-
1 buffer
n. scheiding; scheiden; (in computers) gegevensverzameling; buffer; tijdelijke geheugen opslagplaats; schokbreker--------v. bufferen, verminderen, opvangen, minder maken; beschermen, beveiligen; toevoegen van antacidum; behandelen met een buffer (Chemie)buffer1[ buffə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 buffer ⇒ stootkussen/veer/plaat/b(l)ok5 poetsgereedschap ⇒ poetskussen, poetslap, polijstschijf————————buffer2〈 werkwoord〉1 als buffer optreden voor ⇒ beschermen, behoeden
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский