-
1 geef mij er eentje
geef mij er eentje -
2 geef mij er eentje
geef mij er eentjegive me one (of those/them)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geef mij er eentje
-
3 geef mij er eentje
гл.общ. дай-ка мне один (кусок, стакан и т.п.) -
4 eentje
-
5 eentje
eentje1〈 het〉————————eentje21 [een van de genoemde soort] one2 [+ in/op zijn] [alleen] (by) oneself, (on) one's own♦voorbeelden:1 geef mij er eentje • give me one (of those/them)neem er nog eentje • have another (one/glass)ben je er zo eentje? • you're one of those, are you?er eentje te veel op hebben • have had one too many -
6 eentje
в одиночку; единолично* * *ogeef mij er eéntje — дай-ка мне один кусочек (или какой-л. предмет)
in [op] zijn eéntje — в одиночку
* * *сущ. -
7 дай-ка мне один
vgener. geef mij er eentje (кусок, стакан и т.п.)
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский