-
1 overgaan
1 [over iets heen gaan] passer (sur)2 [van eigenaar veranderen] passer (de … à)3 [bevorderd worden] passer dans la classe supérieure4 [veranderen in] se transformer (en)5 [beginnen met, gaan gebruiken] passer à6 [voorbijgaan] passer♦voorbeelden:van 't ene op 't andere onderwerp overgaan • passer d'un sujet à un autreertoe overgaan om … • se mettre en devoir de …op een andere versnelling overgaan • changer de vitesseovergaan tot de orde van de dag • passer à l'ordre du jourtot de aanval overgaan • monter à l'assauttot arrestatie overgaan • procéder à une arrestationtot de aanschaf van een auto overgaan • faire la dépense d'une voiture
Перевод: с нидерландского на французский
с французского на нидерландский- С французского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Французский