-
1 avoir des intelligences dans la place
avoir des intelligences dans la placegeheime contacten hebben met de vijand in de belegerde vesting; 〈 figuurlijk〉contactpersonen, introducties hebben in een moeilijk toegankelijke kringDictionnaire français-néerlandais > avoir des intelligences dans la place
-
2 place
place [plaas]〈v.〉1 plaats ⇒ plek, ruimte2 post ⇒ betrekking, ambt3 plein♦voorbeelden:place assise • zitplaatsplaces avant • voorbankplace debout • staanplaatsune quatre places • een auto met vier zitplaatsenavoir sa place qp. • ergens thuishorenfaire place nette • het huis ontruimense mettre à la place de qn. • zich in iemand verplaatsense mettre à la place de qn., prendre la place de qn. • iemand vervangenoccuper, avoir, tenir la première place • van het grootste belang zijnoffrir des places à qn. • iemand entreekaartjes gevenprendre place • gaan zitten, plaatsnemenregagner sa place • naar zijn plaats teruggaanremettre qn. à sa place • iemand op zijn plaats zetten, terechtwijzentenir beaucoup de place • veel ruimte in beslag nementenir sa place • zijn werk goed doen, tegen zijn taak opgewassen blijken, een eigen plaats hebbenemployer un crayon à la place d'un stylo • een potlood gebruiken in plaats van een penj'ai signé à sa place • ik heb voor hem getekendà votre place • als ik u wasplace à • maakt ruimte voorde place en place • hier en daartout est en place • alles staat klaarmettre en place • opstellen, aanbrengen, installerenne pas rester, ne pas tenir en place • niet stil kunnen zittenpar places • hier en daarrester sur place • zich niet verroerenêtre cloué de surprise sur place • als aan de grond vastgenageld staan van verbazingfaire du sur place • surplace maken; niet vooruitkomenfaire une enquête sur place • ter plaatse een onderzoek instellen〈 spreekwoord〉 (une place pour chaque chose et) chaque chose à sa place 〈 wanneer alles daar ligt waar het thuishoort, hoeft men niet lang te zoeken〉2 personne en place • hooggeplaatst, invloedrijk persoonêtre, entrer dans la place • zich een plaats verwerven in het zakenmilieu5 place d'armes • exercitieplein, paradeveldplace de guerre • vesting(stad)place forte • vesting(stad)être maître de la place • de touwtjes in handen hebbenf1) plaats, ruimte2) zitplaats3) betrekking, baantje4) plein -
3 intelligence
intelligence [ẽtelliezĵãs]〈v.〉1 intelligentie ⇒ (hoog) verstandelijk vermogen, verstand, intellect♦voorbeelden:avoir l'intelligence vive • vlot van begrip zijndoué d'intelligence • verstandelijk begaafdavoir une bonne intelligence des faits • de feiten op zijn duimpje kennenavoir des intelligences dans la place • geheime contacten hebben met de vijand in de belegerde vesting; 〈 figuurlijk〉contactpersonen, introducties hebben in een moeilijk toegankelijke kringvivre en bonne, mauvaise intelligence avec qn. • in goede, slechte verstandhouding met iemand leven1. f1) intelligentie, intellect, verstand2) inzicht, begrip2. intelligencesf pl -
4 mort
〈m., v.〉♦voorbeelden:————————mort2 [mor, mort]〈v.〉1 dood ⇒ (het) overlijden, (het) sterven♦voorbeelden:mort aux rats • rattengifmort absolue, définitive • hersendoodmort accidentelle • dood door ongevalmort apparente • schijndoodmourir de sa belle mort • een natuurlijke dood stervenpâle comme la mort • lijkbleekmort volontaire • zelfmoordarracher qn. à la mort • iemand van de dood reddencondamner à mort • ter dood veroordelencourir à la mort • zijn dood tegemoet gaandonner la mort • dodense donner la mort • zich van het leven berovenêtre à la mort • op sterven liggenmettre à mort • ter dood brengenvoir la mort de près • oog in oog met de dood staanfrappé à mort • dodelijk getroffenêtre brouillés à mort • elkaar een dodelijke haat toedragenen vouloir à mort à qn. • iemand iets ontzettend kwalijk nementravailler à mort • zich doodwerkenà mort! • weg met hem!combat à mort • strijd op leven en dood〈 spreekwoord〉 après la mort, le médecin • als het kalf verdronken is, dempt men de put, dat is mosterd na de maaltijdsouffrir mille morts • duizend doden sterven→ vie————————mort3 [mor]1 dood ⇒ gestorven, overleden2 zonder leven ⇒ dor, uitgestorven♦voorbeelden:c'est un homme mort • hij is ten dode opgeschrevenle passé est mort pour moi • het verleden bestaat niet meer voor mijmort et bien mort • zo dood als een piermort en apparence • schijndoodyeux morts • uitgebluste ogenêtre comme mort, à moitié mort • meer dood dan levend zijntomber raide mort • morsdood neervallenplus mort que vif • meer dood dan levend1. m/f1) dode, overledene2) blinde [kaarten]2. f1) dood, (het) overlijden2) ondergang, einde3. adj1) dood2) uitgestorven, dor3) naar de maan -
5 rang
rang [rã]〈m.〉1 rij3 plaats ⇒ rang, volgorde4 rang ⇒ stand, stelling♦voorbeelden:grossir les rangs des mécontents • zich voegen bij het leger ontevredenenserrer le(s) rang(s) • de gelederen sluitenêtre au rang de ses amis • tot zijn vrienden behorenmettre au rang de • rekenen totadmettre qn. dans ses rangs • iemand in zijn midden opnemenen rang d'oignons • in een rijen rangs serrés • in gesloten gelederenprendre rang parmi • zijn plaats innemen te midden vanêtre, se mettre sur les rangs • meedingen, solliciterenrentrer dans le rang • weer gewoon soldaat, ambteloos burger wordenservir dans le rang • als gewoon soldaat dienenen rang, par rang d'ancienneté • naar anciënniteitavoir rang avant, après qn. • hogere, lagere rang hebben dan iemandêtre du même rang • dezelfde waarde hebbenm1) rij2) gelid [leger]3) plaats, volgorde4) rang, stand -
