-
1 fair-spoken
beleefd, keurig, netjes, hoffelijk, innemend -
2 light applause
beleefd applaus -
3 speak fair
beleefd spreken -
4 civil
adj. burgerlijk; beleefd[ sivl]1 burger- ⇒ burgerlijk, civiel2 beschaafd ⇒ beleefd, geciviliseerd3 civiel ⇒ niet-militair, burger-♦voorbeelden:civil law 〈 ook Common Law〉 • burgerlijk recht, Romeins rechtcivil liberty • burgerlijke vrijheidcivil marriage • burgerlijk huwelijkcivil rights • burgerrechtencivil war • burgeroorlogkeep a civil tongue in your head • hou je brutale opmerkingen voor jecivil servant • (rijks)ambtenaarcivil service • civiele dienst, ambtenarijcivil engineering • weg- en waterbouwkunde -
5 mannerly
adj. welgemanierd, beleefd--------adv. beleefd, welgemanierd[ mænəlie] -
6 courteous
-
7 polite
-
8 a civil question deserves a civil answer
English-Dutch dictionary > a civil question deserves a civil answer
-
9 a politely-phrased apology
-
10 brick
adj. van stenen gemaakt--------n. steen, baksteen; blok; beleefd iemand--------v. metselen; met baksteen bekledenbrick1[ brik] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 baksteen♦voorbeelden:〈Brits-Engels; slang〉 drop a brick • iets verkeerds zeggen, een blunder begaan————————brick2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:1 brick up/in • dichtmetselen, inmetselen -
11 ceremonious
adj. ceremonieel[ serrimmooniəs] 〈 ceremoniousness〉1 ceremonieus ⇒ vol plichtplegingen, vormelijk (beleefd) -
12 civility
n. beleefd[ sivvillətie] 〈meervoud: civilities〉1 beleefde opmerking ⇒ plichtpleging, beleefdheid2 beleefdheid ⇒ wellevendheid, hoffelijkheid -
13 correct
adj. juist; precies; correkt; fatsoenlijk--------v. verbeteren, corrigeren; straffencorrect1[ kərekt] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉2 correct ⇒ onberispelijk, beleefd♦voorbeelden:————————correct2〈 werkwoord〉1 verbeteren ⇒ corrigeren, nakijken2 terechtwijzen ⇒ vermanen, berispen3 rechtzetten ⇒ rectificeren, bijstellen4 verhelpen ⇒ repareren, tegengaan -
14 courtly
adj. hoffelijk[ ko:tlie] 〈 courtliness〉1 hoofs ⇒ verfijnd, elegant2 welgemanierd ⇒ beleefd, hoffelijk♦voorbeelden: -
15 decline
n. daling--------v. afdalen; achteruitgaan; verbuigen (in grammatica); afwijzendecline1[ diklajn] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 verval ⇒ achteruitgang, aftakeling2 daling ⇒ afname, vermindering♦voorbeelden:1 fall/go into a decline • beginnen af te takelen, in verval rakenon the decline • tanend————————decline21 (af)hellen ⇒ aflopen, dalen2 ten einde lopen ⇒ wegkwijnen, aftakelen♦voorbeelden:2 declining years • oude dag, laatste jaren1 (beleefd) weigeren ⇒ afslaan, van de hand wijzen♦voorbeelden: -
16 fair
adj. billijk, eerlijk; behoorlijk; blond; mooi, net; kermis, markt--------adv. eerlijk; behoorlijk; in het geheel (spreektaal)--------n. (jaar)markt, tentoonstellingfair1[ feə] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 beurs ⇒ (jaar)markt, tentoonstelling————————fair2〈bijvoeglijk naamwoord; fairness〉1 eerlijk ⇒ redelijk, geoorloofd2 behoorlijk ⇒ bevredigend, redelijk♦voorbeelden:fair game • wild waarop gejaagd mag worden; 〈 figuurlijk〉 gemakkelijke prooi 〈 bijvoorbeeld voor kritiek〉get a fair hearing • een eerlijk proces krijgenby fair means or foul • met alle/geoorloofde en ongeoorloofde middelenfair play • fair play, eerlijk spel 〈 ook figuurlijk〉〈 informeel〉 fair enough! • dat is niet onredelijk!, okay!the fair sex • het schone geslacht————————fair3〈 bijwoord〉2 beleefd ⇒ hoffelijk, netjes3 precies ⇒ pal, net♦voorbeelden:1 play fair • eerlijk spelen, integer zijn -
17 friendly
adj. vriendelijk; beleefd; vriendschappelijk; collegiaal; sociaal; bevriend[ fren(d)lie] 〈bijwoord: in a friendly manner; friendliness〉1 vriendelijk ⇒ welwillend, aardig2 vriendschappelijk ⇒ bevriend, gunstig gezind♦voorbeelden:friendly nations • bevriende natieshe accepted the advice in a friendly spirit • hij nam de raad goedmoedig ophe was never friendly to change • hij is nooit erg op verandering gesteld geweestJohn is very friendly with his neighbours • Jan gaat erg vriendschappelijk met zijn buren omthey had a row yesterday, but they're friendly again today • ze hadden gisteren ruzie, maar hebben het vandaag weer bijgelegd -
18 genteel
adj. deftig; beleefd; aangenaam in omgang; goed gemanierd[ dzjentie:l] -
19 gentle
adj. zacht; teer, licht; voorzichtig; matig; beleefd--------n. voornaam, van goede afkomst--------v. temmen; kalmeren; strelen[ dzjentl] 〈gentler; gently; gentleness〉1 voornaam ⇒ van goede afkomst/familie2 zacht ⇒ licht, (ge)matig(d)3 zacht(aardig) ⇒ teder, vriendelijk4 kalm ⇒ bedaard, rustig♦voorbeelden:2 gentle breeze • lichte koelte, zachte/matige windgentle hint • zachte wenkgentle slope • zachte hellinghold it gently • hou het voorzichtig vast -
20 gentleman
n. gentleman, man3 〈 juridisch of geschiedenis〉onafhankelijk/welgesteld man ⇒ ambteloos burger, rentenier♦voorbeelden:1 Ladies and Gentlemen! • Dames en Heren!gentleman of fortune • avonturiergentleman of leisure • ambteloos burger
См. также в других словарях:
Stijn Streuvels — dedicated to Streuvels.He started writing at a very young age. He was inspired by his uncle (another famous writer) Guido Gezelle. Initially his work was published in an insignificant magazine De jonge Vlaming . Soon he was discovered by the… … Wikipedia
Scouting Aruba — Infobox WorldScouting name =Scouting Aruba image size =140px caption = type = owner = age = headquarters = location =Shiribana 3 B, Shiribana country =Aruba coords = f date = defunct = founders = founder = award for = members = chiefscouttitle =… … Wikipedia
Franz Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
Junghuhns Werke — Franz Wilhelm Junghuhn (1809–1864) zählt zu den bedeutendsten Naturforschern in Niederländisch Indien. Sein Gesamtwerk in Wort und Bild über die von ihm erforschten Gebiete blieb jahrzehntelang wissenschaftlich von herausragendem Wert.… … Deutsch Wikipedia
Wort — 1. A guids Woat pfint a guids Oat. (Steiermark.) – Firmenich, II, 767, 73. 2. A güt Wort bringt a güte Äntver (Antwort). (Warschau. Jüd. deutsch.) Freundliches Entgegenkommen gewinnt die Herzen. 3. Allen Worten ist nicht zu glauben. – Henisch,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon