-
1 fermer
fermer [fermee]1 sluiten ⇒ dichtgaan, gesloten zijnII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (af)sluiten ⇒ dichtmaken, uitdoen♦voorbeelden:fermer à clef • op slot doenfermer au verrou • (af)grendelenc'est l'heure, on ferme • het is sluitingstijd→ porte1 dichtgaan ⇒ dichtvallen, zich sluiten♦voorbeelden:1. v1) sluiten, dichtgaan2) (af)sluiten, dichtmaken2. se fermerv1) dichtgaan -
2 coller
coller [kollee]♦voorbeelden:3 coller à la pensée de qn. • iemands gedachte precies uitdrukken; 〈 ook〉 zich inspannen om iemands gedachte goed te kunnen volgencoller à un texte • 〈 van vertaling〉 te woordelijk zijn; 〈 van vertaler〉 te dicht bij het origineel blijven4 ça colle! • dat gaat goed!, dat klopt!, afgesproken!ça ne colle pas entre eux • het klikt niet tussen henII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanplakken ⇒ (vast)plakken, lijmen, dichtplakken4 〈 informeel〉gooien (in, tegen) ⇒ met kracht smijten (in, tegen)6 〈 vooral onderwijs〉 een strikvraag stellen ⇒ (met een vraag) in het nauw brengen ⇒ 〈 kandidaat〉 laten zakken♦voorbeelden:coller qn. en prison • iemand in de gevangenis zettencoller qc. par terre • iets op de grond smijten7 être collé • (moeten) nablijven, nazitten♦voorbeelden:se coller du rouge à lèvres • lippenstift opdoens'y coller • 〈 bij verstoppertje spelen〉met de ogen geblinddoekt wachten, terwijl de anderen zich gaan verstoppencolle-toi là • ga daar maar zittense coller devant la télévision • zich voor de televisie installeren1. v1) kleven (aan), vastplakken (aan)2) nauw sluiten [kleding]4) gesmeerd lopen, klikken5) aanplakken, dichtplakken6) lijmen8) smijten9) toedienen10) verkopen [klap]11) aansmeren, opdringen13) laten zakken14) laten nablijven [leerling]15) lastig vallen, hinderen [door zijn onophoudelijke aanwezigheid]2. se collerv2) zich toeleggen (op) [ondanks tegenzin] -
3 aveugler
aveugler [aavuglee]1. v1) verblinden2) stoppen [lek]3) dichtmetselen [raam]2. s'aveugler (sur)vniet willen zien, de ogen sluiten (voor) -
4 barricader
barricader [baariekaadee]♦voorbeelden:1. v1) versperren2) goed (af)sluiten, dichttimmeren2. se barricaderv -
5 boutonner
boutonner [boetonnee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1. v3) dichtknopen2. se boutonnerv -
6 conclure
conclure [kõkluur]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:v3) beslissend/afdoende zijn [juridisch]4) (af)sluiten [overeenkomst, koop, vrede, huwelijk]5) beëindigen -
7 contracter
contracter [kõtraaktee]1 〈 schuld, verplichting, verbintenis, verbond〉 aangaan ⇒ 〈 verplichting, verantwoordelijkheid〉 op zich nemen ⇒ 〈 verzekering〉 afsluiten ⇒ 〈 lening, huwelijk〉 sluiten♦voorbeelden:4 être contracté • nerveus, gespannen zijn1. v1) (af)sluiten [contract]2) aangaan [verplichting]3) op zich nemen [verantwoordelijkheid]4) oplopen [ziekte]5) aannemen [gewoonte]6) (doen) samentrekken [spieren]7) spannen [spieren]2. se contracterv2) verstarren [gezicht] -
8 lier
lier [lie.ee]1 binden ⇒ verbinden, vastbinden♦voorbeelden:lier ses idées • zijn gedachten logisch verbindenlier une sauce • een saus bindendans cette affaire tout est lié • in deze zaak houdt alles verband met elkaarêtre fou à lier • stapelgek zijnêtre lié à, avec qn. d'amitié • met iemand bevriend zijnils sont très liés • ze zijn erg met elkaar bevriendlier connaissance avec qn. • iemand leren kennenlier conversation avec qn. • met iemand een gesprek aanknopen♦voorbeelden:v1) (ver)binden, vastbinden2) aanknopen [vriendschap] -
9 resserrer
resserrer [rəserree]1 kleiner maken ⇒ inkrimpen, bekorten2 samentrekken ⇒ op elkaar klemmen, sluiten♦voorbeelden:3 strakker aangehaald worden ⇒ strakker aangetrokken, nauwer aangehaald worden♦voorbeelden: -
10 accord
accord [aakor]〈m.〉1 overeenstemming ⇒ harmonie, eensgezindheid2 overeenkomst ⇒ schikking, vergelijk3 goedkeuring ⇒ toestemming, instemming♦voorbeelden:tomber, se mettre d' accord • het eens wordenmettre d' accord • tot overeenstemming brengend' accord 〈 informeel〉, d' acc. • in orde, okayaccord de principe • beginselakkoordaccord sur les salaires • loonakkoordaccord sectoriel • deelakkoordconclure, passer un accord • een akkoord sluiten1. m2) overeenkomst3) goedkeuring4) akkoord, samenklank [muziek]2. d'accordinterjgoed, in orde, okee -
11 alliance
alliance [aaljãs]〈v.〉1 alliantie ⇒ verdrag, verbond♦voorbeelden:f1) bondgenootschap, verbond2) combinatie3) huwelijk4) trouwring -
