-
61 dieptelijn
-
62 diepteonderzoek
1 in-depth investigation/inquiryVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > diepteonderzoek
-
63 dieptepsychologie
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dieptepsychologie
-
64 dieptewerking
2 [in de diepte gaande werking] (downward) penetration, penetrative effect -
65 diepzinnigheid
-
66 doorspreken
-
67 een diepgaand onderzoek
een diepgaand onderzoekVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een diepgaand onderzoek
-
68 een schilderij zonder diepte
een schilderij zonder diepteVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een schilderij zonder diepte
-
69 een verschuiving op twintig meter diepte
een verschuiving op twintig meter diepteVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een verschuiving op twintig meter diepte
-
70 holte
-
71 iets diepgaand onderzoeken
iets diepgaand onderzoekenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets diepgaand onderzoeken
-
72 innigheid
-
73 op een diepte van honderd meter
op een diepte van honderd meterVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een diepte van honderd meter
-
74 peilen
1 [hoogte/diepte bepalen] sound 〈 zee, vijver, haven〉; fathom 〈 diepte van water〉; gauge 〈 inhoud van vat〉♦voorbeelden:3 ik zal Bernard even peilen, kijken wat die ervan vindt • I'll sound Bernhard out, see what he thinks -
75 psychologie
♦voorbeelden:de psychologie van het onderbewuste • depth psychologyde psychologie van een roman • the psychology of a novelanalytische psychologie • analytic psychologyInstituut voor Toegepaste Psychologie • Institute of Applied Psychologypsychologie studeren • study psychologyuit de psychologie kennen we het begrip … • psychology has given us the concept of … -
76 uitdiepen
-
77 uitdieping
-
78 vaardiepte
-
79 verdiepen
I 〈wederkerend werkwoord; zich verdiepen〉1 [zich overgeven aan] go (deeply) into ⇒ be absorbed/engrossed/wrapped up in♦voorbeelden:verdiept zijn in • be engrossed/absorbed inII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [dieper maken] deepen2 [figuurlijk] deepen, broaden♦voorbeelden: -
80 verdieping
2 [het verdiepen] deepening3 [het zich verdiepen] going (deeply) into♦voorbeelden:1 een huis met drie/zes verdiepingen • a three-/six-storeyed houseop de eerste/tweede verdieping • on the first/second floor, Aon the second/third floor
См. также в других словарях:
depth — [ depθ ] noun *** ▸ 1 distance through something ▸ 2 hidden qualities/ideas ▸ 3 information/importance ▸ 4 bright quality of color ▸ 5 not looking flat ▸ 6 when sound is low ▸ 7 deepest parts of ocean ▸ + PHRASES 1. ) count or uncount the… … Usage of the words and phrases in modern English
depth — W3S3 [depθ] n [Date: 1300 1400; Origin: deep] 1.) [C usually singular, U] a) the distance from the top surface of something such as a river or hole to the bottom of it →↑deep ▪ a sea with an average depth of 35 metres to/at a depth of sth ▪ The… … Dictionary of contemporary English
Depth — (s[e^]pth), n. [From {Deep}; akin to D. diepte, Icel. d[=y]pt, d[=y]p[eth], Goth. diupi[thorn]a.] 1. The quality of being deep; deepness; perpendicular measurement downward from the surface, or horizontal measurement backward from the front; as,… … The Collaborative International Dictionary of English
Depth — Depth(s) may refer to: Depth (ring theory), an important invariant of rings and modules in commutative and homological algebra Depth in a well, the measurement between two points in an oil well Color depth (or number of bits or bit depth ) in… … Wikipedia
depth — [depth] n. [ME depthe < dep: see DEEP & TH1] 1. a) the distance from the top downward, from the surface inward, or from front to back b) perspective, as in a painting 2. the quality or condition of being deep; deepness; specif … English World dictionary
depth — depth; depth·ing; depth·less; depth·om·e·ter; … English syllables
depth — ► NOUN 1) the distance from the top down, from the surface inwards, or from front to back. 2) complexity and profundity of thought: the book has unexpected depth. 3) comprehensiveness of study or detail. 4) creditable intensity of emotion. 5)… … English terms dictionary
depth — [n1] distance down or across base, bottom, declination, deepness, draft, drop, expanse, extent, fathomage, intensity, lower register, lowness, measure, measurement, pit, pitch, profoundness, profundity, remoteness, sounding; concepts 737,790 Ant … New thesaurus
depth — index caliber (mental capacity), sense (intelligence) Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
depth — late 14c., apparently formed in M.E. on model of length, breadth; from O.E. deop deep (see DEEP (Cf. deep)) + TH (Cf. th). Replaced older deopnes deepness. Though the English word is relatively recent, the formation is in P.Gmc., *deupitho , and… … Etymology dictionary
depth — noun 1 distance from top to bottom or from back to front; deep part of sth ADJECTIVE ▪ considerable, great ▪ species that live at considerable depth ▪ They go down to great depths below the surface. ▪ maximum … Collocations dictionary