-
1 mien
mien1 [mjẽ]〈m.〉♦voorbeelden:————————mien2 [mjẽ],mienne [mjen]————————mien3 [mjẽ],mienne [mjen]1 (het, de) mijne -
2 meinige
-
3 toucher
toucher1 [toesĵee]〈m.〉♦voorbeelden:2 être doux, rude au toucher • zacht, ruw aanvoelen————————toucher2 [toesĵee]♦voorbeelden:1 n'y touche pas! • afblijven!sans avoir l'air d'y toucher, avec son, un air de ne pas y toucher • met een schijnheilig gezichtcet enfant touche à tout • dat kind komt, zit overal aantoucher à un sujet délicat • een teer onderwerp aanroerenne pas toucher à son capital • zijn kapitaal niet aansprekentoucher au but • het doel genaderd zijntoucher au port • de haven bereikenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanraken ⇒ betasten, voelen4 ontvangen ⇒ innen, incasseren8 vluchtig meedelen ⇒ bespreken, informeren♦voorbeelden:sa maison touche la mienne • zijn huis grenst aan het mijnetoucher qn. • met iemand in contact komenoù peut-on vous toucher? • waar kan men u bereiken?je l'ai touché par téléphone • ik heb telefonisch contact met hem gehadtoucher de près qn. • iemand direct aangaan1. m1) tastzin4) aanslag [muziek]5) digitaal onderzoek [medisch]2. v1) aanraken2) aanspreken, komen (aan)6) (be)spelen [muziek]7) bijten [vis]8) raken, treffen9) ontvangen, innen10) aangaan, betreffen12) bespreken, informeren -
4 mine
n. mijn; goudmijn; rijke bron (v. informatie)--------pron. mijn--------v. afbreken; (af)graven; mijnen leggenmine1[ majn] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————mine2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:————————mine3♦voorbeelden: -
5 gruva
1) het mijne2) de mijne -
6 mina
1) het mijne2) de mijne -
7 minera
1) het mijne2) de mijne -
8 Teil
Teil1〈m.; Teil(e)s, Teile〉♦voorbeelden:zum Teil • gedeeltelijk, ten delezum großen Teil • voor een groot, goed deel, grotendeels————————Teil2〈o.; Teil(e)s, Teile〉1 stuk, deel♦voorbeelden:1 ein gut Teil • een flinke portie, heel watdas obere Teil des Kleides • het bovenstuk van de jurk————————Teil3〈m. & o.; Teil(e)s, Teile〉♦voorbeelden:1 ein gut(er) Teil • een goed, groot deel〈 informeel〉 sein(en) Teil ab-, weghaben • (a) zijn portie gehad hebben; (b) ervan langs gekregen hebben • (c) eraan hebben moeten gelovensein(en) Teil zu etwas beisteuern • zijn deel, het zijne tot iets bijdragener wird sein(en) Teil schon noch bekommen • hij zal zijn portie (straf) nog wel krijgenich denke mir mein(en) Teil • ik denk er het mijne vanjemandem sein(en) Teil geben • (a) iemand zijn deel geven; 〈 (b) figuurlijk〉iemand zijn vet, portie gevensein(en) Teil zu tragen haben 〈 figuurlijk〉 • zijn deel, (aan) zijn lot te dragen hebbenzu gleichen Teilen • in gelijke, evenredige delenjeder half zu seinem Teil mit • iedereen droeg het zijne (ertoe) bij -
9 disagree
v. oneens zijn (met); van mening verschillen[ dissəgrie:]1 het oneens zijn ⇒ verschillen van mening, ruziën2 verschillen ⇒ niet kloppen, niet overeenkomen♦voorbeelden:disagree with someone about something • het oneens met iemand zijn over iets, een andere mening hebben over iets dan iemandhis account of the events disagrees with mine • zijn verslag van de gebeurtenissen komt niet overeen met het mijne→ disagree with disagree with/ -
10 denken
denken♦voorbeelden:〈 informeel〉 gedacht, getan • zo gezegd, zo gedaansolange ich denken kann • zo lang ik me kan herinneren〈 informeel〉 denkste! • dat had je gedacht!erst denken, dann handeln • bezint eer ge begint, eerst denken, dan doener denkt nur an seinen eigenen Vorteil • hij is alleen op eigen voordeel bedachtII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:♦voorbeelden:ich hätte es mir denken können • ik had het kunnen wetendenke dich in meine Lage! • verplaats je eens in mijn situatie! -
11 мне нужно знать об этом
nRussisch-Nederlands Universal Dictionary > мне нужно знать об этом
-
12 моё
adjgener. de, het mijne, mijn -
13 то, что принадлежит мне
predic.gener. de, het mijneRussisch-Nederlands Universal Dictionary > то, что принадлежит мне
-
14 his account of the events disagrees with mine