12 amitié
amitié [aamietjee]〈v.〉2 gunst ⇒ genoegen, groet♦voorbeelden:se lier d'amitié avec qn. • vriendschap met iemand sluitenprendre qn. en amitié • vriendschap voor iemand opvattenpar amitié • uit vriendschapfaites-moi l'amitié d' assister à ma fête • doe me een genoegen en kom op mijn feestje→ cadeau1. f 2. amitiésf pl -
13 associer
associer [aasosjee]1 verenigen ⇒ bijeenbrengen, samenvoegen1 〈+ à〉 zich aansluiten (bij) ⇒ 〈+ à, avec〉 een vennootschap aangaan (met), een bondgenootschap sluiten (met)1. v1) verenigen, samenvoegen3) betrekken (bij, in)2. s'associer (à)v -
14 boutique
boutique [boetiek]〈v.〉3 modehuis4 koopwaar♦voorbeelden:tenir boutique • een zaak hebbenf1) boetiek, kledingzaak2) winkel, modehuis3) koopwaar4) specialisme -
15 cacheter
cacheter [kaasĵtee]〈 werkwoord〉2 verzegelen ⇒ dicht-, toelakken, van een stempel voorzien♦voorbeelden:v1) dichtplakken [brief]2) verzegelen -
16 cadenasser
-
17 conclusion
conclusion [kõkluuzjõ]〈v.〉1 (het) afsluiten ⇒ (het) sluiten, sluiting2 slot ⇒ einde, besluit3 conclusie ⇒ gevolgtrekking, slotsom♦voorbeelden:1. f1) (het) afsluiten, beëindiging2) slot, einde3) conclusie, gevolgtrekking2. conclusionsf pl -
18 consigner
consigner [kõsienjee]〈 werkwoord〉♦voorbeelden:v4) laten nablijven [school]5) consigneren, binnenhouden [leger]7) de toegang ontzeggen (tot), sluiten -
19 contrat
contrat [kõtraa]〈m.〉1 contract ⇒ overeenkomst, verdrag2 akte♦voorbeelden:contrat de vente • koopcontractcontrat social • maatschappelijk verdragpasser un contrat • een contract sluiten, een overeenkomst aangaanpar contrat • bij contract, volgens overeenkomstmcontract, overeenkomst -
20 fermeture
fermeture [fermətuur]〈v.〉1 sluiting2 (het) (af)sluiten ⇒ afsluiting, sluitwerk♦voorbeelden:f1) sluiting2) sluitwerk3) sluitingsuur
См. также в других словарях:
sluiten — sroto … Woordenlijst Sranan
Germanic strong verb — In the Germanic languages, a strong verb is one which marks its past tense by means of ablaut. In English, these are verbs like sing, sang, sung. The term strong verb is a translation of German starkes Verb , which was coined by the linguist… … Wikipedia
Beutel — 1. Alte beüdel schliessen übel. – Tappius, 8a; Lehmann, II, 26, 22; Henisch, 357; Simrock, 1060; Tunn., 20, 1; Grimm, I, 1751; Sutor, 646. Holl.: Olde budelen sluten qualic. (Fallersleben, 577.) – Oude beurzen sluiten niet wel. (Harrebomée, I, 53 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Slot — Slot, n. [LG. & D. slot a lock, from a verb meaning to close., to shut, D. sluiten; akin to G. schliessen, OHG. sliozan, OFries. sl?ta, and probably to L. claudere. Cf. {Close}, {Sluice}.] 1. A broad, flat, wooden bar; a slat or sloat. [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
Same-sex marriage in the Netherlands — Two men marrying in Amsterdam, Netherlands, in the first month marriage there was opened to same sex couples (2001).[clarification needed] … Wikipedia
Battle of Java (1942) — This article concerns the land battle of Java in 1942. For the preceding naval battle see Battle of the Java Sea. Battle of Java Part of World War II, Pacific War … Wikipedia
Alkema — Henk Alkema (* 20. November 1944 in Harlingen, Niederlande) ist ein zeitgenössischer, niederländischer Komponist. Sein Studium absolvierte er am Königlichen Konservatorium in Den Haag bei Léon Orthel und ab 1976 Dirigieren bei Willem Frederik Bon … Deutsch Wikipedia
Henk Alkema — (* 20. November 1944 in Harlingen, Niederlande; † 4. August 2011 in Utrecht[1]) war ein zeitgenössischer, niederländischer Komponist. Inhaltsverzeichnis 1 Leben und Wirken 2 Werke … Deutsch Wikipedia
Bataille de Java — Informations générales Date 28 février au 12 mars 1942 Lieu île de Java Issue victoire japonaise … Wikipédia en Français
Marianne Weber (chanteuse) — Pour les articles homonymes, voir Marianne Weber. Marianne Weber, née le 5 décembre 1955 à Utrecht, est une chanteuse néerlandaise. Au début des années 90, elle forme le Holland Duo aux côtés de Jan Verhoeven. Elle enregistre son premier hit en… … Wikipédia en Français
Marianne weber (chanteuse) — Pour les articles homonymes, voir Marianne Weber. Marianne Weber, née le 5 décembre 1955 à Utrecht, est une chanteuse néerlandaise. Au début des années 90, elle forme le Holland Duo aux côtés de Jan Verhoeven. Elle enregistre son premier hit en… … Wikipédia en Français