Перевод: с немецкого на нидерландский

с нидерландского на немецкий

С нидерландского на:
Немецкий
С немецкого на:
Нидерландский

afrastering

Толкование Перевод

1 Gatter

Gatter

〈o.; Gatters, Gatter〉

1 hek-, traliewerk ⇒ tralies

2 afrastering ⇒ omheining

3 hek 〈 ook paardensport〉 ⇒ poortje

4 〈 jacht〉 (jacht)terrein

5 〈 techniek〉 zaagraam

6 〈 techniek〉 raamzaag

7 〈 elektronica〉poort, gate

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Gatter
2 Wildgatter

Wildgatter

〈o.〉

1 afrastering tegen binnendringen van het wild

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Wildgatter
3 Zaun

Zaun

〈m.; Zaun(e)s, Zäune〉

1 omheining, hek ⇒ afrastering

♦voorbeelden:

1 ein lebender Zaun • een haag, heg

〈 figuurlijk〉 etwas vom Zaun brechen • (a) iets improviseren; (b) onverwachts met iets beginnen

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Zaun
4 Zaunpfahl

Zaunpfahl

〈m.〉

1 hekpaal, paal van een afrastering

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Zaunpfahl

Пометить текст и поделиться
Искать во всех словарях
Искать в переводах
Искать в Интернете

Поделиться ссылкой на выделенное