-
1 buitenland
1 foreign country/countries♦voorbeelden:naar het buitenland vertrekken/gaan • go abroadvan/uit het buitenland terugkeren • return/come back from abroad -
2 buitenland
n. abroad, foreign countries -
3 buitenslands
adv. abroad, in another country -
4 de ronde doen
v. patrol, get abroad -
5 exporteren
v. export, ship, send abroad, sell overseas -
6 rondbazuinen
v. trumpet forth, blaze abroad -
7 ruchtbaar
adj. public--------adv. abroad -
8 binnenland
2 [land binnen de grenzen] home♦voorbeelden: -
9 bronbelasting
-
10 buitenlands
1 [uit het buitenland] foreign♦voorbeelden:buitenlandse producten • foreign productseen buitenlandse reis • a trip abroad -
11 een buitenlandse reis
een buitenlandse reisVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een buitenlandse reis
-
12 gasten uit binnen- en buitenland
gasten uit binnen- en buitenlandVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > gasten uit binnen- en buitenland
-
13 in den vreemde
in den vreemdeabroad, in foreign parts -
14 in het buitenland gemaakt
in het buitenland gemaaktVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in het buitenland gemaakt
-
15 in het buitenland vertoeven
in het buitenland vertoevenbe (staying/travelling) abroadVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in het buitenland vertoeven
-
16 naar het buitenland vertrekken/gaan
naar het buitenland vertrekken/gaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > naar het buitenland vertrekken/gaan
-
17 propaganda maken voor eigen land
propaganda maken voor eigen landVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > propaganda maken voor eigen land
-
18 propaganda
♦voorbeelden:propaganda maken voor eigen land • sell one's country abroadpropaganda voor woningisolatie • (the) promotion of home insulation -
19 terug uit het buitenland
terug uit het buitenlandVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > terug uit het buitenland
-
20 terug
1 [achteruit; naar het punt van vertrek; weerom] back♦voorbeelden:de reis terug • the trip backik ben zo terug • I'll be back in a minuteheb je terug van 25 gulden? • do you have change for 25 guilders?hij is weer bij zijn vrouw terug • he is back with his wife againwij moeten terug • we have to go backterug jij! • get backheen en terug • back and forthterug naar af • back to square oneterug uit het buitenland • back from abroad2 enige jaren terug • a few years back/ago
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Abroad — A*broad , adv. [Pref. a + broad.] 1. At large; widely; broadly; over a wide space; as, a tree spreads its branches abroad. [1913 Webster] The fox roams far abroad. Prior. [1913 Webster] 2. Without a certain confine; outside the house; away from… … The Collaborative International Dictionary of English
abroad — [ə brôd′] adv. [ME abrode < on brod: see ON & BROAD] 1. broadly; far and wide 2. in circulation; current [a report is abroad that he has won] 3. outside one s house; outdoors [to stroll abroad] 4 … English World dictionary
abroad — (adv.) mid 13c., widely apart, from O.E. on brede, which meant something like at wide (see BROAD (Cf. broad) (adj.)). The sense out of doors, away from home (late 14c.) led to the main modern sense of out of one s country, overseas (mid 15c.) … Etymology dictionary
abroad — [adj] in a foreign country away, elsewhere, in foreign lands, in foreign parts, out of the country, overseas, touring, traveling; concept 583 Ant. at home … New thesaurus
abroad — ► ADVERB 1) in or to a foreign country or countries. 2) in different directions; over a wide area. 3) at large; in circulation. 4) archaic out of doors. ► NOUN ▪ foreign countries collectively … English terms dictionary
abroad — a|broad W3S2 [əˈbro:d US əˈbro:d] adv [Date: 1500 1600; Origin: abroad over a wide area (13 21 centuries), from broad] 1.) in or to a foreign country ▪ I ve never lived abroad before. ▪ She often goes abroad on business. ▪ We never travelled… … Dictionary of contemporary English
abroad — [[t]əbrɔ͟ːd[/t]] ♦♦♦ 1) ADV: ADV after v, n ADV, be ADV, from ADV If you go abroad, you go to a foreign country, usually one which is separated from the country where you live by an ocean or a sea. I would love to go abroad this year, perhaps to… … English dictionary
abroad — /euh brawd /, adv. 1. in or to a foreign country or countries: famous at home and abroad. 2. in or to another continent: Shall we go to Mexico or abroad this summer? 3. out of doors; from one place to another; about: No one was abroad in the… … Universalium
abroad — adverb 1 in or to a foreign country: I ve never lived abroad before. | go abroad: She often goes abroad on business. 2 formal if a feeling, piece of news etc is abroad, a lot of people feel it or know about it: commercial secrets which we did not … Longman dictionary of contemporary English
abroad — /əˈbrɔd / (say uh brawd) adverb 1. in or to a foreign country or countries: *There was nothing mythic at Sydney: momentous objects, beings, and events all occurred abroad or in the elsewhere of books. –shirley hazzard, 1980. 2. out of doors: *She …
abroad — adv. from abroad (he had to return from abroad) * * * [ə brɔːd] from abroad (he had to return from abroad) … Combinatory dictionary