-
1 droge
I 〈 het〉♦voorbeelden: -
2 Droge
'droːgəfdrogue fDrogeDrb8b49fd9o/b8b49fd9ge ['dro:gə] <-, -n>drogue Feminin; Beispiel: Drogen nehmen prendre de la drogue; Beispiel: harte/weiche Drogen des drogues dures/douces; Beispiel: unter Drogen stehen être drogué -
3 droge champagne
droge champagne -
4 droge grapjes
droge grapjes -
5 droge moesson
droge moesson -
6 droge waren
droge waren -
7 een droge keel hebben
-
8 dat is niet met droge ogen aan te zien
dat is niet met droge ogen aan te zienDeens-Russisch woordenboek > dat is niet met droge ogen aan te zien
-
9 een droge boterham
een droge boterham -
10 een droge klaas, vent
een droge klaas, vent -
11 een droge lever hebben
een droge lever hebben -
12 een droge, schorre hoest
een droge, schorre hoest -
13 geen droge draad aan het lijf hebben
geen droge draad aan het lijf hebbenDeens-Russisch woordenboek > geen droge draad aan het lijf hebben
-
14 iets op een droge plaats leggen
iets op een droge plaats leggenmettre qc. au secDeens-Russisch woordenboek > iets op een droge plaats leggen
-
15 op het droge zitten
op het droge zitten -
16 zich voelen als een vis op het droge
zich voelen als een vis op het drogeDeens-Russisch woordenboek > zich voelen als een vis op het droge
-
17 zijn schaapjes op het droge hebben
zijn schaapjes op het droge hebbenDeens-Russisch woordenboek > zijn schaapjes op het droge hebben
-
18 droog
2 [saai] assommant3 [m.b.t. opmerkingen] à froid♦voorbeelden:droog brood • du pain seceen droge keel hebben • avoir la gorge sècheiets op een droge plaats leggen • mettre qc. au secdroge waren • denrées solideshet is weer droog • il ne pleut pluseen droog vak • une matière arideII 〈 bijwoord〉1 [zonder vloeistof] à sec -
19 Cannabis
-
20 Harmlosigkeit
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Droge — Sf Rohstoff für Heilmittel (usw.); Rauschgift erw. fach. (16. Jh., etwas älter ist in dieser Bedeutung drogeri/ei) Entlehnung. Entlehnt aus frz. drogue (und droguerie), dessen Herkunft unklar und umstritten ist. Lokale Ableitung: Drogerie;… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Droge — Droge: Das Wort wurde Ende des 16. Jh.s in der Bedeutung »(tierischer oder pflanzlicher) Rohstoff« aus gleichbed. frz. drogue entlehnt, das wahrscheinlich zu nhd. ↑ trocken gehört, und zwar als Entlehnung aus dessen niederd. Form droge oder… … Das Herkunftswörterbuch
dröge — Adj trocken, langweilig per. Wortschatz ndd. (16. Jh., Bedeutung 19. Jh.) Stammwort. Niederdeutsche Entsprechung zu trocken, die Übertragung auf Personen in der Hochsprache erst spät bezeugt. deutsch gw … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Droge — [Aufbauwortschatz (Rating 1500 3200)] Auch: • Arzneimittel • Rauschgift • Medikament Bsp.: • Es gibt ein neues Mittel gegen Kopfschmerzen. • Das ist ein neues Medikament für AIDS … Deutsch Wörterbuch
Droge — Verschiedene psychoaktive Substanzen Als Droge werden im heutigen deutschen Sprachgebrauch stark wirksame psychotrope Substanzen und Zubereitungen aus solchen bezeichnet. Allgemein weisen Drogen eine bewusstseins und wahrnehmungsverändernde… … Deutsch Wikipedia
Dröge — Die Dröge in Lübeck Detail der … Deutsch Wikipedia
Droge — a) Arzneimittel, Heilmittel, Medikament, Medizin, Mittel; (österr.): Heilbehelf; (bildungsspr.): Pharmakon, Pharmazeutikum; (veraltend): Arznei; (Fachspr.): Präparat; (Med.): Remedium; (Med., Psychol.): Therapeutikum. b) Betäubungsmittel,… … Das Wörterbuch der Synonyme
dröge — prosaisch; nüchtern; dürftig; amusisch; phantasielos; trocken; fad; trist; trostlos; langweilig; öde; farblos; … Universal-Lexikon
Droge — Suchtstoff; Rauschmittel; Suchtmittel; Betäubungsmittel; Stoff (umgangssprachlich); Suchtgift; Rauschgift; Dope * * * Dro|ge [ dro:gə], die; , n: 1. Rauschgift (besonder … Universal-Lexikon
Dröge — niederdeutscher Übername zu mnd. droge »trocken«, auch »ausgetrocknet, dürr« für einen vertrockneten, dürren Menschen … Wörterbuch der deutschen familiennamen
Droge — Die beste Droge ist ein klarer Kopf. «Herbert Hegenbarth [* 1944]; Autor des Buches Durststrecke» … Zitate - Herkunft und Themen