-
1 blijmoedig
♦voorbeelden: -
2 blijmoedig
♦voorbeelden: -
3 blijmoedig
радостный; весёлый; жизнерадостный* * *прил.общ. весёлый, жизнерадостный, радостный -
4 blijmoedig
adj. cheerful, happy, glad, joyful--------adv. gladly, cheerfully, happily -
5 blijmoedig zijn kruis dragen
blijmoedig zijn kruis dragen -
6 blijmoedig zijn kruis dragen
blijmoedig zijn kruis dragenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > blijmoedig zijn kruis dragen
-
7 весёлый
adj1) gener. fideel, fleurig, olijk, opgeruimd, opgewekt, blij, blijde, blijgeestig, blijmoedig, glunder, goedgehumeurd, jolig, leutig, luchthartig, ludiek, luimig, lustig, monter, vergenoegd, vermakelijk, vreugdevol, vrolijk, welgemoed, zonnig2) colloq. tof, lollig -
8 жизнерадостный
adjgener. blijgeestig, blijmoedig, levenslustig, tierig -
9 радостный
См. также в других словарях:
Adèle Kamm — Naissance 1er octobre 1885 Lausanne Décès 14 mars 1911 (à 25 ans) Leysin Nationalité … Wikipédia en Français