6 face
face [faas]〈v.〉3 uiterlijk ⇒ aanzien, aanblik, gedaante, aspect4 beeldenaar ⇒ kruis, beeldzijde♦voorbeelden:face d'oeuf! • domkop!〈 vulgair〉 face de rat! • rotkop!perdre la face • gezichtsverlies lijdensauver la face • zijn gezicht reddenface à • met uitzicht opfaire face à ses engagements • zijn verplichtingen nakomenla mairie devait faire face à des obligations écrasantes • de gemeente zag zich geplaatst voor loodzware lastenface à face • tegenover (elkaar)se trouver face à face avec qn. • oog in oog met iemand staancracher à la face de qn. • iemand in het gezicht spuwen 〈 figuurlijk〉; iemand van zijn minachting doen blijkenproclamer à la face de l'univers • ten overstaan van de gehele wereld verkondigende face • van vorenune place de face dans le train • een zitplaats in de trein waarbij men vooruit rijdtportrait de face • portret en faceavoir le vent de face • de wind tegen hebbenen face de cela • daartegenoverla maison d'en face • het huis aan de overkant van de straatle voisin d'en face • de overbuurmanaller en face • naar de overkant gaandire qc. à qn. en face • iemand iets recht in zijn gezicht zeggenregarder qn. en face • iemand recht in het gezicht kijkenregarder le péril en face • het gevaar zonder vrees tegemoet zienvoir les choses en face • de werkelijkheid onder ogen zienexaminer qc. sous toutes ses faces • iets grondig bekijken→ pilef1) gezicht2) kant, zijde3) facet, aspect4) kruis, beeldzijde -
7 demeurer
demeurer [dəmurree]〈 werkwoord〉♦voorbeelden:en demeurer là • het daarbij latenoù en sommes-nous demeurés? • waar zijn we gebleven?l'affaire n'en demeurera pas là • dat muisje zal wel een staartje hebbendemeurer à qn. • iemands eigendom blijvendemeurer chez soi • thuis blijvenil ne peut pas demeurer en place • hij heeft rust noch duurdemeurer à Paris, dans une ville • in Parijs, in een stad wonendemeurer chez qn. • bij iemand (in huis) wonen3 demeurer court • niet verder kunnen, blijven steken, niet weten hoe men verder moet
См. также в других словарях:
place — [ plas ] n. f. • 1080 « endroit »; lat. pop. °plattea, class. platea I ♦ 1 ♦ (1370; h. XIIe) Lieu public, espace découvert, généralement entouré de constructions. ⇒ esplanade, rond point; piazza. Petite place. ⇒ placette. Place d une ville… … Encyclopédie Universelle
placé — place [ plas ] n. f. • 1080 « endroit »; lat. pop. °plattea, class. platea I ♦ 1 ♦ (1370; h. XIIe) Lieu public, espace découvert, généralement entouré de constructions. ⇒ esplanade, rond point; piazza. Petite place. ⇒ placette. Place d une ville… … Encyclopédie Universelle
place — (pla s ) s. f. 1° Espace, lieu public découvert et environné de bâtiments (ce qui est le sens étymologique). • Aristarque se transporte dans la place avec un héraut et un trompette ; celui ci commence, toute la multitude accourt et se… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
PLACE — n. f. Lieu, endroit, espace qu’occupe ou que peut occuper une personne, une chose. La place est prise, occupée, vide. La place est trop petite pour deux. Il y a place pour vingt couverts. Mettre, ranger chaque chose à sa place, en sa place.… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
place — PLACE. s. f. Lieu, espace qu occupe ou peut occuper une personne, une chose. La place est remplie. la place est vuide. mettre chaque chose à sa place. en sa place. laisser la place libre. changer des livres, des meubles de place. il change de… … Dictionnaire de l'Académie française
avoir — 1. (a voi. Au XVIe s. on écrivait aurai, auras, etc. mais on prononçait, d après Bèze, arai, aras, etc. Au XVIIe s. d après Dangeau, ayant, ayons, ayez se prononçaient a iant, a ions, a iez. Aujourd hui, c est une prononciation fautive : il faut… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
placé — placé, ée (pla sé, sée) part. passé de placer. 1° Mis dans un certain lieu, dans une certaine place. • Placé loin de vos yeux, j étais vers le rivage Où nos fiers ennemis osaient nous résister, VOLT. Tancr. V, 1. • Les yeux placés comme… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Place des femmes dans l'Eglise catholique — Place des femmes dans l Église catholique La place des femmes dans l Église catholique est souvent discutée de nos jours. Les grands principes de la hiérarchie catholique (égalité en dignité entre femmes et hommes, reconnaissance de femmes… … Wikipédia en Français
Place des femmes dans l'église catholique — La place des femmes dans l Église catholique est souvent discutée de nos jours. Les grands principes de la hiérarchie catholique (égalité en dignité entre femmes et hommes, reconnaissance de femmes docteur de l Église mais pas d ordination de… … Wikipédia en Français
Place de la Republique (Caen) — Place de la République (Caen) Pour les articles homonymes, voir Place de la République. 49° 10′ 53″ N 0° … Wikipédia en Français
Place de la république (caen) — Pour les articles homonymes, voir Place de la République. 49° 10′ 53″ N 0° … Wikipédia en Français