-
41 attrahera
1) bekoren2) toelachen3) aanlokken -
42 draga
1) bekoren2) aanlokken3) rukken -
43 fresta
1) in verzoeking brengen2) bekoren -
44 rita
1) bekoren2) aanlokken3) toelachen -
45 tappa ur
1) aanboren2) toelachen3) bekoren4) aanlokken -
46 ådra sig
1) aanlokken2) bekoren -
47 aantrekken
1 [naar zich toetrekken; bekoren] attirer2 [vaster doen sluiten] serrer4 [m.b.t. kleren] mettre♦voorbeelden:zich aangetrokken voelen door, tot iemand of iets • être attiré par qn. ou qc.→ link=buikriem buikriemeen knoop aantrekken • serrer un noeudII 〈wederkerend werkwoord; zich aantrekken〉1 [grote aandacht schenken aan] se soucier de♦voorbeelden:zich verwijten aantrekken • prendre des reproches au sérieuxzich niets aantrekken van • se moquer de1 [in een richting gaan] se diriger (vers)2 [bijtrekken] revenir à la normale♦voorbeelden:de prijzen trekken aan • les prix se stabilisent -
48 betoveren
-
49 aantrekken
2 [vaster doen sluiten] tighten5 [aandoen] put on♦voorbeelden:een knoop aantrekken • draw a knot tighter3 zich aangetrokken voelen door/tot iemand/iets • feel attracted to someone/somethingdat trekt mij wel aan • that appeals to menieuwe medewerkers aantrekken • take on/recruit new staffik heb niets om aan te trekken • I have nothing to wearII 〈wederkerend werkwoord; zich aantrekken〉♦voorbeelden:zich verwijten aantrekken • take reproaches to hearttrek het je niet aan • don't let that worry youzich alles persoonlijk aantrekken • take everything personallyzich niets aantrekken van • not care aboutze scheen zich van de hele zaak niets aan te trekken • she seemed unconcerned about the whole affair♦voorbeelden: -
50 betoveren
-
51 Reiz
〈m.; Reizes, Reize〉2 aantrekkingskracht, bekoring♦voorbeelden:das hat jeden Reiz verloren • daar is werkelijk niets meer aan -
52 berücken
-
53 bestechen
-
54 die Sache hat keinen Reiz mehr für mich
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > die Sache hat keinen Reiz mehr für mich
-
55 reizen
reizen♦voorbeelden: -
56 verführen
-
57 zusagen
-
58 atraé
aanlokken [v], bekoren [v], toelachen [v], trekken [v], aantrekken [v], verlekkeren [v]
См. также в других словарях:
Köhren — Köhren, verb. irreg. act. et neutr. Imperf. ich kohr, Mittelw. gekohren, ein außer den Zusammensetzungen gleichfalls veraltetes Wort. Es bedeutete ehedem so wie kiesen, 1) überhaupt, durch die Sinne empfinden, und in weiterer Bedeutung erfahren.… … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart