-
1 clarté
clarté [klaartee]〈v.〉1 licht ⇒ lichtschijn(sel), glans, helderheid♦voorbeelden:f1) lichtschijn(sel), glans2) helderheid [water, glas]3) duidelijkheid, helderheid -
2 luminosité
-
3 clairvoyance
clairvoyance [klervwaajãs]〈v.〉1 helderheid (van geest) ⇒ scherpzinnigheid, scherpe blikfhelderheid (van geest), scherpe blik -
4 limpidité
-
5 netteté
netteté [nettee]〈v.〉♦voorbeelden:fhelderheid, duidelijkheid -
6 eau
eau [oo]〈v.〉♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 s'en aller, tourner en eau de boudin • als een nachtkaars uitgaan, op niets uitdraaien〈 figuurlijk〉 eau du ciel • hemelwater, regeneau de Javel • bleekwaterun point d'eau • een tappunteau de roche • bergwatereau de rose • rozenwatereau de Seltz • sodawatereau de toilette • reukwater, eau de toilettec'est de l'eau claire • dat zijn banaliteiteneau courante • stromend watereau dentifrice • mondwatereau grasse • afwaswatereau plate • tafelwater zonder prikeau potable • drinkwatereau rougie • water met een scheut rode wijneau salée • zout watereau souterraine • grondwatereau thermale • water van warmwaterbronnenen disant cela, tu apportes de l'eau à son moulin • wat je daar zegt is koren op zijn molenen avoir l'eau à la bouche • ervan watertandenn'avoir pas inventé l'eau chaude • het buskruit niet hebben uitgevondenil coulera, passera de l'eau sous le(s) pont(s) • er zal nog veel water door de Rijn stromencuire qc. à l'eau • iets kokenêtre comme l'eau et le feu • water en vuur zijnêtre à l'eau, être dans l'eau • in het honderd gelopen zijnfaire venir l'eau à la bouche de qn. • iemand het water in de mond doen lopense jeter à l'eau • in het water springen 〈ook m.b.t. zelfmoord〉; 〈 figuurlijk〉 de sprong (in het duister) wagense jeter à l'eau de peur de la pluie • van de regen in de drup komenmettre l'eau à la bouche • doen watertandenpasser l'eau • het water overstekenporter de l'eau à la mer, à la rivière • water naar de zee dragen, uilen naar Athene dragentâter l'eau • z'n voelhoorns uitstekenaller à l'eau • het water ingaanaller sur l'eau • een boottochtje makenaller aux eaux, prendre les eaux • gaan kurenl'eau d'une perle • de helderheid van een parelbasses eaux • laagwatergrandes eaux • waterpartijenhautes eaux • hoogwatereaux industrielles • industrieel afvalwatereaux mortes • dood tijeaux résiduaires, usées • afvalwaternager entre deux eaux • de kool en de geit sparen, beide partijen te vriend houden1. f 2. eauxf pl1) kielwater2) vruchtwater3) kuur(oord)4) waterwerken [park] -
7 propreté
-
8 pureté
-
9 sérénité
sérénité [seereenietee]〈v.〉2 rust ⇒ kalmte, onbewogenheid♦voorbeelden:f1) sereniteit2) rust, kalmte -
10 transparence
-
11 visibilité
visibilité [vieziebielietee]〈v.〉♦voorbeelden:fzichtbaarheid, zicht -
12 l'eau d'une perle
l'eau d'une perle -
13 lucidité
lucidité [luusiedietee]〈v.〉1 helderheid ⇒ scherpheid, scherpzinnigheid♦voorbeelden:1 il a gardé sa lucidité • hij is helder gebleven, hij heeft zijn hoofd koel gehouden -
14 luminance
См. также в других словарях:
Cretien van Campen — (photo by Herman Zonderland, 2008) Born January 24, 1963 … Wikipedia