-
1 nader ingaan op een kwestie
nader ingaan op een kwestie -
2 ingaan
2 [+ op][aandacht besteden aan] réagir (à)3 [+ op][positief reageren] accéder à4 [beginnen] commencer♦voorbeelden:een deur ingaan • entrerde verkeerde deur ingaan • se tromper de portewij gingen de duinen verder in • nous nous enfonçâmes dans les dunesik zag hem het huis ingaan • je le vis entrer dans la maisonde stad ingaan • aller en villede nieuwe week ingaan • aborder la nouvelle semaineeen weg ingaan • s'engager dans un chemin2 ergens niet op ingaan • laisser qc. de côténader ingaan op een kwestie • traiter une question plus à fondingaan tegen • s'opposer à3 gretig op iets ingaan • sauter sur qc.ingaan op een verzoek • accéder à une demande
Перевод: со всех языков на французский
с французского на все языки- С французского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский