-
61 spelenderwijs
♦voorbeelden: -
62 sussen
♦voorbeelden:1 een kind/twist sussen • pacify a child, hush up an argumenteen sussende toon • a soothing toneeen kind in slaap sussen • lull a child to sleep -
63 terugnemen
♦voorbeelden:zijn woorden terugnemen • take back one's words -
64 thuis
thuis1〈 het〉♦voorbeelden:mijn thuis • my homebericht van thuis krijgen • receive news from homehet is bijna een tweede thuis • it's a home away from home————————thuis2〈 bijwoord〉1 [naar huis] home2 [in huis] at home♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 samen uit, samen thuis • we stick together, we're in this togetherwel thuis! • safe journey!vanmiddag ben ik thuis • I'll be at home this afternoonik ben voor niemand thuis • I'm not at home/in to/for anyonedoe maar of je thuis bent • make yourself at homeze doet thuis vertaalwerk • she takes in translationszich ergens thuis gaan voelen • settle down/inhij gaf niet thuis • 〈 niet meewerken〉 he wouldn't play ball; 〈 niet reageren〉 he appeared not to notice/not to hear (me), he didn't bite〈 sport〉 spelen we zondag thuis? • are we playing at home this Sunday?niemand thuis treffen • find nobody at homeiemand (bij zich) thuis uitnodigen • ask someone round/to one's housezich ergens thuis voelen • feel at home/ease somewherehij was niet thuis • he wasn't in/at home, he was outhij woont nog thuis • he's still living at homebij ons thuis • at our place, in our home, back homebij jou thuis • (over) at your place〈 figuurlijk〉 ergens in thuis raken • find one's feet, start to find/know one's way around in something〈 figuurlijk〉 in iets (goed) thuis zijn • be well up in/on something, be at home with/in/on something -
65 versoepelen
♦voorbeelden:de wetgeving versoepelen • relax the law(s) -
66 waarmee
1 [vragend] what … with/by3 [onbepaald] (with/by) whatever♦voorbeelden:1 waarmee kan ik u van dienst zijn? • what can I do for you?waarmee sloeg hij je? • what did he hit you with?2 de boot waarmee ik vertrek • the boat on which I leave, the boat I leave onhet gemak waarmee dat gaat • the ease with which it can be done3 waarmee hij ook dreigde, zij werd niet bang • whatever he threatened her with she didn't get scared -
67 zacht
1 [niet hard] soft3 [met betrekking tot het weer] mild4 [met betrekking tot handelingen] gentle5 [zachtaardig] gentle9 [voordelig] modest♦voorbeelden:deze zeep is zacht voor uw handen • this soap is gentle to your hands3 een zacht klimaat • a mild/temperate climate4 zacht koken • boil gently, simmer5 een zacht karakter • a gentle character/disposition7 met zachte stem • in a quiet/soft voicehet geluid zachter zetten • turn down the volume11 zachter rijden • ease up, slow down -
68 zachter rijden
zachter rijdenease up, slow down -
69 zich ergens thuis voelen
zich ergens thuis voelenfeel at home/ease somewhereVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich ergens thuis voelen
-
70 zich losweken van zijn oude omgeving
zich losweken van zijn oude omgevingease oneself away/detach oneself from one's old milieuVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich losweken van zijn oude omgeving
-
71 zich niet op zijn gemak voelen
zich niet op zijn gemak voelenfeel ill at ease/awkwardVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich niet op zijn gemak voelen
-
72 zich onbehaaglijk voelen
zich onbehaaglijk voelenfeel/be ill at easeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich onbehaaglijk voelen
-
73 zich op zijn gemak voelen
zich op zijn gemak voelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich op zijn gemak voelen
-
74 zijn geweten in slaap sussen/wiegen
zijn geweten in slaap sussen/wiegenease/salve one's conscienceVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn geweten in slaap sussen/wiegen
См. также в других словарях:
Ease — ([=e]z), n. [OE. ese, eise, F. aise; akin to Pr. ais, aise, OIt. asio, It. agio; of uncertain origin; cf. L. ansa handle, occasion, opportunity. Cf. {Agio}, {Disease}.] 1. Satisfaction; pleasure; hence, accommodation; entertainment. [Obs.] [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
ease — [iːz] verb 1. [intransitive, transitive] if limits, rules, restrictions etc are eased, or someone eases them, they become less strict: • India is easing rules for joint ventures with foreign concerns. 2. [intransitive, transitive] if interest… … Financial and business terms
Ease — ([=e]z), v. t. & i. [imp. & p. p. {Eased} ([=e]zd); p. pr. & vb. n. {Easing}.] [OE. esen, eisen, OF. aisier. See {Ease}, n.] 1. To free from anything that pains, disquiets, or oppresses; to relieve from toil or care; to give rest, repose, or… … The Collaborative International Dictionary of English
Ease — may refer to:*Ease (programming language) *Ease (novel), by Patrick Gale *EASE/ACCESS, an experiment which flew on the Space Shuttle in 1985 *Methylone, a substitute for the drug ecstacy, marketed briefly in New Zealand under the brand name… … Wikipedia
Ease — 0.4 unter Ubuntu 10.10 Basisdaten Entwickler Nate Stedman, Stéphane Maniaci A … Deutsch Wikipedia
ease — [ēz] n. [ME ese < OFr aise < VL * adjaces < L adjacens, lying nearby, hence easy to reach: see ADJACENT] 1. freedom from pain, worry, or trouble; comfort 2. freedom from stiffness, formality, or awkwardness; natural, easy manner; poise 3 … English World dictionary
ease up on — [phrasal verb] 1 a ease up on (someone) : to treat (someone) in a less harsh or demanding way The students might respond better if the teacher eased up on them a little. 1 b ease up on (something) : to apply less pressure to ( … Useful english dictionary
Ease Point Apartments — (Будапешт,Венгрия) Категория отеля: Адрес: 1066 Будапешт, Ó utca 43 49., Венг … Каталог отелей
ease off — or[ease up] {v.} To make or become less nervous; relax; work easier. * /When the boss realized that John had been overworking, he eased off his load./ * /With success and prosperity, Mr. Smith was able to ease off./ Compare: LET UP(3) … Dictionary of American idioms
ease off — or[ease up] {v.} To make or become less nervous; relax; work easier. * /When the boss realized that John had been overworking, he eased off his load./ * /With success and prosperity, Mr. Smith was able to ease off./ Compare: LET UP(3) … Dictionary of American idioms
ease — [n1] peace, quiet; lack of difficulty affluence, ataraxia, bed of roses*, calm, calmness, comfort, content, contentment, easiness, enjoyment, gratification, happiness, idleness, inactivity, inertia, inertness, leisure, luxury, passivity, peace of … New thesaurus