-
1 place/put a strain on someone
place/put a strain on someone -
2 strain
n. spanning; (het) drukken; moeite; verstuiken; melodie; toon; tendens, richting; karakter; afkomst--------v. spannen; inspannen; krom buigen; zevenstrain1[ streen] 〈 zelfstandig naamwoord〉8 stam ⇒ ras, soort♦voorbeelden:————————strain21 zich inspannen ⇒ moeite doen, zwoegen♦voorbeelden:2 strain at the leash • aan de teugels trekken, zich los willen rukken 〈 in het bijzonder figuurlijk〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉7 afgieten♦voorbeelden:2 strain one's eyes • turen, ingespannen kijkenstrain one's voice • zijn stem forceren -
3 on
adj. aan--------adv. verder; vooruit; vooruitgaan--------prep. op; aan; over; langson1[ on] 〈zelfstandig naamwoord; the〉————————on2II 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉2 aan de gang ⇒ gaande, te doen3 op 〈 toneel〉♦voorbeelden:what's on tonight? • wat is er vanavond te doen?, welke film draait er vanavond?, wat is er op tv vanavond?5 oil on to \\td16 • olie stijgt tot \\td16¶ I'm on! • okay, ik doe meeyour plan is not on • je plan(netje) gaat niet doorthe wedding is on • het huwelijk gaat dooryou're on • daar houd ik je aan!————————on3〈bijwoord; vaak predicatief〉1 in werking ⇒ aan, in functie4 〈plaats- of richtingaanduidend; ook figuurlijk〉op ⇒ tegen, aan, toe♦voorbeelden:what's going on? • wat is er aan de hand?have you anything on tonight? • heb je plannen voor vanavond?leave the light on • het licht aan latenput a record on • zet een plaat opturn the lights on • steek het licht aanput on your new dress • trek je nieuwe jurk aan3 five years on • vijf jaar na dato/latercome on! • schiet op!get a move on! • maak voort!go on! • ga maar door, toe!all clocks go on an hour tomorrow • morgennacht gaan alle klokken een uur vooruitthe circus is moving on • het circus trekt verderpass the news on • zeg het voortsend on • doorsturen, nazendenspeak on • door blijven pratenthey travelled on • ze reisden verderwalk on • doorlopenlater on • laterand so on • enzovoortwell on into the night • diep in de nachtwell on in years • op gevorderde leeftijd(talk) on and on • alsmaar door/zonder onderbreking (praten)on! • vooruit!from that moment on • vanaf dat ogenblikthey collided head on • ze botsten frontaalshe looked on • ze keek toe¶ on and off • af en toe, (zo) nu en dan————————on41 〈plaats of richting; ook figuurlijk〉op ⇒ in, aan, bovenop5 over ⇒ met betrekking tot, aangaande, betreffende6 ten koste van ⇒ op kosten van, in het nadeel van♦voorbeelden:the sun revolves on its axis • de zon draait om haar aslive on bread and water • leven van water en broodride on a bus • met de bus gaanstand on the chair • op de stoel staanstay on course • koers houdena stain on her dress • een vlek op haar jurkthey marched on the enemy • ze marcheerden op de vijand affate smiled on Jill • het lot was Jill gunstig gezindshe hurt herself on the ledge • zij bezeerde zich aan de randpay off a sum on the loan • een som op de lening afbetalentravel on a plane • met het vliegtuig reizenwar on poverty • oorlog tegen de armoedeannounced on the radio • op de radio aangekondigdon the right road • op de juiste wega shop on the main street • een winkel in de hoofdstraatencounter trial upon trial • de ene beproeving na de andere doorstaanget on the train • instappenhang on the wall • aan de muur hangenI had no money on me • ik had geen geld op zaklean on a friend • steunen op een vriendon your right • aan de rechterkanta house on the river • een huis bij de rivierwinter is upon us • de winter staat voor de deurjust on sixty people • amper zestig mensenarrive on the hour • op het hele uur aankomenpay on receipt of the goods • betaal bij ontvangst van de goederenon the stroke of midnight • klokslag middernachtcome on Tuesday • kom dinsdagon opening the door • bij het openen van de deuron reading the letter she fainted • (net) toen ze de brief gelezen had, viel ze flauwbe on duty • dienst hebbenbe on fire • in brand staanon holiday • met vakantieon sick leave • met ziekteverlofbeer on tap • bier uit het vaton trial • op proefhave a monopoly on shoes • een monopolie hebben van schoenenagree on a solution • tot een akkoord komen over een oplossingthe joke was on Mary • de grap was ten koste van Maryhis work has nothing on Mary's • zijn werk haalt het niet bij dat van Maryshe has a year on her opponents in age • ze is een jaar ouder dan haar tegenkandidatenthe glass fell and broke on me • tot mijn ergernis viel het glas en brakthis round is on me • dit rondje is voor mij→ be on be on/ -
