-
1 antic
adj. vreemd,exentriek--------n. capriool, dolle streek--------v. ondeugend zijn, capriool, gekke/dolle streek[ æntik] 〈 vaak meervoud〉1 capriool ⇒ gekke/dolle streek2 frats ⇒ grap, klucht -
2 caper
n. kapper(struik); (bokken)sprong, capriool; streek, poets--------v. (rond)springen, huppelencaper1[ keepə] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————caper2〈 werkwoord〉 -
3 capriole
n. capriool (bokkesprong; rare streek: capriolen maken, uithalen)capriole1[ kæprie▪ool] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————capriole2〈 werkwoord〉 -
4 capriccio
n. capriccio (in de muziek - compositie met een levendige stijl) -
5 gambol
n. luchtsprong, bokkesprong; dartelen, huppelen--------v. huppelen, dartelen; luchtsprong, bokkespronggambol1[ gæmbl] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk meervoud〉1 capriool ⇒ luchtsprong, bokkensprong————————gambol2〈werkwoord; gambolled〉
См. также в других словарях:
Kapriole — Sf übermütiger Streich erw. fremd. Erkennbar fremd (17. Jh.) Entlehnung. Entlehnt aus it. capriola kunstvoller Sprung, Bocksprung , einer Ableitung von it. capro m. Bock , dieses aus l. caper ( prī) m. Die heutige Bedeutung Streich wohl aus… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache