-
1 zichzelf
1 himself, herself, itself, oneself, themselves, self♦voorbeelden:de tijd aan zichzelf hebben • have one's time to oneselfbuiten zichzelf van woede • beside oneself with rageop zichzelf staand • separateop zichzelf wonen • live on one's ownop zichzelf is dat niets nieuws • in itself that's nothing newop zichzelf (genomen) • as it istot zichzelf komen • come to oneselfuit zichzelf • of one's own accordzij heeft geld van zichzelf • she has money of her ownvoor zichzelf beginnen • start a business of one's owneen coupé voor zichzelf alleen hebben • have a compartment all to oneselfgeen moment voor zichzelf hebben • not have a minute to call one's own -
2 buiten zichzelf van woede zijn
buiten zichzelf van woede zijnbe beside oneself with rage/angerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > buiten zichzelf van woede zijn
-
3 buiten zichzelf van woede
buiten zichzelf van woedeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > buiten zichzelf van woede
-
4 buiten zichzelf/buiten zinnen raken
buiten zichzelf/buiten zinnen rakenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > buiten zichzelf/buiten zinnen raken
-
5 buiten zinnen van woede
buiten zinnen van woedeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > buiten zinnen van woede
-
6 dol
3 [dwaas] foolish, silly, daft♦voorbeelden:dol van woede • hopping madeen dolle vlucht • a wild chasedoor het dolle heen zijn • be beside oneself with excitement/joydoor het dolle heen raken • go bonkersdol van vreugde • wild/drunk with joy4 dol op iets/iemand zijn • be mad/crazy about something/someoneII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:1 die schroef is dol • the screw is worn/slipping -
7 door het dolle heen zijn
door het dolle heen zijnbe beside oneself with excitement/joyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door het dolle heen zijn
-
8 handenwringend
-
9 in alle staten zijn
in alle staten zijnVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in alle staten zijn
-
10 opgetogen van vreugde
opgetogen van vreugdeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > opgetogen van vreugde
-
11 opgetogen
♦voorbeelden:opgetogen zijn over • be delighted/over the moon withopgetogen van vreugde • beside oneself with joy -
12 raken
1 [treffen] hit2 [beroeren] affect, hit4 [aanraken] touch♦voorbeelden:zijn tegenstander hard raken • hit one's opponent hardzaken die ons ten zeerste raken • things that concern us very closelydie cirkels raken elkaar • these circles touch/meet2 [aanraken] touch3 [+ aan] [krijgen] get (hold of)♦voorbeelden:1 betrokken raken bij/in • get/become involved ingewend raken aan • get used tozij raken er niet over uitgepraat • they can't stop talking about itergens in verzeild raken • get mixed up in somethingachterop raken • get/fall behindop raken • 〈 benzine, geld, voorraden〉 run out/down/short, be/get/run low; 〈 voorraden ook〉 become depleted/exhausted; 〈figuurlijk; geduld〉 run out, snapvast raken (in) • get stuck (in)buiten zichzelf/buiten zinnen raken • 〈 gek〉 lose one's mind; 〈 enthousiast, kwaad〉 get beside oneselfuit zijn humeur raken • get in(to) a bad moodde satelliet is uit zijn baan geraakt • the satellite has gone off coursevan de weg raken • go off the road -
13 staat
1 [toestand] state, condition ⇒ status2 [mogelijkheid, gelegenheid] condition4 [bestuurscollege] council, board6 [beeldende kunst] [stadium] state♦voorbeelden:in staat van beschuldiging stellen • indictstaat van oorlog • state of warstaat van verval • dilapidationburgerlijke staat • marital statusin gezegende staat zijn • be in the family wayin goede staat verkeren • be in good conditionin kennelijke staat verkeren/zijn • be befuddled (with drink), be under the influencein prima staat van onderhoud • in an excellent state of repairniet tot werken in staat wegens ziekte • incapable of working through illnessin staat zijn te betalen • be able to payhij is niet in staat iemand te bedriegen • he's incapable of cheating someonetot alles in staat zijn • be capable of anythingiemand in staat stellen (om) te … • enable someone to …weer in staat zijn te werken • be able to resume workhet bos is eigendom van de staat • the forest is owned by the statede Staten-Generaal • the States-Generalde Provinciale Staten • the Provincial Councileen staat (van dienst) bijhouden • keep a record (of service)een staat van ontvangsten en uitgaven opmaken • make up a statement of income and expenditure¶ Raad van State • Council of State, ±Privy Councilstaat maken op • rely/depend onop het weer is geen staat te maken • there's no trusting the weather -
14 weelde
1 [luxe, rijkdom] luxury♦voorbeelden:1 wat een ongekende weelde! • what luxury!zich de weelde van een auto niet kunnen veroorloven • not be able to afford a carin weelde baden • be rolling in wealth -
15 woede
♦voorbeelden:1 in blinde woede • in a blind fury, in blind angerzijn woede koelen (op) • vent one's rage/fury (on)buiten zichzelf van woede zijn • be beside oneself with rage/anger -
16 zijn weelde niet op kunnen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn weelde niet op kunnen
-
17 zin
1 [zintuig, gevoel] sense2 [meervoud] [verstand] senses3 [formeel] [gemoedsgesteldheid] mood4 [streven, wil, mening] mind5 [lust, wens] liking8 [taalkunde] sentence♦voorbeelden:buiten zinnen van woede • beside oneself with ragezijn zinnen bij elkaar houden • keep one's headiemands zin doen • do as someone wisheszijn (eigen) zin doordrijven • get one's own wayzijn zinnen op iets zetten • set one's heart on somethingkwaad/niet veel goeds in de zin hebben • be up to no goodvan zins zijn om • mean/intend toik heb zin in soep • I feel like (having) souphet naar zijn/de zin hebben • find something to one's likinghet iemand naar de zin maken • please someoneergens naar zijn zin wonen/werken • be content (with) where one lives/workszin of geen zin • whether you like it or nothij doet (alles) waar hij zin in heeft • he does (just) as he pleases6 een woord in eigenlijke/figuurlijke zin opvatten • take a word in its literal/figurative sensein de letterlijke zin van het woord • in the literal sense of the wordin de ruimste zin van het woord • in the broadest sense of the wordin zekere zin klopt het wel • that's true in a way -
18 doen
doen1〈 het〉♦voorbeelden:dat is geen manier van doen • that's no way to behavein goeden doen zijn • be well offuit zijn gewone doen zijn • not be one's normal selfergens mee van doen hebben • have (something) to do withvoor hun doen, … • for them, …; …, consideringdat is geen doen • that can't be done————————doen22 [ergens plaatsen] put3 [laten ondergaan] make, do4 [kosten, opbrengen] do ⇒ go for5 [schoonmaken] do ⇒ clean6 [bereizen, bezichtigen] do ⇒ visit7 [+ het] [gewenste (uit)werking hebben] work8 [+ onbepaalde wijs] [laten] make♦voorbeelden:een uitspraak doen • pronounce (on)uitspraak doen • pass judgementdoe mij maar een witte wijn • for me a white wine, I'll have a white wineik geef 't je te doen • it's quite a jobwat kom jij doen? • what do you want?iemand iets doen toekomen • send someone somethingze doet het erom • she does it on purposezij deed niets dan praten • she did nothing but talkwat doet hij (voor de kost)? • what does he do (for a living)?moet je wat doen? • do you have to go (somewhere)?er is niets tegen te doen • nothing can be done (about it), there's nothing to be donehij heeft het meer gedaan • he has done it beforezoiets doe je niet • you (just) don't do that (sort of thing)veel/weinig te doen hebben • have a lot/little to dowat is hier te doen? • what's going on here?ik weet niet waar ze het van doen • I don't know how they do itvergeet niet om … Doe ik • don't forget to … Will dodat doet me plezier • I'm glad about thatiemand verdriet/pijn doen • hurt someone, cause someone grief/painhet deed me niets • I couldn't have cared lessdie muziek doet me niets • I don't care for that musiczo'n ervaring doet je wat • such an experience moves/gets you4 wat moet dat boek doen? • how much do you want for that book?de tv doet het niet meer • the TV is out of orderdat doet het hem • that makes all the differenceiemand iets doen geloven • lead someone to believe somethinghij deed van zich spreken • he had people talking about himwe weten wat ons te doen staat • we know what (we are) to dodat moet je altijd doen • that's something you should always dodaar kan hij het mee doen • he can put that in his pipe and smoke iter het zwijgen toe doen • not say a worddat doet er niets toe • that's beside the pointer niets aan kunnen doen • not be able to help itkan ik er iets aan doen! • I can't help it!er is niets aan te doen • there's nothing to do about it, it can't be helpedmet iemand te doen hebben • feel sorry for someonehet is hem te doen om • he is out to (do something)niets aan te doen • can't be helpedte niet doen • undo, nullifyzich aan iets te goed doen • do (oneself) well on something2 [bezig zijn met] do, be3 [handel drijven] do ⇒ deal♦voorbeelden:gewichtig doen • act importantdoe maar net of ik er niet ben • just pretend I am not hereniet doen! • don't (do that)!doen alsof • pretendje doet maar • 〈 vaak ironisch〉 go ahead, suit yourselfaan sport doen • do/take part in sport(s)aan de lijn doen • be dietinghij doet lang over dat boek • he is taking a long time over that book
См. также в других словарях:
beside oneself — ► beside oneself distraught. Main Entry: ↑beside … English terms dictionary
beside oneself — index ecstatic Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
beside oneself — [adj] very upset berserk, crazed, delirious, demented, distraught, frantic, frenetic, insane, mad, unbalanced, unhinged; concepts 403,485,570 … New thesaurus
beside oneself — DISTRAUGHT, overcome, out of one s mind, frantic, desperate, distracted, at one s wits end, frenzied, wound up, worked up; hysterical, unhinged, mad, crazed, berserk, demented. → beside * * * phrasal : carried out of oneself (as through extreme… … Useful english dictionary
beside oneself — {adj. phr.} Very much excited; somewhat crazy. * /She was beside herself with fear./ * /He was beside himself, he was so angry./ * /When his wife heard of his death, she was beside herself./ … Dictionary of American idioms
beside oneself — {adj. phr.} Very much excited; somewhat crazy. * /She was beside herself with fear./ * /He was beside himself, he was so angry./ * /When his wife heard of his death, she was beside herself./ … Dictionary of American idioms
beside\ oneself — adj. phr. Very much excited; somewhat crazy. She was beside herself with fear. He was beside himself, he was so angry. When his wife heard of his death, she was beside herself … Словарь американских идиом
beside oneself — adjective Overcome; consumed by an emotion. His widow was beside herself with grief … Wiktionary
beside oneself — she was beside herself with worry Syn: distraught, overcome, out of one s mind, frantic, desperate, distracted, at one s wits end, frenzied, wound up, worked up; hysterical, unhinged, mad, crazed … Thesaurus of popular words
beside oneself — phrasal in a state of extreme excitement … New Collegiate Dictionary
beside oneself — in a state of extreme excitement, out of one s senses due to strong emotion … English contemporary dictionary