-
21 de bank zal hem een lening verstrekken
de bank zal hem een lening verstrekkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de bank zal hem een lening verstrekken
-
22 die bank sleepte andere banken mee in het faillissement
die bank sleepte andere banken mee in het faillissementthat bank involved/dragged down other banks in its ruinVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die bank sleepte andere banken mee in het faillissement
-
23 een afschrijving van de bank
een afschrijving van de bankVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een afschrijving van de bank
-
24 een bank beroven
een bank berovenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een bank beroven
-
25 een bankrekening openen bij een bank
een bankrekening openen bij een bankVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een bankrekening openen bij een bank
-
26 een overval op een bank/trein plegen
een overval op een bank/trein plegenrob a bank, hold up a trainVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een overval op een bank/trein plegen
-
27 een rekening openen (bij een bank)
een rekening openen (bij een bank)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een rekening openen (bij een bank)
-
28 een rekening openen bij een bank
een rekening openen bij een bankVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een rekening openen bij een bank
-
29 geld op de bank hebben staan
geld op de bank hebben staanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld op de bank hebben staan
-
30 geld op de bank hebben
geld op de bank hebbenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld op de bank hebben
-
31 geld op de bank zetten
geld op de bank zettenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld op de bank zetten
-
32 geld van de bank halen
geld van de bank halenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld van de bank halen
-
33 geld à/in deposito geven (bij een bank)
geld à/in deposito geven (bij een bank)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld à/in deposito geven (bij een bank)
-
34 iemand accrediteren bij een bank
iemand accrediteren bij een bankVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand accrediteren bij een bank
-
35 op een bank werken
op een bank werkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een bank werken
-
36 ten kantore van de bank
ten kantore van de bankVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ten kantore van de bank
-
37 voor de meeste verrichtingen berekent de bank geen kosten
voor de meeste verrichtingen berekent de bank geen kostenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voor de meeste verrichtingen berekent de bank geen kosten
-
38 op de bank zetten
v. bank -
39 aan de bank staan
aan de bank staan -
40 de bank van lening
de bank van lening
См. также в других словарях:
Bank [2] — Bank (Hdlgsw.), eine auf Rechnung mehrerer Personen od. des Staates errichtete Anstalt, welche mit Geld Geschäfte macht, d.h. gegen Hinterlegung von Geld, Werthpapieren od. werthvollen Gegenständen od. auch gegen Bürgschaft Credit gewährt, den… … Pierer's Universal-Lexikon
bank — / baŋk/ n: an organization for the custody, loan, or exchange of money, for the extension of credit, and for facilitating the transmission of funds branch bank: a banking facility that is a separate but dependent part of a chartered bank; esp: a… … Law dictionary
Bank — [bæŋk] noun BANKING ORGANIZATIONS The Bank the Bank of England, Britain s central bank: • The Bank is worried that strong demand for labour could lead to higher wages and prices. * * * Ⅰ … Financial and business terms
bank — bank; bank·man; bank·roll·er; bank·rupt·cy; bank·sku·ta; can·ta·bank; em·bank; em·bank·ment; in·ter·bank; maas·bank·er; moun·te·bank·ery; bank·a·ble; bank·rupt; moun·te·bank; non·bank; bank·abil·i·ty; bank·skoi·te; hand·bank·er; sal·tim·bank; … English syllables
bank — bank1 [baŋk] n. [ME banke < MFr banque < OIt banca, orig., table, moneylenders exchange table < OHG bank, bench: see BANK2] 1. an establishment for receiving, keeping, lending, or, sometimes, issuing money, and making easier the exchange … English World dictionary
Bank — Bank, n. [F. banque, It. banca, orig. bench, table, counter, of German origin, and akin to E. bench; cf. G. bank bench, OHG. banch. See {Bench}, and cf. {Banco}, {Beach}.] 1. An establishment for the custody, loan, exchange, or issue, of money,… … The Collaborative International Dictionary of English
Bank — (b[a^][ng]k), n. [OE. banke; akin to E. bench, and prob. of Scand. origin; cf. Icel. bakki. See {Bench}.] 1. A mound, pile, or ridge of earth, raised above the surrounding level; hence, anything shaped like a mound or ridge of earth; as, a bank… … The Collaborative International Dictionary of English
bank — baŋk n a place where something is held available <data bank> esp a depot for the collection and storage of a biological product of human origin for medical use <a sperm bank> <an eye bank> see BLOOD BANK * * * (bangk) a stored… … Medical dictionary
bank — Ⅰ. bank [1] ► NOUN 1) the land alongside or sloping down to a river or lake. 2) a long, raised mound or mass: mud banks. 3) a set of similar things grouped together in rows. ► VERB 1) heap or form into a mass or mound. 2) … English terms dictionary
bank — {{/stl 13}}{{stl 8}}rz. mnż IIa, D. u {{/stl 8}}{{stl 20}} {{/stl 20}}{{stl 12}}1. {{/stl 12}}{{stl 7}} instytucja zajmująca się obrotem pieniędzmi: przyjmowaniem wkładów i wypłacaniem odsetek, udzielaniem kredytów, emisją banknotów,… … Langenscheidt Polski wyjaśnień
Bank — Bank, v. t. [imp. & p. p. {Banked}(b[a^][ng]kt); p. pr. & vb. n. {Banking}.] 1. To raise a mound or dike about; to inclose, defend, or fortify with a bank; to embank. Banked well with earth. Holland. [1913 Webster] 2. To heap or pile up; as, to… … The Collaborative International Dictionary of English