-
1 ouderwert
adj. demode -
2 verouderd
adj. out of date, outdated, outworn, dated, outmoded, demode, old fashioned, antiquated, archaic, obsolete, engrained, exploded, worm eaten, musty, dowdy, dowdyish -
3 ouderwets
-
4 dat is uit de mode
dat is uit de mode -
5 mode
♦voorbeelden:de mode volgen • suivre la modedat komt weer in de mode • cela revient à la modein de mode raken • devenir à la modeeen zaak in modes • un magasin de modedat is uit de mode • c'est démodéuit de mode raken • se démoder -
6 ouderwets
1 [niet meer in gebruik, in de mode] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 vieux jeu 〈 onveranderlijk〉⇒ démodé 〈 bijwoord〉 comme dans le temps♦voorbeelden:hopeloos ouderwets • antédiluvien -
7 tijd
♦voorbeelden:het grootste deel van zijn tijd doorbrengen met • passer le plus clair de son temps àhij heeft er tijd en geld voor over • il a du temps et de l'argent à y consacrerin een jaar tijd • en un anhet is een kwestie van tijd • c'est une question de tempsin een paar minuten tijd • en l'espace de quelques minutesu heeft een week de tijd om • vous avez une semaine pourbinnen afzienbare tijd • sous peude eerste tijd • les premiers tempseen flinke tijd • un bon bout de tempste gelegener, rechter tijd • en temps opportungeruime tijd • assez longtempswaar is de goede oude tijd gebleven? • où sont les neiges d'antan?een goede tijd maken • réaliser un bon tempsde goeie, ouwe tijd • le bon vieux tempsdat is al een hele tijd geleden • ça fait tout un tempsde hele tijd • tout le tempseen hele tijd geleden • il y a bien longtempshet is hoog tijd om • il est (grand) temps de 〈+ onbepaalde wijs〉; il est (grand) temps que 〈+ aanvoegende wijs〉in korte tijd • en peu de tempseen korte tijd duren • durer peu de tempsna kortere of langere tijd • tôt ou tardde laatste tijd • ces derniers tempsde meeste tijd • les trois-quarts du tempshij heeft een moeilijke tijd gehad • il a eu une période difficilevorig jaar om dezelfde tijd • l'année dernière à pareille époquevoor onbeperkte tijd • pour une durée illimitéeonvoltooid verleden tijd • imparfaitonvoltooid tegenwoordig toekomende tijd • futur simpleonvoltooid verleden toekomende tijd • futur du passéde oude tijd • les temps anciensde tijd is rijp • la poire est mûrehet zijn slechte tijden • les temps sont difficileseen stille tijd • une période creusedat is allemaal verleden tijd! • tout ça, c'est du passé!de vrije tijd • le temps librein vroegere tijden • au temps jadiswaar blijft de tijd? • où passe le temps?niemand weet wat de tijd ons brengen zal • personne ne sait ce que l'avenir nous réservehet zal mijn tijd wel duren! • après moi le déluge!de tijd gaat snel • le temps filede tijd gaat nu in! • top, chrono!zijn tijd goed gebruiken • faire un bon emploi de son tempszijn (beste) tijd gehad hebben • avoir fait son tempsiemand de tijd gunnen • donner du temps à qn.zich de tijd niet gunnen (om) • ne pas prendre le temps (de)wij hebben de tijd aan ons • nous avons tout le temps (devant nous)geen tijd hebben om … • n'avoir pas le temps de …tijd te over hebben • avoir du temps en troptijd genoeg hebben • avoir assez de tempsde tijd hebben • avoir le tempswe hebben onze familie een tijd niet gezien • il y a longtemps que nous n'avons pas vu notre famillede tijd aan zichzelf hebben • avoir du temps devant soidat heeft nog de tijd • cela ne presse pasdat heeft tijd tot morgen • cela peut attendre demainhet is er de tijd niet naar om te • ce n'est pas le moment deiemand geen tijd laten • presser qn.dat moet (zijn) tijd hebben • cela demande du tempsde tijd nemen voor iets • prendre le temps pour qc.tijd rekken • chercher à gagner du tempsveel tijd steken in iets • consacrer beaucoup de temps à qc.de tijd valt mij te lang • le temps me durezijn tijd verdoen • glanderde tijd verdrijven • faire passer le tempszijn tijd verpraten • perdre son temps à bavarderde tijd voor iets vinden • trouver le temps de faire qc.binnen de voorgeschreven tijd • dans les délais prescritszijn tijd met lezen vullen • passer son temps à lireeindelijk! het werd tijd • ce n'est pas trop tôttijd winnen • gagner du tempsde tijden zijn veranderd • les temps ont changémijn tijd zit erop • j'ai fait mon tempsbij de tijd zijn • ne pas être né d'hierhet heeft in tijden niet zo geregend • il y a bien longtemps qu'il n'a pas plu ainsiin geen tijden heb ik hem gezien • il y a un siècle que je ne l'ai pas vuin tijden van oorlog • en temps de guerremet de tijd • avec le tempsmet zijn tijd meegaan • vivre avec son tempstijd om te eten • l'heure de mangerdat komt juist op tijd • cela tombe bienik kon op tijd remmen • j'ai pu freiner à tempswe hebben de trein net op tijd gehaald • nous avons attrapé le train de justessealles op zijn tijd • il y a un moment pour chaque chosete allen tijde • à tout momentte zijner tijd • en temps voulutegen die tijd zullen we wel zien • d'ici-là, on verra bienten tijde van • à l'époque deten tijde van Napoleon • au temps de Napoléonterzelfder tijd • en même tempsuit de tijd raken • passer de modeuit de tijd • démodévan tijd tot tijd • de temps en tempseen kind van zijn tijd zijn • être (un enfant) de son époquein minder dan geen tijd • en moins de deuxeen tijdje • un moment〈 spreekwoord〉 de tijd zal het leren • qui vivra, verra〈 spreekwoord〉 tijd is geld • le temps, c'est de l'argent〈 spreekwoord〉 andere tijden, andere zeden • autres temps, autres moeursde plaatselijke tijd • l'heure localeheeft u de tijd? • avez-vous l'heure?het is tijd • c'est l'heurede tijd vergeten • oublier l'heureom de hoeveel tijd komt de bus langs? • tous les combien passe le car?bij tijd en wijle • de temps en tempsmorgen om deze tijd • demain à la même heurehij is altijd op tijd • il est toujours à l'heurehet wordt tijd voor school • c'est l'heure d'aller à l'écolede slappe tijd • la saison mortehet wordt mijn tijd • il faut que je partein de tijd van de oogst • à l'époque des moissons -
8 uit de tijd
uit de tijd
См. также в других словарях:
démodé — démodé, ée [ demɔde ] adj. • 1827; de dé et 1. mode → démoder ♦ Qui n est plus à la mode. Vêtement, objet démodé. ⇒ désuet, suranné, vieillot (cf. Passé de mode). « Ce nom de Mélanie [...] a je ne sais quoi de vieillot, de démodé » (Duhamel). ⇒ 2 … Encyclopédie Universelle
Demode — Saltar a navegación, búsqueda Demode es una banda de rock que fue formada a finales del año 2001 por Andrés Demodé(guitarra y voz) y Sebastián Santuccio (guitarra). Historia En estos casi 7 años han pasado infinidad de shows así como varias… … Wikipedia Español
Démodé — Studio album by Jean Jacques Goldman Released 1981 … Wikipedia
démodé — |dêmodê| adj. Que está fora de moda. = ANTIQUADO, OBSOLETO • [Portugal] Feminino: démodée. Plural: démodés. ‣ Etimologia: palavra estrangeira ♦ Grafia no Brasil: dêmodê … Dicionário da Língua Portuguesa
dêmodê — adj. Que está fora de moda. = ANTIQUADO, OBSOLETO ‣ Etimologia: palavra estrangeira ♦ Grafia em Portugal: démodé … Dicionário da Língua Portuguesa
demodé — (Del fr. démodé, de dé y mode, moda). adj. Pasado de moda … Diccionario de la lengua española
demode — index outdated Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
démodé — démodé, ée (dé mo dé, dée) part. passé. Qui n est plus à la mode … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
démodé — /demo de/ agg., fr. [der. di mode moda , col pref. dé dis 1 ]. [non più rispondente ai canoni della moda] ▶◀ antiquato, (lett.) desueto, disusato, fuori moda, obsoleto, out, sorpassato, superato. ◀▶ alla moda, all ultimo grido, attuale, (au )… … Enciclopedia Italiana
démodé — /fr. demɔˈde/ [vc. fr., part. pass. di démoder «mettere fuori (dé ) di moda (mode)»] agg. inv. fuori moda, passato di moda, disusato, sorpassato, antiquato, out (ingl.) CONTR. attuale, di moda, moderno, odierno, in voga, in (ingl.), dernier cri… … Sinonimi e Contrari. Terza edizione
demode — demodȇ prid. DEFINICIJA v. demodiran ETIMOLOGIJA vidi demodirati … Hrvatski jezični portal