-
101 concurrentiebeding
1 [met betrekking tot werk tijdens de overeenkomst] (contract/agreement in) restraint of trade2 [met betrekking tot werk na de overeenkomst] competition clauseVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > concurrentiebeding
-
102 congruentie
2 [taalkunde] concord, agreement3 [wiskunde] congruence -
103 contract
♦voorbeelden:een contract aangaan/(af)sluiten • enter into/make a contractzijn contract loopt af • his contract is running outeen contract opzeggen/verbreken • terminate/break a contracteen contract geldig/ongeldig verklaren • validate/invalidate a contractiemand aanstellen op een tweejarig contract • appoint someone on a two-year contractvolgens contract • according to contract -
104 dat vervolledigt de overeenkomst
dat vervolledigt de overeenkomstVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat vervolledigt de overeenkomst
-
105 de nieuwe overeenkomst zal met terugwerkende kracht gelden vanaf 1 januari
de nieuwe overeenkomst zal met terugwerkende kracht gelden vanaf 1 januariVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de nieuwe overeenkomst zal met terugwerkende kracht gelden vanaf 1 januari
-
106 dienstverband
♦voorbeelden:in los/vast dienstverband werken • be employed on a temporary/permanent basiseen dienstverband aangaan voor de duur van één jaar • accept a one-year appointment -
107 dit beleid is overeenkomstig met het regeerakkoord
dit beleid is overeenkomstig met het regeerakkoordVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dit beleid is overeenkomstig met het regeerakkoord
-
108 een afspraak maken
een afspraak makenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een afspraak maken
-
109 een bilateraal akkoord
een bilateraal akkoordVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een bilateraal akkoord
-
110 een cao openbreken
een cao openbrekenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een cao openbreken
-
111 een collectieve arbeidsovereenkomst
een collectieve arbeidsovereenkomstVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een collectieve arbeidsovereenkomst
-
112 een engagement aangaan
een engagement aangaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een engagement aangaan
-
113 een mondelinge toezegging/afspraak
een mondelinge toezegging/afspraaka verbal agreement/arrangementVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een mondelinge toezegging/afspraak
-
114 een overeenkomst beëindigen
een overeenkomst beëindigenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een overeenkomst beëindigen
-
115 een overeenkomst ontbinden
een overeenkomst ontbindendissolve/annul/cancel an agreementVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een overeenkomst ontbinden
-
116 een overeenkomst sluiten met iemand
een overeenkomst sluiten met iemandmake/enter into an agreement with someoneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een overeenkomst sluiten met iemand
-
117 een overeenkomst uitvoeren
een overeenkomst uitvoerenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een overeenkomst uitvoeren
-
118 een schriftelijke overeenkomst
een schriftelijke overeenkomstVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een schriftelijke overeenkomst
-
119 een stilzwijgend akkoord
een stilzwijgend akkoordVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een stilzwijgend akkoord
-
120 een stilzwijgende overeenkomst
een stilzwijgende overeenkomstVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een stilzwijgende overeenkomst
См. также в других словарях:
agreement — agree·ment n 1 a: the act or fact of agreeing by mutual agreement b: unity of opinion, understanding, or intent; esp: the mutual assent of contracting parties to the same terms if they reach agreement ◇ Under common law, agreement is a necessary… … Law dictionary
agreement — a‧gree‧ment [əˈgriːmənt] noun [countable] 1. an arrangement or promise to do something, made by two or more people or organizations: • Under the agreement, the company will distribute our products in North America. • What happens if the warring… … Financial and business terms
agreement — agreement, accord, understanding are comparable chiefly in their political and legal uses. They agree in designating a settlement reached by parties to a dispute or negotiation. All these terms imply concurrence as to what should be done or not… … New Dictionary of Synonyms
agreement — 1. Grammatical agreement (also called concord) is the correct relation to each other of different parts of a sentence, so that (for example) the form of the verb corresponds to its subject (The house was small, and its walls were painted white),… … Modern English usage
Agreement — may refer to: Agreement (linguistics) or concord, cross reference between parts of a phrase Gentlemen s agreement, not enforceable by law Contract, enforceable in a court of law Reliability (statistics) in the sense of, for example, inter rater… … Wikipedia
Agreement — A*gree ment, n. [Cf. F. agr[ e]ment.] 1. State of agreeing; harmony of opinion, statement, action, or character; concurrence; concord; conformity; as, a good agreement subsists among the members of the council. [1913 Webster] What agreement hath… … The Collaborative International Dictionary of English
agreement — (acord) (angl.) [pron. ăgríment] (a gree ) s.n. Trimis de gall, 02.08.2006. Sursa: DOOM 2 AGREEMÉNT [AGRÍMĂNT] s. n. acord oficial. (< engl. agreement) Trimis de raduborza, 06.05.2008. Sursa: MDN … Dicționar Român
agreement — /aˈɡriment, ingl. əˈɡriːmənt/ [ingl., dall ant. fr. agreement (mod. agrément), propr. «approvazione, consenso, gradimento»] s. m. inv. (polit.) patto, accordo … Sinonimi e Contrari. Terza edizione
agreement — [n1] concurrence acceding, accession, accommodation, accord, accordance, acknowledging, adjustment, affiliation, affinity, alliance, amity, approving, arbitration, arrangement, assenting, authorizing, bargaining, compatibility, compliance,… … New thesaurus
Agreement — Agreement,das:⇨Vereinbarung(1) … Das Wörterbuch der Synonyme
agreement — /ə gri:mənt/, it. /a griment/ s. ingl. (propr. gradimento, approvazione ), usato in ital. al masch. [compromesso fra due parti, fra due persone] ▶◀ accordo, intesa, patto … Enciclopedia Italiana