4 under
prep. beneden, onderunder1[ undə] 〈 bijwoord〉1 (er/hier/daar)onder ⇒ (naar) beneden, omlaag 〈 ook figuurlijk〉♦voorbeelden:1 when does the sun go under? • wanneer gaat de zon onder?see under for details • voor nadere toelichting zie onderaangroups of nine and under • groepen van negen en minderhe is down under • hij is beneden3 the drug put her under for the evening • door het verdovingsmiddel raakte zij buiten bewustzijn die avond→ down down/————————under2〈 voorzetsel〉♦voorbeelden:under the cliffs • aan de voet van de klippenmy father served under Montgomery • mijn vader diende onder Montgomeryhe wrote under another name • hij schreef onder een andere naamhe spoke to her under the pretext of asking the way • hij sprak haar aan onder het mom de weg te vragenbe under full sail • met volle zeilen varenborn under a lucky star • onder een goed gesternte geborenplace under the sun • plekje onder de zonI am under contract to stay • ik ben contractueel verplicht om te blijventhe issue under discussion • het probleem dat ter discussie staatunder fire • onder vuurplaced under guard • onder bewaking gesteldunder the law • volgens/krachtens de wetunder penalty of death • op straffe des doodsit's under repair • het wordt gerepareerdcollapse under the strain • het onder de spanning begevenjust under a mile • net iets minder dan een mijlchildren under six • kinderen beneden de zes jaar
См. также в других словарях:
strain — {{Roman}}I.{{/Roman}} noun 1 severe demand on strength, resources, etc. ADJECTIVE ▪ considerable, enormous, great, heavy, real, severe, terrible, tremendous ▪ … Collocations dictionary
strain — 01. I [strained] my back picking up a large box while we were moving into our new apartment. 02. His long hours at work have really put a [strain] on his marriage. 03. The medical system in this province is under severe [strain], with many… … Grammatical examples in English
strain — 1 noun 1 WORRY (C, U) worry caused by having to deal with a problem or work too hard over a long period of time: The trial has been a terrible strain for both of us. | put a strain on sb/sth: Nick s frequent trips were putting a strain on their… … Longman dictionary of contemporary English
strain — I n. exertion tension 1) to impose, place, put a strain on 2) to stand the strain 3) to ease, relieve the strain 4) an emotional, mental; physical strain 5) back strain; eyestrain 6) a strain on (a strain on relations) 7) under a strain II v … Combinatory dictionary
strain — I 1. verb 1) take care that you don t strain yourself Syn: overtax, overwork, overextend, overreach, drive too far; exhaust, wear out; overdo it; informal knock oneself out 2) you have strained a muscle Syn: injure, da … Thesaurus of popular words
strain — [streɪn] noun I 1) [C/U] worries or difficulties that are caused by a difficult situation This war will put a strain on the economy.[/ex] She s been under a lot of strain since the divorce.[/ex] 2) [C/U] physical pressure or effort All that… … Dictionary for writing and speaking English
strain yourself — 1 : to injure yourself by making your muscles do too much work Don t strain yourself trying to move the couch. 2 : to put a lot of physical or mental effort into doing something Don t strain yourself trying to think of the answer. I can tell you… … Useful english dictionary
strain — strain1 [streın] n ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(worry)¦ 2¦(difficulty)¦ 3¦(force)¦ 4¦(injury)¦ 5¦(plant/animal)¦ 6¦(quality)¦ 7¦(way of saying something)¦ 8 strains of something ▬▬▬▬▬▬▬ [Sense: 1 4; Date: 1500 1600; Origin … Dictionary of contemporary English
strain — [[t]stre͟ɪn[/t]] ♦♦♦ strains, straining, strained 1) N VAR: oft under N, N on n If strain is put on an organization or system, it has to do more than it is able to do. The prison service is already under considerable strain... The vast expansion… … English dictionary
Strain theory (sociology) — In criminology, the strain theory states that social structures within society may encourage citizens to commit crime. Following on the work of Émile Durkheim, Strain Theories have been advanced by Merton (1938), Cohen (1955), Cloward and Ohlin… … Wikipedia
strain — strain1 [ streın ] noun ** ▸ 1 pressure ▸ 2 injury ▸ 3 type of animal etc. ▸ 4 characteristic ▸ 5 sound ▸ + PHRASES 1. ) count or uncount pressure caused by a difficult situation: a strain on something: This war will put a great strain on the… … Usage of the words and phrases in modern English