-
1 werkend
2 [bewegend] working♦voorbeelden:werkenden en niet-werkenden • employed and unemployedsnel werkende vaccins • fast acting vaccines -
2 invalide
invalide [ẽvaalied]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m. & v.〉♦voorbeelden:1 un invalide du travail • arbeidsongeschikte werknemer 〈 als gevolg van beroepsziekte, arbeidsongeval〉m/finvalide, gehandicapte
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский