-
101 doublure
1 [school(wezen)] [het zittenblijven] repeating (a class)2 [dubbel exemplaar] duplicate (copy) -
102 drievoudig
♦voorbeelden:we moesten het drievoudige (bedrag) betalen • we had to pay three times as muchII 〈 bijwoord〉1 [op drie manieren] in three ways -
103 duplicaat
-
104 een door de auteur gesigneerd exemplaar
een door de auteur gesigneerd exemplaara signed/autographed copyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een door de auteur gesigneerd exemplaar
-
105 een drievoudig afschrift
een drievoudig afschriftVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een drievoudig afschrift
-
106 een exemplaar ter inzage
een exemplaar ter inzageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een exemplaar ter inzage
-
107 een fraai exemplaar
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een fraai exemplaar
-
108 een geschonden exemplaar
een geschonden exemplaarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een geschonden exemplaar
-
109 een getrouwe kopie (zijn van)
een getrouwe kopie (zijn van)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een getrouwe kopie (zijn van)
-
110 een getrouwe nabootsing
een getrouwe nabootsinga faithful imitation/copyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een getrouwe nabootsing
-
111 een kopie gaat hierbij
een kopie gaat hierbija copy is attached/ 〈 bijgesloten〉 enclosedVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kopie gaat hierbij
-
112 een kopie van een brief
een kopie van een briefa copy of a letter, a duplicateVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kopie van een brief
-
113 een ongeschonden exemplaar
een ongeschonden exemplaarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een ongeschonden exemplaar
-
114 een presentexemplaar aanvragen
een presentexemplaar aanvragenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een presentexemplaar aanvragen
-
115 exemplaar ter inzage
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > exemplaar ter inzage
-
116 exemplaar ter kennisneming
exemplaar ter kennisneminginspection/complimentary copyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > exemplaar ter kennisneming
-
117 expeditie
2 [afdeling] dispatch/shipping/forwarding department3 [(personen op) ontdekkingstocht] expedition5 [militaire actie] expedition6 [afschrift van een vonnis e.d.] (authenticated) copy♦voorbeelden: -
118 fraai
♦voorbeelden:2 een fraaie prestatie • a fine performance/achievement -
119 gaan
1 [zich verplaatsen] go ⇒ move3 [zich begeven] go4 [+ onbepaalde wijs] [beginnen te] go, be going to5 [in beweging zijn, functioneren] go ⇒ run6 [losraken] come7 [plaatshebben] go ⇒ be, run9 [begrepen zijn in] go ⇒ fit11 [+ over] [tot onderwerp hebben] be (about)♦voorbeelden:een uur gaans • an hour's walk〈 figuurlijk〉 hoe gaat dat liedje ook weer? • how does that song go (again)?hé, waar ga jij naar toe? • where are you going?; 〈 achterdochtig〉 where do you think you're going?het gaat niet zo best/slecht met de patiënt • the patient isn't doing so well/so badlyhoe laat gaat de trein? • what time does the train go?ze zien hem liever gaan dan komen • they're glad to see the back of himik moet (nu) gaan • I must go/be going/off (now)ik ga ervandoor • I'm going/offdie twee gaan uit elkaar • those two are breaking upvan tafel gaan • leave the tableik ga! • I'm going!; 〈 informeel〉 I'm off!ga nu maar • off you go nowaan de kant gaan • move aside〈 figuurlijk〉 er gaat niets boven … • nothing beats …zijn gezin gaat bij hem boven alles • his family comes first (with him)zaken gaan voor het meisje • business before pleasure4 hij wil medicijnen gaan doen • he wants to do/study medicinegaan kijken • go and (have a) lookgaan liggen/staan/zitten • lie down, stand up, sit downgaan slapen • go (off) to bedga er maar eens aan staan • it's no picnic, it's not the easiest thing in the worldze gaan trouwen • they're getting marriediets gaan waarderen • come to appreciate somethinggaan wandelen/zwemmen • go for a walk/swim, go walking/swimmingaan het werk gaan • set to work〈 ironisch〉 ik ga (me) daar een beetje in de rij staan • I am (definitely) not going to join that queueals alles goed gaat • if all goes welldat kon toch nooit goed gaan • that was bound to go wronghoe is het gegaan? • how was it? how did it/things go?nou, dat ging zo • well, it was like thisalles gaat naar wens • everything's as it should beals het even gaat • if at all possibledat gaat zomaar niet • you can't just do thatik heb het al zo vaak geprobeerd, maar het gaat niet • I've tried it so often, but it won't workzo gaat het niet langer • things can't go on like thiser gaan 5 volwassenen in • it'll take 5 adultser gaat een liter in die