-
1 boos
7 [verderfelijk] evil, wicked, corrupt, depraved♦voorbeelden:in een boze bui • in a fit of angerboos kijken (naar iemand) • scowl (at someone)iemand boos maken • make someone angryje moet niet boos worden • don't be angryzich boos maken om iets • get angry about somethinghij is boos op zichzelf • he's angry at himselfboos worden op iemand • get angry at someonehet was geen boze opzet • there was no harm intendedboze tongen • evil tongues -
2 grimmig
♦voorbeelden:hij zag mij grimmig aan • he looked at me angrily -
3 laaiend
-
4 razend
2 [mateloos] terrific♦voorbeelden:dat is om razend van te worden • it's enough to drive you madrazend zijn om/over iets • be furious about somethingrazend zijn op iemand • be furious with someoneals een razende tekeergaan • rave like a madmanrazend snel, in razende vaart • at a terrific pace, at breakneck speedII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉
См. также в других словарях:
Schaf — 1. An skürw d Schep kan an hian Hokfal umstegh. (Nordfries.) Ein räudig Schaf kann eine ganze Hürde voll anstecken. 2. An suart Schep laat hör egh witi thau. (Nordfries.) 3. Annem nackte Schoffe ies nischte abzuscharen. – Robinson, 240; Gomolcke … Deutsches Sprichwörter-Lexikon