-
1 dans un moment
dans un momentin een ogenblik, weldra -
2 moment
moment [mommã]〈m.〉♦voorbeelden:à aucun moment • geen momentd'un moment à l'autre • van het ene moment op het andere, ieder ogenblikà un moment donné • op een gegeven momentle moment présent • dit ogenblik, nuà tous moments, à tout moment • onophoudelijk, telkensau moment voulu • op het juiste ogenblikil n'y a qu'un moment pour chaque chose • alles op zijn tijdc'est un mauvais moment à passer pour nous • wij moeten door de zure appel heen bijtenprendre qn. dans un mauvais moment • iemand in een slechte bui aantreffenle moment d'après • het volgende ogenblikc'est le moment ou jamais • nu of nooità ce moment(-là) • op dat ogenblik, toendans un moment • in een ogenblik, weldraen ce moment • op het ogenblik, nuen un moment • in een wip, ommezienpar moments • nu en danpour le moment • op dit ogenblik, vooralsnog, voorlopigpour un moment • voor een ogenblik, zóje n'en ai que pour un moment • ik ben zo klaaril en a pour un bon moment • hij heeft nog wel even werksur le moment • op dat ogenblik, op het moment zelfau moment où • op het moment dat, wanneer, toenjusqu'au moment où • totdatdu moment que • nu, daar, aangezienmmoment, ogenblik -
3 un moment difficile dans la vie
un moment difficile dans la vieDictionnaire français-néerlandais > un moment difficile dans la vie
-
4 prendre qn. dans un mauvais moment
prendre qn. dans un mauvais momentDictionnaire français-néerlandais > prendre qn. dans un mauvais moment
-
5 instant
instant1 [ẽstã]〈m.〉♦voorbeelden:1 à l'instant • ogenblikkelijk; daarnetà chaque, tout instant • telkens, steedsà l'instant (même) où • juist op het moment waaropdans un instant • dadelijk, gauwvivre dans l'instant • van de ene dag in de andere levenen un instant • in een oogwenkpar instants • soms, nu en danpour l'instant • op het moment, vooreerst————————instant2 [ẽstã]〈 bijvoeglijk naamwoord〉 〈 formeel〉1 dringend2 dreigend ⇒ onmiddellijk, op handen zijndmmoment, ogenblik -
6 esprit
esprit [esprie]〈m.〉1 geest ⇒ verstand, denkvermogen2 aard ⇒ geest, karakter♦voorbeelden:〈 spreekwoord〉 les beaux, grands esprits se rencontrent • twee zielen, één gedachte〈 spreekwoord〉 l'esprit est prompt, la chair est faible • de geest is gewillig, maar het vlees is zwakoù avais-je l'esprit? • waar was ik met mijn gedachten?avoir l'esprit, le bon esprit de faire qc. • op het (goede) idee komen iets te doenne pas avoir tous ses esprits • niet helemaal goed bij zijn hoofd zijnperdre l'esprit • zijn verstand verliezenreprendre, retrouver ses esprits • weer tot zichzelf komen; weer bijkomenvenir à l'esprit • invallenavoir l'esprit ailleurs • er niet met zijn gedachten bij zijndans mon esprit • naar mijn ideeen esprit, par l'esprit • in de geest, in gedachtenavoir l'esprit de corps • korpsgeest, groepsgevoel hebbenavoir l'esprit de décision • besluitvaardig zijnavoir l'esprit d'entreprise • ondernemingsgeest hebben, ondernemend zijnavoir l'esprit de l'escalier • nooit alert reagerenétat d'esprit • geestestoestandesprit d'initiative • ondernemingsgeestesprit de sacrifice • opofferingsgezindheidavoir l'esprit de suite • consequent zijnavoir l'esprit aventureux • avontuurlijk (van aard) zijnavoir bon esprit • van goeden wille zijnun grand esprit • een groot, edel mensil fait preuve de mauvais esprit • het ontbreekt hem aan goede wilc'est un petit esprit • hij heeft een klein denkraamcalmer les esprits • de gemoederen bedarenne pas avoir l'esprit à faire qc. • geen zin hebben iets te doenil nous traite dans un esprit de dénigrement • hij behandelt ons altijd op een denigrerende manieravoir de l'esprit • geestig zijnce n'est pas le moment de faire de l'esprit • het is nu het moment niet om leuk te zijnesprits frappeurs • klopgeestenEsprit Saint • Heilige Geestm1) geest, verstand2) aard, karakter3) geestigheid4) spook5) adem6) alcohol -
7 difficile
difficile [diefiesiel]♦voorbeelden:il m'est difficile d'en parler • het valt me zwaar erover te sprekencela est difficile à réussir • het is moeilijk om daarin te slagengagner difficilement sa vie • moeilijk rondkomenle difficile • het moeilijkesituation difficile • hachelijke situatiefaire le (la) difficile • te veeleisend zijntu vas pas faire le difficile n'est-ce pas? • je gaat toch niet moeilijk zitten doen, hè?→ critiqueadj1) zwaar, moeizaam2) moeilijk, ingewikkeld3) onbegaanbaar4) pijnlijk, hachelijk5) veeleisend, kieskeurig -
8 minute
minute [mienuut]〈v.; ook tussenwerpsel〉1 minuut ⇒ min.2 ogenblik(je) ⇒ oogwenk, ommezien♦voorbeelden:1 cinq minutes! • wacht even!, een ogenblikje!dans cinq, trois minutes • zo meteendes minutes de coiffeur • heel lang, een eeuwigheidentrecôte minute • gegrilde entrecotenettoyage minute • snelstomerijla minute de vérité • het uur der waarheid, het beslissende momentà la minute • op staande voetil est arrivé à la minute au rendez-vous • hij is stipt op tijd op de afgesproken plaats aangekomenà la minute (même) où • op het ogenblik datd' une minute à l'autre • op elk ogenblikje reviens dans une minute • ik kom dadelijk terug¶ minute (papillon)! • een ogenblik!1. f1) minuut2) ogenblik3) oorspronkelijke akte [juridisch]2. interj -
9 présent
présent1 [preezã]〈m.〉1 (het) heden ⇒ (het) tegenwoordige, (het) nu♦voorbeelden:à présent • tegenwoordigdès à présent • vanaf hedenjusqu'à présent • tot nu toepour le présent • voor het momentà présent qu' il est malade • nu hij ziek is————————présent2 [preezã]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:être présent à qc. • iets bijwonenne pas être présent à la conversation • met z'n gedachten niet bij het gesprek zijncela me sera toujours présent • dat zal me altijd bijblijvenla présente • deze briefpar la présente • bij deze, hierbijprésent! • present!participe présent • tegenwoordig deelwoorddans le cas présent • in dit geval1. adj1) aanwezig2) tegenwoordig2. interj -
10 autre
autre [ootr]〈onbepaald bijvoeglijk naamwoord; ook onbepaald voornaamwoord〉1 ander ⇒ andere, nog een♦voorbeelden:autre chose • iets andersbeaucoup, bien d'autres choses encore • nog heel wat andere dingend'une façon ou d'une autre • op de een of andere wijzec'est un autre Venise • dat is een tweede Venetiëaucun autre • geen anderpersonne d'autre • niemand andersquelque chose d'autre • iets andersquelqu'un d'autre • iemand andersqui d' autre que lui • wie anders dan hijil n'y a rien d' autre • er is niets andersce n'est rien d' autre qu'une catastrophe • het is een ware ramptous les autres passagers • alle andere, overige passagiersun tout autre cas • een heel ander gevaltout autre • ieder anderj'en ai vu bien d'autres • ik heb wel andere dingen meegemaaktd'un moment à l'autre • ieder ogenblikà d'autres! • maak dat anderen wijs!entre autres • onder andere(n)sans autres explications • zonder verdere uitlegl' autre • de ander(e)l'un dans l' autre • alles bij elkaarl'un et l' autre sont venus • beiden zijn gekomenni l'un ni l' autre ne sont venus • geen van beiden is gekomenc'est tout l'un ou tout l' autre • het is hollen of stilstaanl'un l' autre • elkaarles autres • de anderenles uns et les autres • allen, allemaalaimez-vous les uns les autres • hebt elkaar liefc'est un homme comme un autre • het is een heel gewoon iemandil m'a pris pour un autre • hij heeft mij voor iemand anders aangezientu as mangé une pomme, en veux-tu une autre? • je hebt een appel gegeten, wil je er nog een?dépêchez-vous, vous autres • schiet op, julliepron, adjander(e), nog een -
11 cas
cas [kaa]〈m.〉1 geval ⇒ zaak, kwestie♦voorbeelden:cas de guerre • aanleiding tot oorlog, casus bellicas limite • grensgevalle cas échéant • als het geval zich voordoet, in voorkomende gevallencas social • maatschappelijk probleemgevalc'est son cas aussi • dat is met hem ook het gevalc'est le cas ou jamais • nu of nooitc'est (bien) le cas de le dire • zeg dat welfaire cas de • belangrijk vindenfaire grand cas de • veel waarde hechten aanfaire peu de cas de • weinig waarde hechten aanau cas où • ingevaldans tous les cas où • elke keer daten cas de besoin • als 't nodig isen cas de • in geval vanen tout cas • in elk geval〈 informeel〉 en cas • in elk geval, als het zover mocht komenselon le cas • naar omstandigheid¶ cas type • modelgeval, -zaakm1) geval, kwestie2) ziektegeval3) reden4) naamval -
12 inconscience
inconscience [ẽkõsjãs]〈v.〉1 onverantwoordelijkheid ⇒ onbedachtzaamheid, lichtzinnigheid♦voorbeelden:l'inconscience de la minute qui va suivre • het niet in staat zijn verder te zien dan het momentf -
13 juste
juste1 [zĵuust]〈m.〉♦voorbeelden:————————juste2 [zĵuust]2 rechtmatig ⇒ eerlijk, juist3 precies ⇒ nauwkeurig, juist♦voorbeelden:juste punition • gerechte strafà la seconde juste • op de seconde af→ milieu————————juste3 [zĵuust]〈 bijwoord〉1 precies ⇒ juist, nauwkeurig, net♦voorbeelden:tomber juste • op het juiste moment komenje ne sais pas au juste • dat weet ik niet zo precies2 tout juste • maar net, nauwelijksc'est tout juste s'il ne m'a pas frappé • het scheelde maar een haar of hij had me geslagen¶ comme de juste • natuurlijk, uiteraard1. adj1) rechtvaardig, eerlijk2) rechtmatig, juist3) precies, nauwkeurig4) krap, nauw [kleding]2. adv1) precies, juist, net2) krap, nauwelijks3) slechts, alleen maar -
14 seconde
seconde [səgõd]〈v.〉1 seconde ⇒ tel, ogenblik, moment♦voorbeelden:trois mètres seconde • drie meter per secondedans, en une seconde, deux secondes • dadelijkune seconde! • een ogenblik!f1) seconde, ogenblik2) vijfde klas [onderwijs]3) tweede klas [openbaar vervoer]4) tweede versnelling [auto]5) seconde [muziek]
См. также в других словарях:
moment — [ mɔmɑ̃ ] n. m. • 1119; lat. momentum, contract. de movimentum « mouvement » I ♦ 1 ♦ Espace de temps limité (relativement à une durée totale) considéré le plus souvent par rapport aux faits qui le caractérisent. ⇒ 2. instant, intervalle; heure,… … Encyclopédie Universelle
moment — 1. (mo man) s. m. 1° Partie petite, mais indéterminée, du temps. • Un moment donne au sort des visages divers, CORN. Cid, I, 1. • Un moment l a fait naître, un moment va l éteindre, CORN. ib. II, 3. • Un moment est bien long à qui ne sait … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
dans — [ dɑ̃ ] prép. • denz adv. XIIe; a remplacé en comme prép.; lat. pop. de intus, renforcement de intus « dedans » ♦ Préposition indiquant la situation d une personne, d une chose par rapport à ce qui la contient (⇒ inter , intra ). 1 ♦ Marque le… … Encyclopédie Universelle
moment — MOMENT. s. m. Instant, la plus petite partie du temps qu on puisse s imaginer. Il n y a aucun moment dans la vie où nous n ayons besoin de la toute puissance de Dieu pour nous conserver. le moment de la conception. le moment de la mort. l… … Dictionnaire de l'Académie française
MOMENT — n. m. Instant, petite partie du temps, temps fort court. Le moment de la mort ou les derniers moments. Attendez moi pendant quelques moments, et, par ellipse, Attendez un moment, attendez moi quelques moments. Je reviens dans un moment. J’aurai… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
MOMENT — s. m. Instant, petite partie du temps, temps fort court. Le moment de la mort. Le dernier moment. Ses malheurs ont avancé son dernier moment, ses derniers moments. Attendez moi pendant quelques moments , et par ellipse, Attendez un moment,… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
moment — nm., instant, laps de temps ; époque, temps, période : meuman (Megève), moman (Alex 019, Bogève 217, Magland, Giettaz 215c, St Nicolas Chapelle, Saxel 002), momê (Aillon Vieux, Aix, Albanais 001b PPA, Annecy 003b, Balme Sillingy 020, Bellecombe… … Dictionnaire Français-Savoyard
DANS — Préposition de lieu qui marque Le rapport d une chose à ce qui la contient ou la reçoit. Être dans la chambre. Entrer dans la chambre. Mettre quelque chose dans une cassette, etc. Avoir quelque chose dans la bouche. Recevoir un coup d épée dans… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
Moment Angulaire — Pour les articles homonymes, voir Moment. Un gyroscope tournant sur un clou En physique, le moment angulaire ou mom … Wikipédia en Français
Moment Magnétique — Pour les articles homonymes, voir Moment. En physique, le moment magnétique est une grandeur vectorielle qui permet de mesurer l intensité d une source magnétique. La source peut être une distribution de courant, ou bien un matériau présentant un … Wikipédia en Français
Moment cinetique — Moment angulaire Pour les articles homonymes, voir Moment. Un gyroscope tournant sur un clou En physique, le moment angulaire ou mom … Wikipédia en Français