-
1 bewaken
garder, protéger -
2 de wacht hebben
garder, protéger -
3 hoeden
garder, protéger -
4 waken over
garder, protéger -
5 houden
1 [algemeen] garder2 [vasthouden; niet laten vallen] tenir3 [geven] donner4 [tot stand brengen] faire5 [beheren] exploiter6 [+ voor][achten] prendre (pour)♦voorbeelden:de blik op iets gericht houden • fixer qc.zijn kleur houden • garder sa couleurzijn waarde houden • garder sa valeurdie melk kun je niet zo lang goed houden • ce lait ne se conserve pas longtempsje mag het houden • tu peux le garderlaten we het daar maar op houden, daarbij houden • restons-en làiemand eronder houden • tenir la bride haute à qn.het bij frisdrank houden • s'en tenir aux boissons non alcooliséeswe houden het op de 15e • d'accord pour le 15!iets voor zichzelf houden • garder qc. pour soi〈 figuurlijk〉 iets vóór zich houden • garder qc. pour soiiets erop na houden • avoir qc.(personen of zaken) niet (goed) uit elkaar kunnen houden • confondre (des gens ou des choses)twee zaken uit elkaar houden • faire la différence entre deux choses→ link=bruiloft bruiloft2 houd de dief! • au voleur!kun je mij wel houden? • tu me tiens?iemand bij de hand houden • tenir qn. par la mainmen houdt hem voor een expert • on le tient pour un expertik houd het voor bewezen • je considère cela comme un fait acquis1 [+ van][liefhebben] aimer2 [niet loslaten] tenir (bien)3 [het niet begeven] être solide♦voorbeelden:wij houden van elkaar • nous nous aimonsniet van dansen houden • ne pas aimer danserIII 〈wederkerend werkwoord; zich houden〉1 [+ aan][niet afwijken van] s'en tenir (à)3 [schijn aannemen] faire semblant d'être♦voorbeelden:hij kon zich niet langer goed houden • 〈 verdriet〉 il ne pouvait s'empêcher de pleurer; 〈 plezier〉 il ne pouvait s'empêcher de rirehoud je goed, taai! • tiens bon! -
6 ophouden
1 [eindigen] arrêter♦voorbeelden:ophouden met roken • arrêter de fumerzonder ophouden • sans cesseniet van ophouden weten • ne pas savoir s'arrêterhou op! • arrête!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [omhooghouden] tendre2 [verdedigen] garder3 [tegenhouden] retenir4 [beletten verder te gaan] retarder5 [op het hoofd houden] garder♦voorbeelden:zijn stand ophouden • garder son rangiemand niet langer ophouden • ne pas retarder plus longtemps qn.ik werd opgehouden • j'ai été retenu→ link=schijn schijnIII 〈wederkerend werkwoord; zich ophouden〉1 [verblijven] séjourner2 [+ met][zich bezighouden met] s'occuper (de)♦voorbeelden:2 met hem houd ik mij niet op • lui, je ne le fréquente pas -
7 aanhouden
1 [tegenhouden] arrêter2 [bij zich houden; aan het lijf houden] garder3 [uitstellen] ajourner4 [laten voortduren] prolonger5 [aan de gang houden] laisser allumé♦voorbeelden:een verdachte aanhouden • arrêter un suspecteen krant aanhouden • rester abonné à un journalpersoneel aanhouden • garder du personnel1 [volhouden] persister2 [voortduren] continuer3 [+ op] se diriger (vers)♦voorbeelden:dat zal nog wel even aanhouden • ce ne sera pas pour demain3 rechts aanhouden • appuyer sur la, à droite -
8 ophouden
-
9 binnenhouden
1 [binnenshuis houden] tenir à l'intérieur♦voorbeelden: -
10 blijven
♦voorbeelden:dat kan niet zo blijven • cela ne peut durer ainsiblijven staan • 〈 niet gaan zitten〉 rester debout; 〈 stilhouden〉 s'arrêter; 〈 niet omvallen〉 tenir tout seulblijven steken • 〈m.b.t. iemand〉 être bloqué; 〈m.b.t. iemands betoog〉 avoir perdu le fil de ses idées; 〈m.b.t. iets〉 rester en plan; 〈m.b.t. machine〉 être tombée en panneik blijf werken • je continue à travaillerwaar blijft de tijd! • comme le temps passe!achterwege blijven • ne pas avoir lieudaarbij blijft het • on en reste(ra) làniet lang blijven • ne faire que passerblijf maar! • ne vous dérangez pas!waar blijf je toch? • mais où es-tu donc?waar blijf je nou met je bewijzen? • où sont-elles, tes fameuses preuves?waar zijn wij gebleven? • où en sommes-nous restés?waar is mijn portemonnee gebleven? • où est passé mon portemonnaie?bij iets blijven • maintenir qc.laat dit onder ons blijven • que cela reste entre nousblijf van mijn lijf! • bas les pattes!