-
1 exploiteren
exploiter -
2 uitbuiten
exploiter -
3 uitmelken
exploiter -
4 gebruiken
2 [nuttigen] prendre♦voorbeelden:1 iemands hulp gebruiken • mettre qn. à contributiondeze kamer gebruiken we niet • nous n'utilisons pas cette pièceslaapmiddelen gebruiken • prendre des somnifèresik kan het goed gebruiken • cela me sera très utilede koopman vroeg ons of we niets konden gebruiken • le marchand nous demanda si nous n'avions besoin de rienzich voor alles laten gebruiken • se faire exploiterzich gebruikt voelen • se sentir exploitéhij weet zijn handen te gebruiken • il est très adroit de ses mainsiemand weten te gebruiken • exploiter les qualités de qn.dit woord wordt niet meer gebruikt • ce mot ne s'emploie plusgebruiken wat voor handen is • se débrouiller avec les moyens du bordgebruikt u suiker in de thee? • prenez-vous du sucre dans votre thé?wilt u iets gebruiken? • voulez-vous prendre qc.?iets gebruiken op het terras • consommer qc. à la terrasse1 [harddrugs innemen] se droguer -
5 benutter
n. exploiter, one who utilizes for profit, one who exploits people or resources -
6 uitgebuiter
n. exploiter -
7 exploiteren
ww -
8 houden
1. ww1) garder2) tenir3) donner4) faire5) exploiter7) aimer8) tenir (bien)9) être solide2. zich houdenww2) rester, se tenir -
9 uitbuiten
ww -
10 eruit halen wat erin zit
eruit halen wat erin zit〈 het uiterste vergen〉 tirer le maximum de qc.; 〈 maximaal van iets gebruik maken〉 profiter au maximum de qc.————————eruit halen wat erin zit -
11 exploiteren
-
12 houden
1 [algemeen] garder2 [vasthouden; niet laten vallen] tenir3 [geven] donner4 [tot stand brengen] faire5 [beheren] exploiter6 [+ voor][achten] prendre (pour)♦voorbeelden:de blik op iets gericht houden • fixer qc.zijn kleur houden • garder sa couleurzijn waarde houden • garder sa valeurdie melk kun je niet zo lang goed houden • ce lait ne se conserve pas longtempsje mag het houden • tu peux le garderlaten we het daar maar op houden, daarbij houden • restons-en làiemand eronder houden • tenir la bride haute à qn.het bij frisdrank houden • s'en tenir aux boissons non alcooliséeswe houden het op de 15e • d'accord pour le 15!iets voor zichzelf houden • garder qc. pour soi〈 figuurlijk〉 iets vóór zich houden • garder qc. pour soiiets erop na houden • avoir qc.(personen of zaken) niet (goed) uit elkaar kunnen houden • confondre (des gens ou des choses)twee zaken uit elkaar houden • faire la différence entre deux choses→ link=bruiloft bruiloft2 houd de dief! • au voleur!kun je mij wel houden? • tu me tiens?iemand bij de hand houden • tenir qn. par la mainmen houdt hem voor een expert • on le tient pour un expertik houd het voor bewezen • je considère cela comme un fait acquis1 [+ van][liefhebben] aimer2 [niet loslaten] tenir (bien)3 [het niet begeven] être solide♦voorbeelden:wij houden van elkaar • nous nous aimonsniet van dansen houden • ne pas aimer danserIII 〈wederkerend werkwoord; zich houden〉1 [+ aan][niet afwijken van] s'en tenir (à)3 [schijn aannemen] faire semblant d'être♦voorbeelden:hij kon zich niet langer goed houden • 〈 verdriet〉 il ne pouvait s'empêcher de pleurer; 〈 plezier〉 il ne pouvait s'empêcher de rirehoud je goed, taai! • tiens bon! -
13 iemand weten te gebruiken
iemand weten te gebruikenexploiter les qualités de qn. -
14 met (zijn) talent woekeren
met (zijn) talent woekeren -
15 met de ruimte woekeren
met de ruimte woekeren -
16 misbruik maken van iemand
misbruik maken van iemandexploiter qn. -
17 misbruik
♦voorbeelden:van iemands goedheid misbruik maken • abuser de la bonté de qn.misbruik maken van zijn macht • commettre un abus de pouvoirmisbruik maken van iemand • exploiter qn.misbruik wordt gestraft • les abus seront punis -
18 ontginnen
-
19 productief maken
productief maken -
20 productief
- 1
- 2
См. также в других словарях:
exploiter — [ ɛksplwate ] v. <conjug. : 1> • XIIIe; espleitier 1080; lat. pop. °explicitare « accomplir » puis « faire valoir » I ♦ V. tr. 1 ♦ Faire valoir (une chose); tirer parti de (une chose), en vue d une production ou dans un but lucratif. « Je… … Encyclopédie Universelle
exploiter — Exploiter. v. n. Faire quelque exploit. En ce sens on ne le dit qu en raillerie. Vrayement vous avez bien exploité. c est bien exploité que d avoir .... Il signifie aussi, Faire les actes que doit faire un Sergent. Ce Sergent exploite bien. les… … Dictionnaire de l'Académie française
exploiter — (èk sploi té) v. a. 1° Terme d agriculture et d industrie. Faire valoir, tirer le produit. Exploiter une ferme, un chemin de fer, une papeterie, un journal, un brevet, un théâtre. • Dans une habitation établie sur un bon sol et suffisamment… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
EXPLOITER — v. n. Faire quelque exploit. Dans cette acception, qui a vieilli, il ne se dit que par plaisanterie. Vraiment vous avez bien exploité. Il signifie ordinairement, Faire et donner des exploits en qualité d huissier. Cet huissier exploite bien.… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
EXPLOITER — v. tr. Faire valoir une chose, en tirer le profit du produit. Exploiter une ferme, une métairie. Exploiter un chemin de fer. Exploiter un brevet. Exploiter une mine. Exploiter des bois, Abattre, façonner et débiter les bois dans une forêt. Sitôt… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
exploiter — 1. noun One who exploits. 2. verb To make use of. Not only must she receive unheard of personal favours [...], but she must immediately write about them and exploiter them professionally … Wiktionary
Exploiter — BERNANOS (Georges) Bio express : Écrivain français (1888 1948) «Les vrais ennemis de la société ne sont pas ceux qu elle exploite ou tyrannise, ce sont ceux qu elle humilie.» Source : Nous autres Français Mot(s) clé(s) :… … Dictionnaire des citations politiques
exploiter — vt. , gérer, diriger, prendre en main, assumer la direction de, (une entreprise, une ferme) : fâre <faire> (Arvillard.228, Saxel.002) / fére (Albanais.001) exploiter alâ <aller> (001,002,228) // valai <valoir> // vrî // tornâ… … Dictionnaire Français-Savoyard
exploiter — exploit ► VERB 1) make good use of (a resource). 2) make use of unfairly; benefit unjustly from the work of. ► NOUN ▪ a bold or daring feat. DERIVATIVES exploitable adjective exploitation noun exploitative adjective … English terms dictionary
exploiter — noun see exploit II … New Collegiate Dictionary
exploiter — See exploitability. * * * … Universalium