his account of the events disagrees with mineEnglish-Dutch dictionary > his account of the events disagrees with mine
-
15 his horse pulled up with/to mine
his horse pulled up with/to minezijn paard haalde het mijne bij/in -
16 pull up
naar voren gaan, vorderingen maken, vooruit gaan, ophalen; stoppen, stilhouden; uittrekken, uitrukken; omhoog halen; tot de orde roepenpull up1 naar voren gaan ⇒ vorderingen maken, bijhalen2 stoppen♦voorbeelden:1 his horse pulled up with/to mine • zijn paard haalde het mijne bij/inII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:2 this test pulled me up a little • deze test trok mijn cijfer enigszins op/omhoog -
17 sa maison touche la mienne
sa maison touche la mienneDictionnaire français-néerlandais > sa maison touche la mienne
-
18 ich denke mir mein Teil dabei
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > ich denke mir mein Teil dabei
-
19 ich denke mir meinen Teil
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > ich denke mir meinen Teil
-
20 mein
mein1♦voorbeelden:1 was mein ist, ist auch dein • wat van mij is, is ook van jou〈 formeel〉 die meinen, Meinen • de mijnen, mijn gezinMein und Dein nicht unterscheiden können, verwechseln • mijn en dijn door elkaar halen————————mein21 mijner, mij♦voorbeelden:vergiss mein nicht • vergeet mij niet
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Grammaire Néerlandaise — le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 … Wikipédia en Français
Grammaire neerlandaise — Grammaire néerlandaise le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 … Wikipédia en Français
Grammaire néerlandaise — le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 Het ou … Wikipédia en Français
Haus — 1. Alte Häuser haben trübe Fenster. Dän.: Gammelt huus haver dumme vinduer. (Prov. dan., 315.) 2. Alte Häuser leiden mehr als neue. Wenn diese nicht schon zusammenfallen, ehe sie fertig gebaut sind. 3. Alte Häuser streicht man an, wenn man sie… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Буазза, Хафид — Хафид Буазза Hafid Bouazza Дата рождения: 8 марта 1970(1970 03 08) (42 года) Место рождения: Уджда, Марокко Род деятельности: писатель … Википедия
Hand — 1. Alle Händ voll to dohne, seggt de ol Zahlmann1, on heft man êne. (Insterburg.) – Frischbier2, 1469. 1) Der Name eines Feldwächters in Insterburg. 2. Alten Händen hilft kein Nagelschminken. – Laus. Magazin, XXX, 251. Russisch Altmann V, 85. 3.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Kuh — 1. A Kü moalkat trog a Hols. (Nordfries.) – Johansen, 72. Die Kuh milcht durch den Hals. 2. A Kuh söüft â méa, ässe vertroa kô. (Henneberg.) Auch eine Kuh säuft wol mehr als sie vertragen kann. Mit Anwendung auf Säufer. 3. A Küh wal t egh wed,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Katze — 1. A Kât luckat efter a Könnang. (Nordfries.) – Johansen, 57. Eine Katze lugt, sieht nach einem Könige. 2. Ain katz vnd ain muz, zwen han in aim huz, ain alt man vnd ain iung wib belibent selten an kib. – Reinmar d.A., 1200. 3. Alle (alte) Katten … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Heu — 1. Alt Heu, alt Geld und alt Brot schützt vor vieler Noth. 2. Altes Heu ist schwer anzuzünden, aber noch schwerer zu löschen. 3. Besser Heu als Grummt. 4. Beschissens Hew vnd faules futter, faul Eyer vnd stinckend Butter. – Eyering, I, 186. 5.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Geld — 1. Ach, nun fällt mi all mîn klên Geld bî. (Brandenburg.) Ein Ausruf, der häufig erfolgt, wenn jemand durch irgendeinen Umstand an etwas erinnert wird, was er hätte thun sollen, aber bisher zu thun vergessen hat. 2. All wîr1 Geld, dat et Wîf nig… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Auge — 1. Ab Auge, ab Herz. (Luzern.) 2. Als das aug erfüllet, so ist dem bauch genug gethan. – Henisch, 152. 3. An den Augen sieht man, was einer ist und was er kann. 4. An den augen tevblein vnd in den hertzen tevflein. – Trymberg, Renner, um das Jahr … Deutsches Sprichwörter-Lexikon