¶ ergens in blijven • mourir subitement de qc.je kunt aan het verbieden blijven • cela ne sert à rien d'interdireII 〈 koppelwerkwoord〉1 [niet ophouden te zijn] rester♦voorbeelden:anoniem blijven • garder l'anonymatbeleefd blijven • rester poligezond blijven • rester en bonne santéniet goed blijven • se gâter -
11 geheim
geheim1〈 het〉♦voorbeelden:in diep geheim • en grand mystèrehet diepste geheim over iets bewaren • garder le plus grand secret sur qc.dat is een publiek geheim • c'est le secret de Polichinellegeen geheimen hebben voor iemand • ne pas avoir de secrets pour qn.een geheim kunnen bewaren • savoir garder un secrethij maakt er geen geheim van • il ne s'en cache pasergens een geheim van maken • faire (grand) mystère de qc.hij verstond het geheim om met dieren om te gaan • il savait comment s'y prendre avec les animauxin het geheim • en secret————————geheim21 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 secret 〈v.: secrète〉 ⇒ 〈 mysterieus〉 mystérieux 〈v.: mystérieuse〉 ⇒ 〈 clandestien〉 clandestin 〈 bijwoord〉 secrètement ⇒ 〈 mysterieus〉 en grand mystère♦voorbeelden:geheime krachten • forces mystérieuseseen geheime la in een secretaire • le tiroir secret d'un secrétaireeen geheim slot • une serrure à secreteen geheime speelbank • un casino clandestinhij doet er erg geheim over • il en fait grand mystèredie zaak moet geheim blijven • cette affaire doit rester secrètealles ging geheim in zijn werk • tout se fit dans le plus grand secret -
12 hoeden
1 [(vee) bewaken] garder♦voorbeelden:II 〈wederkerend werkwoord; zich hoeden〉1 [+ voor][zich in acht nemen] faire attention (à)♦voorbeelden: -
13 oog
♦voorbeelden:het oog van de naald • le chas de l'aiguillemet andere ogen bekijken • voir (qc.) d'un autre oeileen blauw oog • un oeil au beurre noiriemand een blauw oog slaan • pocher un oeil à qn.(niet zichtbaar) met het blote, ongewapend oog • (imperceptible) à l'oeil nuhet boze oog • le mauvais oeilbruine ogen hebben • avoir les yeux marrondat is niet met droge ogen aan te zien • 〈 zonder tranen〉 on ne peut s'empêcher de pleurer; 〈 ongeroerd〉 c'est à faire pleurer les pierreseen glazen oog • un oeil de verregrote ogen opzetten • ouvrir de grands yeuxzijn ogen zijn groter dan zijn buik, maag • il a les yeux plus grands que le ventreiets met lede ogen aanzien • voir qc. d'un mauvais oeileen lui oog • un oeil paresseuxeen open oog voor iets hebben • être sensible à qc.geen oog dichtdoen • ne pas fermer l'oeilzijn ogen gebruiken • ouvrir l'oeilzijn ogen niet geloven, vertrouwen • ne pas en croire ses yeuxogen hebben van voren en van achteren • avoir des yeux derrière la têteoog hebben voor • avoir l'oeil pourzijn ogen in zijn zak hebben • avoir les yeux dans sa pochealleen oog hebben voor • n'avoir d'yeux que pourzij maakt haar ogen op • elle se fait les yeuxiemand de ogen openen • ouvrir les yeux à qn.de ogen openhouden • garder les yeux ouvertszich de ogen uit het hoofd schamen • mourir de hontehaar ogen schieten vuur • ses yeux lancent des éclairsde ogen ten hemel slaan • lever les yeux au ciel〈 figuurlijk〉 de ogen sluiten voor iets • fermer les yeux sur qc.zijn ogen uitkijken (aan iets) • ne pas détacher les yeux (de qc.)iemand de ogen uitkrabben • arracher les yeux à qn.iemand de ogen uitsteken • faire mourir qn. d'envieiemand de ogen uitsteken met zijn luxe • écraser qn. de son luxe〈 figuurlijk〉 