fles • that bottle will take a litreer gaan zes glazen uit een fles • you can get six glasses out of a bottlezij gaat over de typekamer • she's in charge of the typing-pool11 waar gaat die film over? • what's that film about?zijn verhaal gaat er wel in bij de stakers • his speech went down (well) with the strikersdit type gaat eruit • this model's on the way outopzij gaan • give way to, make way for, go to one sidevoor niemand opzij gaan • make way for no man, yield/give way to no one〈 zoek raken〉 verloren gaan • get/be lostvreemd gaan • be unfaithfulvrijuit gaan • get offdaar gaan we weer • (t)here we go againin het zwart gekleed gaan • be dressed in blackhet gaat allemaal langs haar heen • it all goes (right) over her headmet iemand gaan • go out with someonewe hebben nog twee uur te gaan • we've got two hours to gozich te buiten gaan aan • overindulge inom kort te gaan • to cut a long story shortII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [gesteld zijn] be ⇒ go2 [geschieden] be ⇒ go, happen3 [+ om] [te doen zijn] be (about)♦voorbeelden:hoe gaat het (met u)? • how are you?, how are things with you?hoe gaat het op het werk? • how's (your) work (going)?, how are things (going) at work?het gaat hem niet slecht • he's not doing badlyje weet hoe dat gaat • you know how it is/things are/it goeszo gaat het nu altijd • it's always like thatzo gaat dat in het leven • that's lifedaar gaat het juist om • that's the whole pointhet gaat hem er alleen om dat … • all (that) he's concerned about is that …het gaat erom of … • the point is whether …het gaat om het principe • it's the principle that mattershet gaat om je baan • your job is at stakehet gaat hier om een nieuw type • we're talking about a new type -
120 geboortebewijs
См. также в других словарях:
copy — I noun cast, counterfeit, counterpart, duplicate, duplication, ectype, facsimile, fake, forgery, image, imitation, impress, impression, imprint, likeness, offprint, personation, print, reissue, repetition, replica, representation, reprint,… … Law dictionary
copy — copy; copy·graph; copy·ism; copy·ist; copy·man; copy·read; copy·reader; copy·right·able; mis·copy; phe·no·copy; re·copy; mi·cro·copy; pho·to·copy; copy·graphed; mi·cro·spectros·copy; … English syllables
Copy — Cop y (k[o^]p [y^]), n.; pl. {Copies} ( [i^]z). [F. copie, fr. L. copia abundance, number, LL. also, a transcript; co + the root of opes riches. See {Opulent}, and cf. {Copious}.] 1. An abundance or plenty of anything. [Obs.] [1913 Webster] She… … The Collaborative International Dictionary of English
Copy — may refer to: to copy a word from a book to a paper or laptop or computer Copying or the product of copying (including the plural copies ); the duplication of information or an artifact. Cut, copy, and paste, a method of reproducing text or other … Wikipedia
copy — n *reproduction, duplicate, carbon, carbon copy, transcript, facsimile, replica Analogous words: counterpart, *parallel: imprint, print, *impression, impress: *image, effigy Antonyms: original copy vb Copy, imitate, mimic, ape, mock mean to make… … New Dictionary of Synonyms
copy — [käp′ē] n. pl. copies [ME copie, abundance, full transcript < OFr < ML copia, copious transcript < L copia, plenty: see COPIOUS] 1. a thing made just like another; imitation of an original; full reproduction or transcription 2. Now Rare… … English World dictionary
Copy — Cop y, v. t. [imp. & p. p. {Copied}; p. pr. & vb. n. {Copying}.] [Cf. F. copir, fr. LL. copiare. See {Copy}, n.] 1. To make a copy or copies of; to write; print, engrave, or paint after an original; to duplicate; to reproduce; to transcribe; as,… … The Collaborative International Dictionary of English
copy — [n] duplicate, imitation archetype, carbon, carbon copy*, cast, clone, counterfeit, counterpart, ditto*, ectype, effigy, ersatz, facsimile, forgery, hard copy, image, impersonation, impression, imprint, likeness, microfiche, mimeograph, miniature … New thesaurus
copy in — ˌcopy ˈin [transitive] [present tense I/you/we/they copy in he/she/it copies in present participle copying in past tense … Useful english dictionary
Copy — Cop y, v. i. 1. To make a copy or copies; to imitate. [1913 Webster] 2. To yield a duplicate or transcript; as, the letter did not copy well. [1913 Webster] Some . . . never fail, when they copy, to follow the bad as well as the good things.… … The Collaborative International Dictionary of English
Copy — steht für: Copyschrift, eine Schriftart in der Typographie Copy Element, ein wiederverwendbarer Programmteil in der Programmierung Copy Paste , ein Verfahren zur Reproduktion von Text oder andere Daten in der EDV Copy, ein Shell Kommando in der… … Deutsch Wikipedia