-
1 приписать
bijschrijven ; toeschrijven ; inschrijven, inboeken -
2 вписывать
vgener. inschrijven, bijschrijven, te boek stellen -
3 дописывать
vgener. uitschrijven, bijschrijven -
4 приписывать
v1) gener. wijten (aan), toedenken (кому-л. что-либо), toerekenen, (iem., iets) aanwrijven, bijschrijven, toedichten (кому-л., что-л.), toekennen, toeschrijven2) liter. aanrekenen
Перевод: с русского на нидерландский
с нидерландского на русский- С нидерландского на:
- Русский
- С русского на:
- Нидерландский