iemand de ogen verblinden • éblouir qn.door iemands ogen zien • voir par les yeux de qn.door het oog van de naald kruipen • l'échapper belleoog in oog staan met • se trouver nez à nez avecheb je geen ogen in je hoofd? • tu n'as pas les yeux en face des trous?iemand recht in de ogen zien, kijken • regarder qn. en facemet de ogen spreken • avoir des yeux expressifsmet de ogen knipperen • cligner des yeuxiemand iets onder vier ogen zeggen • dire qc. à qn. entre quatre yeuxeen gesprek onder vier ogen • un tête-à-têteuit zijn ogen zien • 〈 opletten〉 ouvrir l'oeil (et le bon); 〈 op zijn hoede zijn〉 être sur le qui-vivevoor iemands ogen • sous les yeux (de qn.)groen en geel voor de ogen worden • être pris de vertigehet schemert mij voor de ogen • j'ai la vue troublezijn ogen aan iets te goed doen • repaître ses yeux de qc.zijn ogen uit zijn hoofd kijken • se repaître de, à la vue de (qc.)zijn ogen goed de kost geven • 〈 ironisch〉 ne pas avoir les yeux dans sa poche; 〈vooral m.b.t. mooie vrouwen〉 se rincer l'oeil〈 spreekwoord〉 oog om oog, tand om tand • oeil pour oeil, dent pour dent2 met een half oog iets zien • entrevoir qc.schele, scheve ogen maken, geven • faire des jalouxiemand met schele ogen aankijken • être jaloux de qn.het oog over iets laten gaan • promener son regard sur qc.〈 figuurlijk〉 het oog op iets laten vallen • avoir des desseins sur qc.zover het oog reikt • à perte de vue〈 figuurlijk〉 het oog slaan, laten vallen op iemand • jeter son dévolu sur qn.het oog treffen • frapper les yeuxaan het oog ontsnappen • se dérober à la vueiets aan het oog onttrekken • masquer qc. à la vuein het oog lopen • se faire remarquerin het oog lopend, vallend • manifestein het oog springen, vallen • sauter aux yeuxmet de ogen verslinden • dévorer (qn., qc.) des yeuxiets (de werkelijkheid) onder ogen zien • regarder qc. (les choses) en facede dood onder ogen zien • envisager la mortonder iemands ogen komen • se présenter devant qn.iets niet onder ogen willen zien • se mentir à soi-mêmeiets onder ogen hebben • avoir qc. sous les yeuxiemand iets onder het oog brengen • 〈 op iets wijzen〉 faire observer qc. à qn.; 〈 aan het verstand brengen〉 essayer de faire comprendre qc. à qn.op het oog • à première vuezo op het oog • à vue d'oeiliemand, iets op het oog hebben • avoir qn., qc. en vueuit het oog raken • disparaître (aux yeux)iets, iemand uit het oog verliezen • perdre qc., qn. de vue(ga) uit mijn ogen! • hors de ma vue!iets voor ogen stellen • 〈 doen zien〉 représenter qc.; 〈 een voorstelling hebben〉 se représenter qc.〈 figuurlijk〉 iets voor ogen houden • garder qc. à l'esprit〈 figuurlijk〉 iemand voor ogen staan • être présent à l'esprit de qn.〈 spreekwoord〉 uit het oog, uit het hart • loin des yeux, loin du coeurhij wierp, gooide zes ogen • il a jeté un six¶ in hun ogen betekent hij niet veel • à leurs yeux, il a peu de valeurmet het oog op • en vue demet het oog hierop • à cet effetiemand naar de ogen zien • ramper devant qn. -
14 passen
1 [nauwkeurig sluiten] aller (bien)2 [+ bij][overeenstemmen] aller ensemble (avec)3 [toepasselijk zijn; schikken; gepast zijn] convenir4 [+ op][ervoor waken] s'occuper (de qn., qc.)5 [kaartspel] passer♦voorbeelden:de sleutel past niet goed in het slot • la clé ne rentre pas dans la serrurein elkaar passen • s'emboîterdat past niet in zijn denkwijze • cela ne cadre pas avec ses idéesde leiding past goed op de kraan • le tuyau est bien ajusté au robineteen stel dat slecht bij elkaar past • un couple mal assortidat past niet bij je leeftijd • ce n'est pas de ton âgedat past niet in de doos • ça n'entre pas dans la boîtedit past een man van wetenschap niet • ce n'est pas digne d'un homme de sciencedie taal past niet in de mond