-
1 Alte
Alte〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; v.〉♦voorbeelden:¶ die Alte säugt ihr Junges • de moer, het moederdier zoogt haar jong————————Alte(r)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; m.〉————————Alte(s)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; o.〉♦voorbeelden: -
2 Deutsche
-
3 Geliebte
Geliebte〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; v.〉————————Geliebte(r)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; m.〉 -
4 Grüne
Grüne(r)2 〈verouderd; informeel〉agent, marechaussee, gendarme————————Grüne(s)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; o.〉2 groen, groene kleur♦voorbeelden:1 draußen im Grünen • (op de) buiten, op het plattelandins Grüne gehen • naar buiten gaan -
5 Schwarze
Schwarze(r)2 zwartje, zwartkop————————Schwarze(s)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; o.〉♦voorbeelden: -
6 arm
〈 ärmer, (am) ärmst(en)〉♦voorbeelden:arm an Bäumen • arm aan bomen〈 informeel〉 arm wie eine Kirchenmaus • zo arm als een kerkrat, als Job〈 spreekwoord〉 arm oder reich, der Tod macht alle gleich • edel, arm en rijk maakt de dood gelijk〈 informeel〉 arm dran sein • er ellendig, slecht aan toe zijn〈 bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord〉 der Arme, der Ärmste, was hat er (alles) erdulden müssen! • de arme stakker, wat heeft hij allemaal moeten doorstaan! -
7 Dritte
Dritte(r)♦voorbeelden:1 in den Augen Dritter • in de ogen van derden, anderender lachende Dritte • de lachende derdees gibt hier kein Drittes • er is geen derde mogelijkheidder Dritte im Bunde • de derde man, partij¶ 〈 spreekwoord〉 wenn zwei sich streiten, freut sich der Dritte • als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen -
8 Dritter
Dritte(r)♦voorbeelden:1 in den Augen Dritter • in de ogen van derden, anderender lachende Dritte • de lachende derdees gibt hier kein Drittes • er is geen derde mogelijkheidder Dritte im Bunde • de derde man, partij¶ 〈 spreekwoord〉 wenn zwei sich streiten, freut sich der Dritte • als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen -
9 Irre
Irre〈v.〉♦voorbeelden:¶ jemanden in die Irre führen • iemand op een dwaalspoor brengen, misleidenin die Irre gehen • zich vergissen, verdwalen————————Irre(r)1 krankzinnige ⇒ gestoorde, geesteszieke♦voorbeelden:〈 informeel〉 wie die Irren • als gekken, enorm -
10 Irrer
Irre(r)1 krankzinnige ⇒ gestoorde, geesteszieke♦voorbeelden:〈 informeel〉 wie die Irren • als gekken, enorm -
11 Taube
Taube〈v.; Tauben, Tauben〉♦voorbeelden:1 Tauben halten • duiven melken, houden¶ 〈 spreekwoord〉 besser einen Spatz in der Hand, als eine Taube auf dem Dache • één vogel in de hand is beter dan tien in de lucht; beter een half ei dan een lege dop————————Taube(r) -
12 Abgeordnete
Abgeordnete(r)1 afgevaardigde ⇒ gedeputeerde; volksvertegenwoordig(st)er -
13 Abgeordneter
Abgeordnete(r)1 afgevaardigde ⇒ gedeputeerde; volksvertegenwoordig(st)er -
14 Adlige
-
15 Adliger
-
16 Aidskranke
-
17 Aidskranker
-
18 Aktive
Aktive(r) -
19 Aktiver
Aktive(r) -
20 Alleinerziehende
Перевод: с немецкого на нидерландский
с нидерландского на немецкий- С нидерландского на:
- Немецкий
- С немецкого на:
- Нидерландский