-
1 certificat
certificat [sertiefiekaa]〈m.〉1 getuigschrift ⇒ bewijs, schriftelijke verklaring, diploma♦voorbeelden:1 certificat d'aptitude professionnelle • einddiploma technische school, vakdiplomacertificat d'aptitude au professorat de l'enseignement secondaire • eerstegraadsbevoegdheid voor het voortgezet onderwijs; 〈 België〉 aggregatie van het hoger secundair onderwijscertificat d'aptitude pédagogique • diploma van pedagogische vormingcertificat d'arrêt de travail • arbeidsongeschiktheidsverklaringcertificat de complaisance • vals attestcertificat de dépôt • bewijs van afgiftecertificat d'études primaires • bewijs van met goed gevolg doorlopen lager onderwijscertificat d'indigence • bewijs van onvermogencertificat de milice • dienstplichtverklaringcertificat de résidence • vestigingsbewijs, -vergunningcertificat de travail • werkverklaring, -vergunningcertificat de bonne vie et moeurs • bewijs van goed (zedelijk) gedrag; 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 bewijs van goed zedelijk gedragcertificat authentique • certificaat van echtheidcertificat médical • geneeskundige verklaring, doktersattestmgetuigschrift, certificaat -
2 émission
émission [eemiesjõ]〈v.〉♦voorbeelden:émission de variétés • amusementsprogrammaémission radiophonique • radio-uitzendingf1) uitzending2) productie3) uitstraling4) uitgifte, emissie5) lozing [medisch] -
3 remise
remise [rəmiez]〈v.〉1 (het) weer plaatsen ⇒ (het) weer leggen, zetten, herstel2 overhandiging ⇒ bezorging, afgifte, indiening3 uitstel ⇒ verdaging, opschorting6 schuur ⇒ koetshuis, garage♦voorbeelden:remise en état • reparatie, herstel〈 sport en spel〉 remise en jeu • ingooi, inworpremise des prix • prijsuitreikingremise de peine • strafverminderingf3) uitstel4) korting6) schuur, garage -
4 certificat de dépôt
certificat de dépôt -
5 délivrance
délivrance [deelievrãs]〈v.〉1 bevrijding ⇒ redding, verlossing♦voorbeelden:1 quelle délivrance de … • wat een opluchting om …
См. также в других словарях:
afgifte — af|gif|te vb., r, de, t (fjerne giftstoffer) … Dansk ordbog