van kinderen • ce langage est déplacé dans la bouche d'un enfanthij past niet in deze omgeving • il détonne dans ce milieuwanneer past het u dat ik eens kom? • quand cela vous arrangerait-il que je passe vous voir?op de kinderen passen • garder les enfantsop zijn zaken passen • veiller à la bonne marche de ses affairesop het huis passen • garder la maisonzou je even op mijn spullen willen passen? • tu veux bien surveiller mes affaires un instant?ik pas • je passe→ link=tel telII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [nauwkeurig meten] mesurer (qc.) (avec précision)2 [precies genoeg betalen] faire l'appoint3 [juist plaatsen] ajuster4 [kijken of het goed zit] essayer♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 met veel passen en meten kwamen we eruit • cela n'est pas allé tout seul, mais nous y sommes arrivésdat is precies gepast • le compte y esthebt u het niet gepast? • vous n'avez pas la monnaie? -
15 thuishouden
-
16 zijn stand ophouden
-
17 aanhouden
-
18 behoeden
wwpréserver (de), garder -
19 bewaken
wwsurveiller, garder -
20 bewaren
wwgarder, conserver
См. также в других словарях:
garder — [ garde ] v. tr. <conjug. : 1> • 1050; germ. °wardôn;cf. all. warten « veiller, prendre garde » I ♦ 1 ♦ Prendre soin de (une personne, un animal). ⇒ veiller (sur); surveiller. Garder des bêtes, un troupeau (⇒ berger, gardeur, gardien) .… … Encyclopédie Universelle
garder — GARDER. v. a. Conserver, tenir une chose en lieu propre & commode pour empescher qu elle ne se perde, qu elle ne se gaste &c. Garder des pierreries. garder de l argent. c est un homme qui ne sçauroit rien garder. garder du vin. garder de la… … Dictionnaire de l'Académie française
garder — Garder, Asseruare, Conseruare, Custodire, Protegere, Tueri. Ceux qui gardent aucun, Custodiae custodiarum. Qui n est point gardé, Incustoditus. Garder les bestes és champs, Pascere. Garder, Vetustati mandare. B. Garder en ses escrits la diversité … Thresor de la langue françoyse
Garder — er betegnelsen for en soldat i garden … Danske encyklopædi
garder — (gar dé) v. n. 1° Prendre garde, avoir soin qu une chose soit évitée. • À ces honteux moyens gardez de recourir, CORN. Rodog. III, 2. • Mon Dieu, Éraste, gardons d être surpris ; je tremble qu on ne nous voie ensemble, MOL. M. de Pourc. I,… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
GARDER — v. a. Conserver une chose, l empêcher de se perdre, de se gâter, etc. Ce vin là est si délicat, qu on ne pourra le garder. Dans les chaleurs on ne peut garder la viande, la viande ne peut pas se garder. Il signifie aussi, Retenir quelque chose … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
GARDER — v. tr. Empêcher qu’une chose ne se perde, ne se gâte, ne disparaisse. On ne peut pas garder plus longtemps ce gibier, il faut le manger. Ce vin ne se gardera pas. Gardez soigneusement ces papiers, ils pourront vous être utiles. En parlant des… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
garder — vt. ; tenir, conserver ; réserver : GARDÂ (Aillon J., Aillon V.273, Aix.017, Albanais.001, Annecy.003, Arvillard.228, Bellecombe Bauges, Billième, Bogève, Chambéry.025, Chamonix, Compôte Bauges, Cordon.083, Doucy Bauges, Giettaz, Marthod, Megève … Dictionnaire Français-Savoyard
Garder See (Lohmen) — Garder See Garder See vom Nordufer aus gesehen Geographische Lage Landkreis Rostock Zuflüsse Bresenitz, Bollbach und d … Deutsch Wikipedia
Garder la tête haute — Données clés Réalisation Martine Gonthié Sociétés de production Vivement lundi ! Pays d’origine France … Wikipédia en Français
Garder la bouche cousue, rester bouche cousue — ● Garder la bouche cousue, rester bouche cousue garder le silence, se taire … Encyclopédie Universelle