgekeken antwoord/oplossing ⇒ spiekwerk, plagiaat

6 〈 informeel〉 spiekvertaling ⇒ spiekbriefje

♦voorbeelden:

¶ 〈 Brits-Engels〉 crack a crib • een kraak zetten, inbreken

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉〈 informeel〉

1 cribbage 〈 kaartspel〉

————————

crib²

〈 informeel〉

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 spieken ⇒ plagiaat plegen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 afkijken ⇒ overschrijven

2 jatten ⇒ pikken

English-Dutch dictionary > crib

Страницы

См. также в других словарях:

Liefde Is Een Kaartspel — Infobox ESC entry song = Liefde Is Een Kaartspel caption = year = 1996 country = Belgium artist = Lisa del Bo as = with = language = Dutch languages = composer = lyricist = conductor = place = 16th points = 22 place semi = points semi = lyrics =… … Wikipedia
La Voix Est Libre — Infobox ESC entry song = flagicon|Belgium La Voix Est Libre caption = year = 1995 country = Belgium artist = Frédéric Maeterlinck as = Frédéric Etherlinck with = language = French languages = composer = Pierre Theunis lyricist = Pierre Theunis… … Wikipedia
Lisa del Bo — Lisa del Bo, was born Reinhilde Goossens on the July 9 1961 in Bilzen, Belgium. She is a Belgian singer who is popular in her own country and also in Germany. Lisa del Bo is a Flemish singer who often sings in the Dutch language but has been… … Wikipedia
Lisa del Bo — Lisa del Bo, nacida Reinhilde Goossens (Mopertingen, municipalidad de Bilzen, Bélgica, 9 de junio de 1961), es una cantante belga popular en su país y en Alemania. Lisa del Bo canta en flamenco además de haber grabado canciones en otras lenguas.… … Wikipedia Español
Dis Oui — Infobox ESC entry song = flagicon|Belgium Dis Oui caption = year = 1998 country = Belgium artist = Mélanie Cohl as = with = language = French languages = composer = Philippe Swan lyricist = Philippe Swan conductor = place = 6th points = 122… … Wikipedia
ESC 1996 — Der 41. Eurovision Song Contest fand in Norwegen statt 41. Eurovision Song Contest … Deutsch Wikipedia
Eurovision Song Contest 1996 — 41. Eurovision Song Contest Datum 18. Mai 1996 Austragungsland Norwegen … Deutsch Wikipedia
Lisa del Bo — 2007. Lisa del Bo, bürgerlich: Reinhilde Goossens (* 9. Juni 1961 in Bilzen) ist eine belgische Sängerin. Inhaltsverzeichnis 1 Leben … Deutsch Wikipedia
Concours Eurovision De La Chanson 1996 — 41e Concours Eurovision de la chanson Finale 18 mai 1996 Présentateurs Ingvild Bryn Morten Harket Télédiffuseur hôte … Wikipédia en Français
Concours Eurovision de la chanson 1996 — 41e Concours Eurovision de la chanson Finale 18 mai 1996 Présentateurs Ingvild Bryn Morten Harket Télédiffuseur hôte NRK Lieu … Wikipédia en Français
Concours eurovision de la chanson 1996 — 41e Concours Eurovision de la chanson Finale 18 mai 1996 Présentateurs Ingvild Bryn Morten Harket Télédiffuseur hôte … Wikipédia en Français

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

kaartspel

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

kaartspel

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: