-
1 de stop is doorgeslagen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de stop is doorgeslagen
-
2 de zekeringen zijn doorgeslagen
de zekeringen zijn doorgeslagenthe fuses have blown; 〈razend zijn; informeel〉 he/ 〈enz.〉 has blown his top ; 〈in geestelijke crisis raken; informeel〉 he/ 〈enz.〉 has flipped his lidVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de zekeringen zijn doorgeslagen
-
3 inwaaien
1 [stukwaaien] be blown in♦voorbeelden:II 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [met betrekking tot de wind] blow in♦voorbeelden: -
4 omwaaien
II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [doen omvallen] blow down -
5 waaien
1 [blazen] blow♦voorbeelden:de pannen waaien van het dak • the roof tiles are being blown off the roofeen laat-maar-waaienpolitiek • a laissez-faire policyII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
6 zekering
♦voorbeelden:1 de zekeringen zijn doorgeslagen • the fuses have blown; 〈razend zijn; informeel〉 he/ 〈enz.〉 has blown his top ; 〈in geestelijke crisis raken; informeel〉 he/ 〈enz.〉 has flipped his lid -
7 cilinderglas
n. hand-blown window glass -
8 exploderen
v. explode, blow up; be blown up; shatter -
9 in volle bloei
adj. full blown -
10 ontloken
adj. blown -
11 uitgebloeid
adj. blown, overblown -
12 verwaand
adj. conceited, self conceited, presuming, presumptuous, supercilious, arrogant, important, cocky, cocksure, self sufficient, self sufficing, high blown, overweening, stuck up, perk, perky, set up, pedantic, pedantical--------adv. conceitedly, arrogantly, superciliously -
13 volleerd
adj. finished, seasoned, full blown -
14 volslagen
adj. complete, absolute, total, utter, perfect, plumb, clean, full blown--------adv. completely, absolutely, totally, utterly, plumb, stark -
15 aanwaaien
1 [zonder moeite eigen worden] come naturally to2 [door de wind aangevoerd worden] blow about/along♦voorbeelden: -
16 afblazen
1 [door blazen verwijderen] blow off/away♦voorbeelden:1 [met betrekking tot een signaal] 〈 onovergankelijk werkwoord〉 blow the whistle ⇒ 〈 overgankelijk werkwoord〉 whistle to start 〈 beginsignaal〉, whistle to stop 〈 eindsignaal〉♦voorbeelden: -
17 afslaan
♦voorbeelden:1 zie je die fietser daar links afslaan? • do you see where that cyclist is turning left?II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [door slaan verdrijven] beat off5 [doen wegspoelen] wash away♦voorbeelden:een thermometer afslaan • shake down a thermometerde vijand/een aanval afslaan • beat off the enemy/an attack -
18 afstuiven
♦voorbeelden:de kinderen stoven op de snoepjes af • the children made (a beeline) for the sweets -
19 afwaaien
1 [waaien in tegengestelde richting] blow off2 [door de wind weggerukt worden] blow off/away3 [naar beneden waaien] blow off/down♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [wegwaaien] blow off -
20 de pannen waaien van het dak
de pannen waaien van het dakVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de pannen waaien van het dak
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Blown — Blown, p. p. & a. 1. Swollen; inflated; distended; puffed up, as cattle when gorged with green food which develops gas. [1913 Webster] 2. Stale; worthless. [1913 Webster] 3. Out of breath; tired; exhausted. Their horses much blown. Sir W. Scott.… … The Collaborative International Dictionary of English
Blown — Blown, p. p. & a. Opened; in blossom or having blossomed, as a flower. Shak. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
blown — blown; un·blown; … English syllables
blown — blown1 [blōn] vi., vt. pp. of BLOW1 adj. 1. swollen or bloated 2. out of breath, as from exertion 3. flyblown 4. made by blowing or by using a blowpipe, etc. blown2 [blōn] … English World dictionary
blown up — index inflated (enlarged) Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
blown — [bləun US bloun] the past participle of ↑blow … Dictionary of contemporary English
blown — the past participle of blow1 … Usage of the words and phrases in modern English
blown — early 15c., inflated, adjective from O.E. blawen, pp. of BLOW (Cf. blow) (v.1). Figurative sense of inflated by pride is from late 15c. Meaning out of breath is from 1670s. As a pp. adjective from BLOW (Cf. blow) (v.2), it was O.E. geblowenne … Etymology dictionary
blown — adjective breathing hard; exhausted. → blow blown1 past participle of blow1. adjective informal (of a vehicle) provided with a turbocharger. blown2 past participle of blow3 … English new terms dictionary
blown-up — adjective as of a photograph; made larger the enlarged photograph revealed many details • Syn: ↑enlarged • Similar to: ↑large, ↑big * * * ˈ ̷ ̷| ̷ ̷ adjective : enlarged … Useful english dictionary
blown — blown1 /blohn/, adj. 1. inflated; swollen; expanded: a blown stomach. 2. destroyed, melted, inoperative, misshapen, ruined, or spoiled: to replace a blown fuse; to dispose of blown canned goods. 3. being out of breath. 4. flyblown. 5. formed by… … Universalium